Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het recht en de vrijheid der kerken in zake de opleiding tot den dienst des Woords - pagina 17

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het recht en de vrijheid der kerken in zake de opleiding tot den dienst des Woords - pagina 17

Conclusiën met toelichting van de Utrechtsche vergadering, gehouden den 9den April 1902, over het "Advies (Concept-Contract) aan de Gereformeerde Kerken in Nederland"

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

18 meer kosten en dus f 6000 of f 12000 meer eischen; d. dat zeer zeker de loslating van de Th. School allicht op verbeurte van al die liefde en steun zou komen te staan, welke voor het beantwoorden aan onze roeping onmisbaar zijn. De collecten, de contributiën en de legaten zouden zeker niet vermeerderen voor een School, die . . . niet meer bestaat. Ook zou de nu zeer beduidende winst van De Bazuin niet meer zeker kunnen worden geacht. ƒ. En wie zou ten slotte durven beweren, dat met de aanvaarding van het concept-contract, bij gewone stemmenmeerderheid door de Generale Synode, de rust en de vrede, de bloei en de eenheid der Kerken zouden bevorderd worden? Na al hetgeen er, na het publiceeren van het concept-contract, openbaar is geworden in de Kerken zal wel niemand zich tot zulk een bewering verstouten, zoo hij acht heeft gegeven op de verschijnselen. Ook daarom sprak de Vergadering „als hare ernstige verwachting uit, dat de Kerken het concept-contract zullen verwerpen." II. En wat nu de tweede conclusie betreft, — ofschoon nu wederom gebleken is, dat eenheid van opleiding dus niet daardoor is te verkrijgen, dat de Theol. School verdwijne, toch oordeelt ook de Vergadering dat naar eenheid van opleiding tot den dienst des Woords moet gestreefd worden. Vergelijk wat onder I vóór A is gezegd. Ook naar haar inzien zou een goede oplossing van de opleidingskwestie van groot belang zijn voor de bevordering van de eenheid en den bloei der Kerken. Vandaar dat de Vergadering zich niet bepaalde tot een negatieve conclusie, no. 1, maar ook in positieven zin zich uitsprak, gelijk hare 2de conclusie doet zien. Deze conclusie is uitteraard zeer eenvoudig en duidelijk

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 april 1902

Brochures (TUA) | 23 Pagina's

Het recht en de vrijheid der kerken in zake de opleiding tot den dienst des Woords - pagina 17

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 april 1902

Brochures (TUA) | 23 Pagina's