Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het ambt aller geloovigen - pagina 12

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het ambt aller geloovigen - pagina 12

dogmatisch-practisch voorstel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

10 Brengt men dit begrip over op kerkelijk terrein, dan verkrijgt men voor het kerkelijk ambt de omschrijving : een kerkelijke dienst, waarbij de kerk zelve , eenigermate gepersonifieerd , werkzaam geacht wordt en welke dienst begrensd en op bepaalde wijze ingericht wordt door de der kerke eigen' autoriteit. Meer dogmatisch uitgedrukt krijgen wij, dat de kerkelijke ambten functies zijn der kerk zelve, waarbij de autoriteit van Christus eenigermate gelegd wordt op den ambtsdrager. D R . D I T T L I N G E R , in zijn „akademisch proefschrift over de woorden ambt en ambtenaar" — schrijft omtrent het staatsambt: „De Staat delegeert een gedeelte van zijne eigene macht aan dengene , die het ambt bekleedt, niet als iets , dat den persoon toekomt, eigenlijk niet aan hem, maar aan het als zelfstandige persoon gedachte ambt . . . Boven de ambten blijft steeds de Staat als souverein verheven; hij heerscht als het ware over de ambten , deze hebben geene rechten tegenover hem ; zij leiden hunne bevoegdheid uit hem af; de rechten en verplichtingen openbaren zich echter tegenover de onderdanen." In zake het kerkelijk ambt zoude men aldus kunnen leeren: Christus delegeert een bepaald gedeelte van Zijn gezag aan het als zelfstandig gedachte ambt. Niet, dat dit ooit rechten krijgt tegenover Hem. Hij heerscht niet alleen over , maar werkt ook door de ambten , die alle bevoegdheid uit Hem afleiden. Tegenover de lidmaten der kerk bekleedt Hij de ambten met eenig zeggenschap, echter geheel gebonden aan Zijn Woord. Door kerkelijke ambten versta men dus : bepaalde diensten , bekleed met eigenaardig, door Christus gedelegeerd gezag; gebonden aan Zijn Woord; uitoefenende de functies der kerk zelve. Tot deze ambten brengt men met ieders toestemming onder 't O. V. het priester- en koningsambt, ook behoort hiertoe het ambt der profeten ; en onder 't N. V. het ambt van den Dienst des Woords en het opzienersambt; sommigen noemen hier ook den doctor der kerke en den diaken. In geschil is , of ook alle geloovigen gerekend moeten worden in het ambt te staan ; en dan is onze overtuiging, dat de geloovigen eensdeels voorkomen als onderdanen van Christus, doch anderzins ook in menig opzicht als vertegenwoordigers van den Christus, en da

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Brochures (TUA) | 59 Pagina's

Het ambt aller geloovigen - pagina 12

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Brochures (TUA) | 59 Pagina's