Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De arbeid van "Filippus" in betrekking tot het Genadeverbond - pagina 6

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De arbeid van "Filippus" in betrekking tot het Genadeverbond - pagina 6

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

10 plichting, waaronder men zoowel zichzelven als zijne kinderen bracht bij het doen toedienen van den doop. De besnijdenis, waarvoor de doop in de plaats kwam, was, naar luid der Heilige Schrift, een teeken tusschen God en hen, d. w. z. dat zij met God Drieëenig een verbond sloten, waarbij de Heere beloofde, dat Hij hun tot een God zou zijn, en zij, ouders en kinderen, dat zij Hem tot een volk zouden wezen, en voor Zijn heilig aangezicht zouden wandelen. Want al is het nu geen volksverbond als toen, maar tot de geloovigen en hun zaad uit alle geslachten uitgebreid, in wezen is het nu en toen, ja door alle eeuwen heen, geheel gelijk. Vandaar dan ook, dat deze ouders zich als „geliefden in den Heere Christus" laten aanspreken, veelomvattende en gewichtige beloften afleggen in betrekking tot hunne kinderen, en in overeenstemming met die beloften hunne kinderen moeten beschouwen en opvoeden, als kinderen die den Heere toebehooren, en daarom Hem in kinderlijk geloovig gebed, in opvoeding en leven toegewijd en overgegeven moeten worden. D e rationalistische veruitwendiging van het Verbond, waarin wij en onze kinderen tot God staan, was allesbehalve dienovereenkomstig, ja, werkte daarop zeer schadelijk in. Bijvoorbeeld, de vraag in ons doopsformulier: „ H o e w e l onze kinderen in zonden ontvangen en g e boren zijn, en daarom allerhande ellende, ja de verdoemenis zelve onderworpen, of gij niet bekent, dat ze in Christus geheiligd zijn, en daarom als lidmaten Zijner gemeente behooren gedoopt te wezen ? " de geloofsbekentenis daarin bedoeld, aangaande het in Christus geheiligd zijn, is tijden aaneen door velen verklaard en verstaan in uitwendigen zin.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 28 Pagina's

De arbeid van

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 28 Pagina's