Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De moraal van het Humanisme, en van het Christelijk geloof; in haar beteekenis voor de opvoeding der jeugd - pagina 5

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De moraal van het Humanisme, en van het Christelijk geloof; in haar beteekenis voor de opvoeding der jeugd - pagina 5

Rede, uitgesproken in "Maison Stroucken", te Amsterdam, op 18 Februari 1901..

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

5 Ons standpunt beheerscht hier heel ons optreden. Al naarmate de mensch verschillend wordt beschouwd in zijn natuur, zal een andere maatstaf, een andere methode, een ander doel ons leiden in deze opvoeding. H u m a n i s m e en C h r i s t e l ij k g e l o o f vormen hier de groote tegenstelling. Het Christelijk geloof ziet in den mensch het beeld Gods; weet echter van zijn val ; maar gelooft in de herstelling door Christus. Het Humanisme daarentegen verwerpt de bijzondere openbaring, en meent buiten en zonder God op het v e r o n d e r s t e l d g o e d - z i j n van den mensch zijn stelsel te kunnen opbouwen; en door eigen wijsheid en kracht den mensch tot het hoogste standpunt te kunnen opvoeren. Over beide opvattingen een enkel woord in betrekking tot ons onderwerp.

I.

De Humanistische moraal (zedeleer).

Beschouwen we vooreerst het u i t g a n g s p u n t , in verband met de opvoeding. De Humanist haalt voor uw leer van »in zonde ontvangen en geboren" met meêlijdend lachje de schouders op. Hij beschouwt den mensch als innerlijk niet verdorven, maar goed. De Fransche wijsgeer Rousseau was voor den nieuweren tijd er de tolk en de heraut van. Zijn bekend werk ,,Contrat Social" is niet anders en niets minder, dan het schema, het planmatig ontwerp van een sociaal-democratische samenleving, gebouwd op het verondersteld goed-zijn van den mensch. Naar dit uitgangspunt en plan, behoort dan ook het kind te worden behandeld. 't Kind heeft wel gebreken, zoo leert hij, maar deze zijn toch zeer bijkomstig; 't kwaad komt niet uit het kind voort, maar van buiten af tot het kind. Naar dit principe (grondbeginsel) behoeft de opvoe-

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 18 februari 1901

Brochures (TUA) | 16 Pagina's

De moraal van het Humanisme, en van het Christelijk geloof; in haar beteekenis voor de opvoeding der jeugd - pagina 5

Bekijk de hele uitgave van maandag 18 februari 1901

Brochures (TUA) | 16 Pagina's