Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Persoonlijk geloofsleven en theologische studie - pagina 5

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Persoonlijk geloofsleven en theologische studie - pagina 5

Rede bij de aanvaarding van het Hoogleeraarsambt van wege de Nederlandsche Hervormde Kerk aan de Rijks-Universiteit te Groningen uitgesproken op Woensdag 20 September 1905

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

7

beide heldenfiguren allerlei trekken van overeenkomst zijn aan te wijzen, hoedanigheden, wier gemeenschappelijk bezit, ook bij verschillend gebruik, zoowel den een als den ander tot zoo'n machtig glorie-mensch heeft gemaakt. Nu meen ik, dat het bij de beoefening der godgeleerde wetenschap bovenal hierop aankomt, dat de mensch die zich aan haar wijdt is een mensch Gods, een gewijde persoonlijkheid, iemand, die zich innerlijk verwant voelt aan, ik zei bijna gegrepen voelt door het object waarmede hij zich bezig houdt. REGENBOGEN schijnt zich een volmaakten theoloog te kunnen denken, zonder hierop veel nadruk te leggen. Zijn geheele verhandeling, daareven bedoeld, is trouwens niet veel meer dan de dorre parafraze van een stukje „Series". Bij W I T S I U S is dat beter. Na te hebben aangewezen, dat de ware theoloog „humilis Scripturarum discipulus" is, gaat hij aldus voort: „Sed uti sola Scriptura norma est omnium credendorum, ita ut Scripturam spiritualiter ac salutariter, ik herhaal: spiritualiter ac salutariter intelligat, Spiritui Sancto intus Se erudiendum tradere Theologus noster debet; atque ita qui Scripturarum est discipulus, eum Spiritus quoque discipulum esse oportet. Qui limis naturae oculis coelestia contemplatur, nativum illorum splendorem pulcritudinem non videt, sed falsam quandam eorum imaginem intuetur: aliam enim in se. ipsis habent, alia vero eorum animis quibus tam obscure observantur imprimitur. Ut spiritualia assequamur spirituali mente imbui necesse est. Abdita Scripturarum ingenii mere humani, acutissimam licet, aciem fugiunt; neque intellectus naturalis ea melius percipit, quam sonorum rationem nares, vel odorum aures. Magnus igitur hic animarum Doctor Spiritus, ut tantae imfirmitati subveniret, alumnis et discipulis suis novam coelestemque mentem tribuit, quam purissimo collustrat lumine, ut supercoelestia mysteria in nativa luce sua intueri valeant. Una cum rebus

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 september 1905

Brochures (TUA) | 40 Pagina's

Persoonlijk geloofsleven en theologische studie - pagina 5

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 september 1905

Brochures (TUA) | 40 Pagina's