Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gedachtenisrede uitgesproken in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Apeldoorn - pagina 13

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gedachtenisrede uitgesproken in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Apeldoorn - pagina 13

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

12

machtig God te doen, die redt in de ure van nood. Met een trouwen .Tehovah, die het hem aan niets deed ontbreken en het altijd vervulde: In de ure, waarin het noodig is, zal Ik bij uzijn. Met een Koning, voor wiens rekening hij staat, ook in zijn amtelijk werk en die om Zijns zelfs wil bekwaamt tot iedere taak, waartoe Hij roept. Welk een steun! De bekrachtiging van den Zender, die Zijne gezanten nimmer verlaat en waar zij telkens belijden moeten: Hoeveel ontrouw kleeft ons aan, in hoeveel ijver schieten wij te kort, hoe rechtvaardig zou 't zijn als de Ileere ons aan ons zelf overliet, daar gedenkt de Ileere Jezus aan Zijne arme knechten en zegt: Mijne kracht wordt in zwakheid volbracht. Ik dank Hem, die mij bekrachtigd heeft. Geliefde gemeente, als wij nu die tien jaren eens terugzien, dan kunnen ook wij niet anders uitroepen. Neen, wij wenschen niet onszelven te prediken, maar tot roem van Gods genade mogen wij in deze ure niet anders spreken. Hoe menigmaal kwamen er tijden, dat wij in de eenzaamheid zuchtten: Eene stem zegt: Roept, Wat-/al ik roepen, maar dan leidde de Heere ons in en gaf ons eene stof waarover wij prediken mochten. Hoe dikwijls werden wij bestreden, geheel uitgepredikt te zijn. maar dan opende God weder de volle bron van Zijn getuigenis en mochten wij scheppen uit de nimmer ledige fontein van het Woord des levens. Tot twintigmaal toe kwam de roepstem tot ons: Kom over en help ons, en dan was de vraag: Heere, wijs Gij ons den weg, dien Gij wilt, dat wij gaan zullen en nimmer deed de Ileere het ons aan Zijn licht ontbreken. Die mij bekrachtigd heeft. Dat vooral mogen wij zeggen, toen er rustdagen aanbraken, waarop ons harte bitter gewond en zeer bedroefd was en wij beter tot weenen, dan tot evangelie prediken geschikt waren. Zondagen, waarop onze ziele terneer boog onder het leed des levens en de doodsengel onze woning was binnengetreden om één onzer dierbare panden van ons weg te nemen en toch bekrachtigde de trouwe Immanuël zóó, dat wij zelfs met vrede in Gocl het verkondigen mochten, dat ons óók een scherpe doorn in het vleesch was gegeven i) en wederom, dat Gods knechten hebben te zwijgen waar God van den hemel spreekt: Het zij u genoeg, spreek niet meer van deze zaak. 2) In clie tien jaren was er maar één zondag, waarop wij door ongesteldheid verhinderd werden het Woord des levens te ') Tekst onzer leerrede op 16 Sept. 1900, over 2 Cor. 7 : 12, na het afsterven van ons dochtertje. 2 ) Idem op 4 Juni 1899, nadat dc Heere ons zoontje had weggenomen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903

Brochures (TUA) | 19 Pagina's

Gedachtenisrede uitgesproken in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Apeldoorn - pagina 13

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903

Brochures (TUA) | 19 Pagina's