Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De afscheiding van S. van Velzen - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De afscheiding van S. van Velzen - pagina 21

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

283 woner van die pastorie, J. L. de Mol Moncourt, al leest hij dit stuk ook niet, toch overtuigd zijn van mijne dankbaarheid voor zijne welwillendheid, waarmede hij mij een paar historische bronnen van zijn archief heeft afgestaan. Wat nu de „wettigheid" der handelingen van het Classikale Bestuur van Dokkum tegenover Yan Yelzen aangaat, onze vaste overtuiging is, dat de eerste reden, door dit Bestuur aangevoerd voor zijne schorsing geen recht van bestaan heeft, maar de twee laatste redenen beslist en zeker. Van Velzen meende in zijne voortvarendheid, dat de kerkeraad en de gemeente van Drogeham die z.g.n. „onwettige schorsing" zou verwerpen. Dit geschiedde niet en terecht. Over het opstoken der Gemeente tot onwettig revolutionair verzet en het laten prediken van onwettig revolutionaire Gezangenverwerpers hebben wij het al gehad. Deze beide redenen maakten de schorsing wettig. Een koninkrijk, dat tegen zichzelven verdeeld is, kan niet bestaan. Maar de beschuldiging, dat de predikant „onbewezene beschuldigingen en aantijgingen", als gevolgen van „liefdelooze verdenkingen en haatelijke laster", gebruikt zou hebben, is onwaar. Dat de heeren van die dagen niet bij uitstek rechtzinnig waren in leer en leven, heeft Dr. G. J. Vos Azn. genoegzaam aangetoond. Een predikant, die zijn breede witte stropdas, ook wel eens genoemd „gipsverband", van zijn hals aftrekt en dan uitbrult: „Ik laat mij liever den hals afsnijden, dan dat ik de Dordtsche leerregels onderteeken", heeft meer van een woesten varkensslagersknecht, dan van een ontwikkeld eu beschaafd predikant. Maar wij weiden daarover verder niet uit. Van Velzen schaamde zich in ieder geval noch de afscheiding, noch den naam afgescheiden, toen hij tot een

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juli 1902

Brochures (TUA) | 22 Pagina's

De afscheiding van S. van Velzen - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juli 1902

Brochures (TUA) | 22 Pagina's