Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ouders of getuigen - pagina 91

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ouders of getuigen - pagina 91

toelichting van art. 56 en 57 der Dordsche kerkorde

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

93 7. Meermalen toch is er in de Gereformeerde Kerkorden en ook in de geschriften der theologen van de ouders sprake. Bij de opvoeding werd door de Gereformeerden evengoed met de moeder als met den vader gerekend. Niet alleen werden mannelijke, maar ook vrouwelijke getuigen bij den doop toegelaten e-n tot het beantwoorden der doopvragen verplicht. De meening,' dat de moeder, indien zij er toe in staat is, het kind niet mede ten doop mag brengen en niet ten doop mag houden en niet op de vragen antwoorden mag, is van allen grond ontbloot. 8. Het is niet waarschijnlijk, dat er hier te lande ten aanzien van den tijd van den doop eene volkomene overeenstemming in de practijk heeft bestaan. Verschillende omstandigheden, plaatselijke gewoonten, langdurige vacatures, groote afstanden enz. legden daartoe, toen evenals nu, te groote hinderpalen in den weg. En ofschoon het zonder twijfel in vele gemeenten langen tijd gewoonte bleef, om de kinderen in de eerstvolgende vergadering der geloovigen te laten doopen, toch is onder andere redenen het allengs in onbruik raken van het getuigenstelsel oorzaak geweest, dat de doop, niet alleen hier te lande maar ook elders, allengs tot na het herstel der moeder werd uitgesteld. 9. De tegenwoordig algemeen heerschende gewoonte, om het kind in tegenwoordigheid der moeder te doopen, is historisch geworden, evenals bijv. ook het vieren van het avondmaal enkele malen des jaars. Zij is niet een gevolg van de gemoedelijke overweging der Ned. Herv. Synode van 1817. Ook mag men niet zeggen, dat zij uit minachting van het sacrament is voortgekomen. Noch ook behoort zij voorgesteld te worden als ongehoorzaamheid aan Gods gebod, wijl er in dezen van een positief gebod, zooals er in het Oude Testament voor de besnijdenis bestond, geen sprake is. 10.

Wie desniettemin van oordeel is, dat de vroegere

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 98 Pagina's

Ouders of getuigen - pagina 91

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 98 Pagina's