Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Handleiding bij de beoefening der geref. geloofswaarheden - pagina 90

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Handleiding bij de beoefening der geref. geloofswaarheden - pagina 90

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

84

dingen ons slechts spreken van den dood en zijn heerschappij. De idee der onsterfelijkheid heeft God in ons ingelegd, en duidelijk geopenbaard in Zijn Woord. Hoe is nu deze tusschenstaat ?

Met andere woorden : welke zijn de verhoudingen in welke de gestorvenen zich bevinden aan de overzijde des grafs ? Vooraf sta dan vast, dat er twee mogelijkheden slechts zijn: wat de Schrift noemt hel of hemel. Eer we dit iets nader ontwikkelen, behandelen we eerst de kwestie van de mogelijkheid eener loutering der ziel na den dood ; wat de Roomschen dus noemen het vagevuur. Het vagevuur wordt nergens echter in de H. Schrift geleerd. Het is dan ook geheel in strijd met de leer der rechtvaardigmaking, en een uitvloeisel van de Roomsche (Pelagiaansche) leer, dat wij zelf, zij het ook gedeeltelijk, iets kunnen toebrengen aan onze behoudenis. De Roomschen beroepen zich wel op Matth. 12 : 32, maar de woorden »noch in de toekomende eeuw" in deze tekst, dienen alleen als een versterking van de onvergefelijkheid der aldaar genoemde zonde. Daarbij, deze tekst spreekt van vergeving deizonden, en kan dus nimmer op het vagevuur slaan, daar het vagevuur geen plaats is waar de zonden vergeven worden, maar alleen een oord is voor afbetaling van tijdelijke straffen. De hel is de plaats der goddeloozen, die gestorven zijn. Hoe die 'toestand zal zjjn, is niet nauwkeurig beschreven. Hoe zouden we het ook, als menschen van deze aarde, kunnen verstaan. Dit staat vast, dat de toorn Gods, die reeds hier op den goddelooze ligt, te zwaarder zal worden gevoeld, daar alle afleiding door het aardsche leven veroorzaakt er zal ontbreken, wegens het opgehouden hebben der relatie met het aardsche. Het naakte bestaan zal dan met niets, dan mef> ,dien toorn gevuld worden. De hemel is, omgekeerd, de plaats waar de zielen der gelukzaligen in ongekende verheuging zich in Gods gunst verlustigen mogen. De Schrift legt meer nadruk er op, hoe het er niet zal zijn, dan wel dat zij bedoelt een nauwkeurige omschrijving te geven, hoe het er wèl zal zijn. Het eeuwige leven dat daar zoo rijk zal worden genoten, is dan ook feitelijk niet onder woorden te brengen, het gaat alle gedachte, dies ook alle taal, en alle beschrijving ver te boven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902

Brochures (TUA) | 96 Pagina's

Handleiding bij de beoefening der geref. geloofswaarheden - pagina 90

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902

Brochures (TUA) | 96 Pagina's