Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ineensmelting - pagina 44

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ineensmelting - pagina 44

Een woord voor de eenheid der kerk (Deel 2)

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

47 den worden, en niet langer schuld, wegens den smaad door de wereld Jezus aangedaan, zouden willen laden op ons! Doch het groote belang, dat de zaak en de eere van Uw Heiland bij een ook uitwendig bestaande eenheid van Zijn volk heeft, wordt door Jezus zeiven ons nog nader op het hart gebonden. Laat ons hooren hoe de in Zijn zaak en eer gekrenkte Heiland tegen ons nog verder bidt: „En ik heb," zoo zegt Hij, „hun de heerlijkheid gegeven die Gij mij gegeven hebt; opdat zij één zijn, gelijk als wij één zijn." Gevoelt gij de kracht van dit woord? De ons gegeven heerlijkheid van Jezus, ja in oorsprong: des Vaders, moet ons één-zijn ten gevolge hebben. J a dat één-zijn is een van de doeleinden van dit geven van Zijn heerlijkheid aan ons. Zoo weinig als deze eenheid nu niet beleefd wordt en niet -uitkomt, zoo weinig blijkt ook, dat die heerlijkheid waarlijk op ons ligt en ons waarlijk geschonken is. Zoo ver die eenheid weg is, zoo ver is ook de eigenlijke heerlijkheid en eere die God aan Zijn Kerk op aarde gegeven heeft, zoek en verborgen. Niet alleen derhalve dat de heerlijkheid en eere van Jezus zèlven voor het oog der wereld wordt verborgen door onze kerkelijke verdeeldheid, maar ook de heerlijkheid en eere van Zijn Kerk zelve! Onze kerkelijke verdeeldheid die wij om onzentwille aanhouden, is oorzaak van oneer voor Jezus zelf, en voor Zijn z a a k ; en de oorzaak wat o n s aangaat, van den tegenstand der wereld. De vraag dringt zich door deze verdeeldheid te meer met kracht aan de verblinde wereld op: is Jezus, wiens naam tot nu onder de menschen standhield, wel inderdaad die Zaligmaker die Hij betuigt te zijn ? I s Hij wel de Zoon Gods ? En dan die andere vragen des ongeloofs, welke door de verdeeldheid en glansloosheid der Kerk en de onderlinge liefdeloosheid der geloovigen, zich vanzelf hierbij voegen: is die z a a k van Jezus, is de K e r k van Jezus wel waarlijk uit G o d, den Vader der lichten ? „Ik in hen en Gij in mij; opdat zij volmaakt zijn in één." Zóó bad Jezus in het 23e vers. Het jagen naar de volmaaktheid, ook op kerkelijk gebied, ligt niet buiten het zoeken naar opheffing van gedeeldheid. „Opdat de wereld bekenne," „zoo gaat Jezus voort, „dat Gij Mij gezonden hebt, en hen liefgehad hebt gelijk Gij Mij liefgehad hebt." Zóó vat Jezus nog eens samen wat hij in het door ons besproken deel van Zijn gebed gezegd had. — In dit vers vinden wij nogmaals Jezus' bede om de eenheid onder Zijn volk. En dan volgt de tweevoudige betuiging dat dooi- deze eenheid de wereld over-

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903

Brochures (TUA) | 51 Pagina's

De ineensmelting - pagina 44

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903

Brochures (TUA) | 51 Pagina's