Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ouders of getuigen - pagina 66

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ouders of getuigen - pagina 66

toelichting van art. 56 en 57 der Dordsche kerkorde

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

68 enkele kinderen tegelijk doopen, om met één doopmaal te kunnen volstaan. De Synoden drongen er daarom bij de kerkeraden en bij de predikanten op aan, dat zij tegen dit uitstel van den doop met allen ernst waarschuwen en de beteekenis en de waarde der sacramenten in het licht stellen zouden. Ja hierbij lieten zij het menigmaal niet, maar besloten aan de Heeren van het Hof van Gelderland te verzoeken, dat het hun believen mocht, om dit kwaad bij plakkaat te remedieeren, en een zekeren tijd voor te schrijven, binnen welken een ieder gehouden zou zijn, om zijne kinderen tot den h. doop aan te bieden (Reitsma en van Veen IV 41, 69, 123, 135, 303, 346). Op de Overijselsche Synode te Zwolle in het jaar 1615 werd op dezelfde wijze besloten, om aan Heeren Gedeputeerden te verzoeken, dat zij het plakkaat zouden vernieuwen, waarbij onder anderen voorgeschreven werd, dat men het doopen van de jonge kinderen niet te lang zou uitstellen (ib. V 297). De toestanden, die toenmaals op kerkelijk gebied werden aangetroffen, waren dus gansch andere, dan die wij over het algemeen tegenwoordig kennen. En geen wonder is het, dat de kerkelijke vergaderingen niet aflaten, om tegen dergelijk achteloos uitstel en schromelijk verzuim van het sacrament met allen ernst te vermanen. Aan haar onvermoeiden arbeid is het te danken, dat langzamerhand betere toestanden zijn ingetreden, en dat de doop der kinderen in den regel door de ouders binnen niet al te groot tijdsverloop wordt begeerd. Maar er was ook een kwaad aan den anderen kant. Velen, die van huis uit in de Roomsche religie waren opgevoed, konden de gedachte niet van zich zetten, dat de doop noodzakelijk voor de zaligheid was. En als de Gere-

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 98 Pagina's

Ouders of getuigen - pagina 66

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1901

Brochures (TUA) | 98 Pagina's