Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geen moed verloren! - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geen moed verloren! - pagina 21

Nog een woord over de hereeniging der wezenlijk Gereformeerde Kerken in ons Vaderland.

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

21 maar de Overheid liet hun als .dóleerenden" het, waarnemen van den eeredienst en het verzekeren hunner afzonderlijke kerkelijke goederen niet v r i j , terwijl bovendien op de meeste plaatsen de feitelijke toestand het h u n onmogelijk maakte om corporatief dezelfde gemeenten te blijven; evenzeer als dit thans den Dóleerenden meestal nog onmogelijk is, gelijk wij later zullen bespreken. A l s dus sommige Ghr. Geref. zeggen: „wij zijn een aparte, een nieuwe k e r k , die met de plaatselijke Herv. kerken „gansch geen verband of samenhang meer heeft", dan moeten wij dit ten deele ontkennen, ook op grond van de eigen getuigenissen der Ghr. Gereformeerde vaderen. In organischen zin is dit niet zoo. De Ghr. Geref. vaderen waren er nooit op gesteld , als een aparte of nieuwe kerk beschouwd te worden , zonder directen samenhang met de historische Gereformeerde kerken dezer landen. Juist daarom was ook het „vrijheid en erkenning vragen" aan den Koning volstrekt niet naar hun h a r t , en gevoelden zij er zich integendeel door bezwaard ; terwijl later het „reglement van 1 8 6 9 " in de Ghr. Geref. kerken alleen kon aangenomen worden , omdat het weinig grondig is besproken en niemand eenig kwaad vermoedde.

Maar wat verlangen dan toch de Dóleerenden in onderscheiding van de Ghr. Gereformeerden ? Zij leggen meer nadruk op het organisch, en genealogisch verband in de plaatselijke kerken. Hierin vallen wij den Dóleerenden broederen gaarne bij. W e l gaat de genade Gods niet als stoffelijk erfgoed van de ouders op de kinderen over, en is de wedergeboorte en toebrenging voor iederen mensch een afzonderlijke daad Gods ; maar t o c h , is er tusschen al die uitverkorenen samenhang. De geloovigen komen uit de kerk voort ; niet omgekeerd. Zij hebben ook in het uitwendige , door den Doop en de algemeene roeping, en alzoo ook i n de zichtbare gestalte der kerke Ghristi verband aan elkaar. De vrije Gereformeerde kerken dezer eeuw zijn geen vreemde plaatsvervangers van de Gereformeerde kerken van vorige eeuwen

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 april 1890

Brochures (TUA) | 56 Pagina's

Geen moed verloren! - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 april 1890

Brochures (TUA) | 56 Pagina's