Een staat met den Bijbel - pagina 59

7 o

HET HOOGER ONDERWIJS.

mede de wetgeving en het regeeringsbeleid in overeenstemming moeten zijn. Het schijnt mij toe, dat deze opvatting niet de consequentie is van, en zelfs niet te rijmen is met de zooëven in hare grondtrekken weergegeven overtuiging. Het klinkt wel wat vreemd, het beginsel van volstrekte neutraliteit in eenen adem te hooren bestrijden en verdedigen, te bestrijden in de liberalen die de nationale eenheid hierin zoeken, en te verdedigen in de antiliberalen die precies hetzelfde willen, met eenig voorbehoud ten aanzien vooral van de school en de kerk. Het is meer dan twijfelachtig of het beginsel van Gods souvereiniteit, waarvoor de anti-liberalen heeten op . te komen, wel tot zijn recht komt in een stelsel dat aan God, den Heer, in het openbare leven van het volk juist zoo veel en zoo weinig zeggenschap toekent als de Christenstaatsman, de Kamerclub, en het partijbeleid voor Hem weten te bedingen. De bekende regels van den 33slen psalm : »Alles moet Hem eeren, Want het Woord des Heeren, 't Richtsnoer zijner daan. Is volmaakt rechtvaardig, Al onze achting waardig, Eeuwig zal 't bestaan." wijzen op eenen anderen regel. Groen van Prinsterer bestreed het Liberalisme,%en legde toen de volgende verklaring af: * »Verre zij het, evenwel, van ons, in de plaats van de willekeur der Liberalen de onze te laten treden. Wij verlangen dat de g r o n d w e t met het ChristelijkHistorische staatsrecht en het Nederlandsch volkswezen in overeenstemming zal worden gebracht." x) Dit zijn gulden woorden. Wij kunnen ons hierin 1) Groen van Prinst. verspr. geschr. I, blz. 196.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen