Kan het recht tot uitoefening van de doodstraf uit de Heilige Schrift bewezen worden? - pagina 23

niet alleen wat a a n g a a t straf op den

de d a a r

bepaalde

doodslag.

Immers, is het eene gebod der „ W e t " voor den Christen

bindend, dan is zulks ook het geval

met

elk ander gebod, daarin geschreven. En aldus doende, zou men gewisselijk komen tot gevolgtrekkingen, die zeker geen enkel Christen als grondslag van straf-wetgeving zou willen aanvaarden. Keeren

we,

om

dat te leeren inzien, nog even

terug tot Markus V I I en het aldaar geboekstaafde twistgesprek van Jezus met de Parizeen. Heer

noemt

krachteloos

De

maken

daar,

ten

voorbeeld

der „ W e t " ( =

van hun

Gods gebod of

w o o r d ) wat geschreven staat in E x . X X I : i - : „ W i e ook

zijnen

zekerlijk

vader

of

zijne moeder vloekt, die zal

gedood w o r d e n . " ( W a t aan A b s a l o m , de

zonen van Eli enz. dan ook geschied is). W i l men nu ter toestemmende beantwoording van de vraag, of

het

recht tot

de

Heilige

roepen

op

uitoefening van de doodstraf uit

S c h r i f t kan bewezen worden, zich behet

Oude

Testament

in verband met

J e z u s ' uitspraken omtrent de desbetreffende wetten, dan kan gend

men niet anders dan eveneens

beantwoorden

de

vraag:

bevesti-

of op grond van

de Heilige Schrift de doodstraf aan een vloeker van vader of moeder moet voltrokken worden. (De toegevoegde

woorden

aan

het vijfde g e b o d : „opdat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen