De algeheele heiliging van de geloovigen, de wensch van de dienaar des Evangelies - pagina 18

19 Hij kan het doen. Het is wel een groot werk, een ontzaglijk groot werk, om onreine, onheilige zondaren, die van nature geneigd zijn God en den naaste te haten, te veranderen, om te zetten en te vernieuwen tot reinen en heiligen, die God weer liefhebben boven alles en den naaste als zichzelven. Dit werk is niet minder groot dan het werk der schepping. Maar hoe groot dit werk ook moge zijn, God de Heere kan het tot stand brengen, en wel langs een weg, dien Hij zelf daartoe zonder krenking van zijne deugden, verordend en gebaand heeft. Die weg ligt in Christus Jezus, Gods eeniggeboren Zoon, of wilt gij, Christus Jezus is zelf de weg, langs welken zondaren tot kinderen aangenomen, hernieuwd en geheiligd worden. In Christus Jezus worden zondaren door God herschapen tot nieuwe schepselen, geschapen tot goede werken. En kan God, de Almachtige, de algeheele heiliging van onreine en onheilige zondaren uitwerken, Hij wil het ook doen. Het is van eeuwigheid zijn souverein welbehagen geweest, om niet alleen zijnen Naam groot te maken in de werken der Schepping en der Voorzienigheid, maar ook om dien Naam te verheerlijken in de werken der Herschepping en der Verlossing. Naar dat eeuwig welbehagen wil Hij zijnen troon omringen met de zoodanigen, die eenmaal schuldige, doemwaardige, onreine, onheilige zondaren geweest zijn, doch niet dan nadat Hij hun langs een wonderen weg niet alleen al hunne zonden vergeven, maar hen ook geheel en al vernieuwd, herschapen en geheiligd heeft. Een wonder, dat onbegrijpelijk en ondoorgrondelijk is, maar een wonder, dat aan de verlosten stof zal geven, om den grooten Naam van God Drieëenig in alle eeuwigheid te danken, te loven en te prijzen. En kan en wil God het goede werk, door Hem in de geloovigen begonnen, volbrengen tot op den dag van onzen Heere Jezus Christus, Hij zal het ook doen. Hierop wijst de Apostel uitdrukkelijk, hij zegt: Hij die u roept, is getrouw, die het ook doen zal. In zijnen tweeden brief aan de geloovigen te Thessalonika, hoofdstuk 3 : 3, roept de Apostel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen