Vorm en wezen van de huwelijkssluiting naar de oud-oostersche rechtsopvatting - pagina 39
Openbare les, gehouden bij den aanvang van zijn lessen als privaat-docent in de Oostersche rechtsgeschiedenis en de Grieksch-Egyptische papyrologie aan de..Rijks-Universiteit te Leiden op Woensdag 31 Januari 1934
37 den schoonvader aannam, schijnt Ezra 2 : 61 en Neh. 7 : 6 3 te bewijzen; vgl. ook noot 121. 120) Of verdere bijbelsche berichten nog herinneringen aan deze huwelijksvorm bewaren (vgl. b. v. de opgaven bij Ring, t. a. p. p. 15 v. v.; Lods, Israël p. 218), moet nog nader onderzocht worden. In ieder geval lijkt het niet juist (zoo Ring, t. a. p.), in dit verband van een matriarchaal type te spreken. 121) Een interessante parallel met den in den text behandelden passus der serie ana ittisu bieden twee onlangs gepubliceerde tabletten uit Arrapha (algemeene opmerkingen hierover b. v. bij Gadd, R A X X I I I p. 49 v. v.; Koschaker, Neue Rechtsurkunden p. 9 v. v.; Z A 41 p. 13 v. v.), Gadd (t. a. p.) 51 alsmede HSS V 67 (getranscribeerd en vertaald door Speiser, The Annual of the American Schools of Oriental Research Vol. X p. 31 v. v.): in deze beide texten wordt een man door een vader, die zelf geen zoons heeft, geadopteerd en de erfdochter wordt hem tot vrouw gegeven. Wij hebben dus ook hier de adoptie van den man der erfdochter, precies als in de serie ana ittisu, wat bewijst, dat opname van een schoonzoon in het huis van een vader, die zelf geen zoons had, in het oude Oosten een bekend verschijnsel is geweest (of ook een adoptie noodig was ? De tabletten uit Arrapha bewijzen dit inzooverre nauwelijks, als daar de adoptie voor de meest verschillende doeleinden in aanmerking kwam, b.v. Speiser, t. a. p. blz. 7 v.v.). Hiermede zou dus gerechtvaardigd zijn, dat dergelijke verhoudingen in het Assyr. Wetboek zoo nauwkeurig geregeld worden (vgl. noot 118). Interessant is, dat reeds Smith (bij Gadd, t. a. p. voetnoot) scherpzinnig combineerend parallellen tusschen den text Gadd 51 en Gen. 31 ontdekt heeft, dus juist voor dat bijbelsch bericht, waarin wij (noot 119) een herinnering aan de in de serie ana ittisu behandelde huwelijksvorm meenden te kunnen ontdekken. 122) Vgl. b.v. H A R - r a = hubullu I. Tafel (zie noot 6) regel 37: nig. S A L . ü s - s a ter-ha-tum Verdere opgaven bij Koschaker, Rvergl. St. p. 160 v.v. Het zich daarnaast nog bevindende ideogram voor tirhatum: k ü - d a m - t u k - a (zie noot 78) is geheel kleurloos en beteekent „zilver voor het huwelijk". 123) Typeerend is immers ook de oude sumerische benaming voor de geheel-vrije vrouw: d a m . d a m (zie noot 7), welke bewijst, dat men man en vrouw (ieder der echtgenooten heette d a m (zie noot 6), als gelijkberechtigde partners beschouwde.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 31 januari 1934
Brochures (TUA) | 45 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 31 januari 1934
Brochures (TUA) | 45 Pagina's