Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rapport over de leer van Ds. A.M. Berkhoff betreffende het duizendjarig rijk en de tweeërlei opstanding - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rapport over de leer van Ds. A.M. Berkhoff betreffende het duizendjarig rijk en de tweeërlei opstanding - pagina 8

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

7 Tegenwoordig geven de meesten aan deze vertaling de voorkeur b. Pistis. Sommigen meenen, dat dit is de „fides quae credit", wat in verband staat met analogia in den zin van mensura, proportio, terwijl anderen van gedachte zijn, dat het is de „fides quae creditur", wat in verband staat met analogia in den zin van ratio, regula Wij hebben deze korte uiteenzetting gegeven, om te doen zien, dat er ten opzichte van de vertaling van Rom. 12 : 6 (7) geen communis opinio bestaat, zoodat we nog geen duidelijke voorstelling van de analogia fidei verkrijgen als we de Schriftuurplaats opslaan, waar deze uitdrukking gebezigd wordt. Het zal clan ook wel niet gemakkelijk uit te maken zijn, of de bewuste term te recht of ten onrechte aan Rom. 12 : 6 (7) ontleend is, indien we althans dezen term nemen in den zin, waarin hij in de vakliteratuur wordt gevonden. In elk geval heeft de naam analogia fidei in de theologie, en nader bepaald iu de Hermeneutiek burgerrecht verkregen. Van oude tijden af aan is van analogia fidei gesproken. Echter niet altijd in denzelfden zin. Zij is dan ook een niet nauwkeurig omschreven begrip 3 ). Toch is het mogelijk om aan de hand van enkele, steeds naar voren komende gedachten, een eenigszins duidelijk beeld te verkrijgen van wat men algemeen onder den term analogia fidei verstaat. In de eerste plaats wil men door de analogia fidei uitspreken, dat men de Heilige Schrift als een organische eenheid aanvaardt. Men wil daarmede zeggen, dat de Schrift als één machtige conceptie van den Heiligen Geest zichzelf niet tegenspreekt, maar haar eigen uitlegster is naar den regel: Scriptura Scripturae interpres. In de tweede plaats wil men door de analogia fidei uitspreken, dat de duistere plaatsen verklaard moeten worden door de plaatsen, die duidelijker zijn en de doorgaande leer der Schrift helder vertoonen. In de derde plaats wil men met den term, analogia fidei, te kennen geven, dat, hoewel de exegese niet beheerscht mag worGeref. Theol. Tijdschr., j a a r g . XVII, art. van Dr. V. Hepp, De beteekenis der analogia fidei voor de exegese, blz. 349—371. Cf. Prof. Lindeboom, De „Analogia fidei" en Rom. 12 : 6 (7), 't zelfde tijdschr. blz. 448—457; cf. in hetzelfde tijdschr. blz. 408—417, een art. van Dr. ]. G. Ubbink. -) Zie de aangehaalde art. van Hepp en Lindeboom. 3 ) Dr. F. W. Grosheide, Hermeneutiek, A'dam, 1929, blz. 57.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 5 september 1933

Brochures (TUA) | 83 Pagina's

Rapport over de leer van Ds. A.M. Berkhoff betreffende het duizendjarig rijk en de tweeërlei opstanding - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 5 september 1933

Brochures (TUA) | 83 Pagina's