Het oudste Christendom - pagina 29
Redevoering, uitgesproken bij de overdracht van het rectoraat der Rijks-Universiteit te Groningen, den 16den september 1901.
30 de toekomende eeuw niet beërven", en de Misclima kent meer gezag toe aan de stem van den uitlegger dan aan de woorden, die liij uitlegt. Bij de Christenen was het juist omgekeerd. Zij vormden geen school; voor hen was het gezag van het Sanhedrin gevallen en hadden de overleveringen haar waarde verloren. Zij keerden terug tot het Woord. —
De Joden legden den
nadruk op de Wet. Wie de Wet niet kent, die is vervloekt 1 ). Babbi
JOSE BEN JOESEE
zeide: „Uw huis zij een vergaderplaats voor
Wetgeleerden; laat u bestuiven door het stof hunner voeten"; leerde: „Een onwetende kan niet Avaarlijk vroom zijn;
HILLEL
hoe meer wetsleer, des te meer leven; hoe meer school, des te meer wijsheid" 2 ). De Christenen waren bijna geneigd dit om te keeren: hoe minder wetsleer, des te meer leven. Zij roemden in de genade. In hunne harten was de geest Gods uitgestort. Boven den Sabbat der Schriftgeleerden stelden zij den Sabbat van Jahweh; barmhartigheid was meer dan offerande; de zedelijke reinheid was niet afhankelijk van het gebruik van spijs en drank 3 ). De Joden legden den nadruk op de uitwendige daad en trachtten de zaligheid van het Messiasrijk te verdienen dooide stipte inachtneming van de letter der Wet. Toch niet, zeide de Christen, want de rechtvaardiging door het geloof is ouder dan de W e t ; niet de uitwendige daad maar de inwendige gezindheid beslist: de liefde tot God en den naaste op den grondslag van het geloof in Christus. Wij kunnen ons zoo levendig voorstellen wat het den Jodenchristenen moet gekost hebben, hunne traditioneele opvattingen los te laten en die in te ruilen voor meer vrije beschouwingen. Oude overtuigingen zijn tyranniek, evenals oude godsdiensten en oude richtingen. De Heidenschristenen kenden dien strijd niet. Beiden verklaarden het Oude Testament
in
verband
met hunne persoonlijke behoeften en
accentueerden zijn religieuse beteekenis. Maar wat alzoo een
1) 2) 1886.
Joh. 7 , 49. Vgl. E. SCHÜRER, Geschichte II
S.
des Jüdischen
Volkes im Zeitalter Jesu Christi
349.
8) Vgl. Matth. 12, 1. 9 v. — 9 , Matth. 6 , 16 v. 9 , 14 v.
13. 1 2 , 7
Mark. 1 2 , 3 3 . — Matth. 15, 11. —
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 16 september 1901
Brochures (TUA) | 39 Pagina's
![Het oudste Christendom - pagina 29](https://www.digibron.nl/images/generated/brochures-tua/het-oudste-christendom/1901/09/16/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 16 september 1901
Brochures (TUA) | 39 Pagina's