Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staatkundige rondblik - pagina 30

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staatkundige rondblik - pagina 30

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

1901 niet opgenomen, toch in 1897 in het actie-program een plaats vond, en dat tot veler groote voldoening in de troonrede van nu laatst als dit jaar nog te verwachten werd vermeld. Zooals men weet, wordt het arbeidscontract niet afzonderlijk in ons Burgerlijk Wetboek geregeld. Tot nu toe berustte het arbeidscontract, dit is het contract tussclien werkgever en werknemer over de voorwaarden van den te verrichten arbeid, op het gewoon recht voor overeenkomsten in 't algemeen en voorts op plaatselijke vak-usantiën. In de overgroote meerderheid der gevallen wordt niet dan een mondelinge, en dus uitteraard zeer onnauwkeurig geformuleerde afspraak gemaakt. Onbeperkt zijn beide partijen dus, om de voorwaarden der overeenkomst juist te regelen zooals zij zelve dit verkiezen. Beurtelings worden patroon en arbeider, maar de laatste het vaakst, van dezen ongeregelden toestand de dupe. „Is er overvloed van werk", zoo schreef het Centraal-Comité in zijn toelichting bij het actie-program van 1897, „dan dwingt dit den arbeider genoegen te nemen met bedingen, die hem geen menschelijke existentie waarborgen. Schiet er arbeidskracht te kort, clan worden eischen gesteld, die het bedrijf ten gronde richten. De overgroote meerderheid der conflicten op het gebied van den arbeid waren te wijten aan deze ontstentenis van behoorlijke regeling van het arbeidscontract." De regeling van het arbeidscontract is in zooverre allerminst een nieuwigheid, dat tal van overeenkomsten in het Burgerlijk Wetboek op dezelfde wijze aan vaste bepalingen zijn gebonden. Oansch het wetboek van koophandel en al de daarin geregelde overeenkomsten vormen op die wijze, zooals de juristen dat noemen, een „lex specialis", d.w.z. dat*voor de daarin behandelde onderwerpen wel het algemeene recht voor de verbintenis uit overeenkomst geldt, maar steeds met dien verstande, dat deze algemeene regelen slechts gelden voor zoover daarbij van de bijzondere aan die onderwerpen gewijde wetsbepalingen niet is afgeweken. De overeenkomst met den commissionair, met den makelaar, het arbeidscontract

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 oktober 1902

Brochures (TUA) | 45 Pagina's

Staatkundige rondblik - pagina 30

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 oktober 1902

Brochures (TUA) | 45 Pagina's