Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het werk des H. Geestes - pagina 13

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het werk des H. Geestes - pagina 13

Leerrede

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

die ook voor ons bidt." en „want ik ben verzekerd dat noch dood, noch. leven, noch engelen, noch overheden, noch machten, noch tegenwoordige, noch toekomende dingen, noch hoogte, noch diepte, noch eenig ander schepsel, ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onzen Ileere." Zietdaar Gel. naar aanleiding van onzen tekst iets gezegd van 't werk des Heiligen Geestes tot zaligheid voor verlorene zondaren. Spreken we nu een enkel woord ter toepassing. W a t een dierbare toezegging van Jezus aan zijne discipelen! Maar nu zal hot er voor elk onzer op aankomen, of ook wij de kracht dezer waarheid leerden kennen. Want toch, hoe heerlijk en dierbaar de beloften Gods ook mogen zijn, niemand kan noch mag zich met dezelve vertroosten, dan hij en zij alleen, in wie zij worden uitgewerkt en aan wie zij worden toegepast. liet wordt dan nu de vraag Z. G. H., kent gij den inhoud van onzen tekst bij ervaring? De overtuiging des Geestes, is niet maar een bloote aanrading, noch een uitwendig aanbieden, neen, zij is, zoo als wij straks reeds hebben opgemerkt, een almachtige daad Gods, waardoor men van dood levend en van blind ziende wordt Zooals er van den verloren zoon staat aangeteekend „dat hij dood geweest was en weder levend is geworden," zooals wij uit don mond van den blindgeboorne lezen: „een ding weet ik, dat ik blind \va9 en nu zie," zoo moet dit ook van ons, of door ons kunnen gezegd worden. Ja Gel. gij kunt en moet het weten, en, wat is uw toestand vreeselijk, zoo gij er nog vreemd Yan gebleven zijt! Denkt eens: nog voor eigen rekening te staan, u nog in de zonden te baden, nog buiten God te leven, uw leven nog in eigen hand te vinden en alzoo een weg te bewandelen, die u recht toeschijnt, maar waarvan het einde de dood moet wezen? Hoe gevaarlijk is uw toestand, nu gij onder Gods toorn li ön "(rondo,1oen eeuwigheid D o tegemoet snelt,/ waarin uw lot voor eeuwia: Ö zal worden beslist! waar gij, /.oo de zaligmakende overtuiging des Geestes u niet redt, eeuwig zult moeten tandenknarsen en handenwringen en dat zonder hoop op herstelling. O hoe zul het voorstel vangonude, hoe zal d roepstem des evangelies, waaronder gij nu leeft, u dan benauwen! Hoe zal hot zelfverwijt, ik heb kunnen zalig worden, maar ik heb niet gewild, u dan doen

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900

Brochures (TUA) | 20 Pagina's

Het werk des H. Geestes - pagina 13

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900

Brochures (TUA) | 20 Pagina's