Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus, Koning ook op het erf der wetenschap - pagina 31

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus, Koning ook op het erf der wetenschap - pagina 31

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Renerius, hoogleeraar in de wijsbegeerte, Antonius Mattheus, hoogleeraar in de rechten, en Gijsbertus Voetius, hoogleeraar in de theologie. I n het groot kapittelhuis van den Dom werd de school gevestigd, trots den tegenstand van den domdeken en zijn beroep op Hof en Staten. Nadat Zondags tevoren in alle kerken Gods Naam en zegen over de doorluchtige school was aangeroepen, werd deze den 17den J u n i 1634 in naam der Regeering ingewijd door Mr. Johan van der Nijpoort, den stadssecretaris. Dienzelfden dag en den volgenden hielden de hoogleeraren, ieder op hunne beurt, hunne inwijdingsredenen, behalve Gijsbertus Voetius, die, later dan de anderen benoemd zijnde, zijn standplaats Heusden niet kon verlaten, voordat zijn opvolger beroepen was. Van het getal studenten, die deze hoogleeraren kwamen hooren, wordt ons nergens melding gemaakt. Het schijnt niet klein geweest te zijn, want reeds in het midden van 1635 benoemde de stadsregeering een tweeden hoogleeraar in de rechten, die tevens belast werd met het onderwijs in de wiskunde. Het toenemen van het getal kweekelingen en de noodzakelijkheid van de vermeerdering der hoogleeraren bracht de vroedschap weer op de gedachte van eene universiteit, waartoe de doorluchtige school gemakkelijk zou kunnen worden verheven. Den 16den Februari 1636 werd in den Raad het besluit genomen, aan de Staten nogmaals het verzoek te doen, aan Utrecht eene academie toe te staan. "Welk eene blijdschap, toen dat verzoek werd ingewilligd en het octrooi der Staten alomme bekend werd, volgens hetwelk „de illustre school veranderd en geërigeerd werd tot eene universiteit of academie en den hoogleeraren het recht geschonken, om, na behoorlijk ond'erzoek, de titelen van doctor, licentiaat, meester, te verleenen." De Utrechtsche hoogeschool had als de andere lioogescholen in ons vaderland ten doel de eere Gods, alsmede de stichting en opbouwing der Gereformeerde kerk en van den Staat. Van wien zij van den aanvang af hare hulpe verwachtte, zegt ons het randschrift van haar wapen: „Sol iustitiae, illustra nos" (Zon der gerechtigheid, bestraal ons). Terstond na het bekend worden der beschikking van de Staten werden een rector magnificus en twee assessoren benoemd en een hoogleeraar in de medicijnen beroepen. De eerste rector is Bernardus Schotanus geweest en de eerste professor in de medicijnen Dr. Wilhelm van Straten, die later eenigen tijd lijfarts bij prins Frederik Hendrik is geweest. I n de Domkerk werd op Zondag den 23sten Maart de hoogeschool den Heere opgedragen bij monde van professor Voetius en in het koor der Domkerk had de inwijding der academie den

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Brochures (TUA) | 60 Pagina's

Christus, Koning ook op het erf der wetenschap - pagina 31

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Brochures (TUA) | 60 Pagina's