Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Huwelijk en geboortebeperking - pagina 7

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Huwelijk en geboortebeperking - pagina 7

Drie rapporten aan de Classis 's-Gravenhage van de Gereformeerde Kerken met de aangenomen conclusies inzake de Neo-Malthusiaansche propaganda

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

8 echter ook openbaar worden in strijd over het krijgen van kinderen, en dan grijpt men onwettig naar het wapen van de geboorteregeling. In plaats van de oorzaak van dit kwaad te bestrijden, de zonde des harten, grijpt men het kwaad van de buitenkant aan om de gevolgen te weren. Eeuwen achtereen heeft de gezinsopbouw een bijna onbeperkte heerschappij gevoerd. Het huwelijk werd als een plicht beschouwd, die ieder mensch te vervullen had. Alleen de R.K. geestelijken en diegenen in Protestantsche kringen, die de gave der onthouding hadden (1 Kor. 7, vs. 7), vormden daarop een uitzondering. Ook werd binnen het huwelijk de voortplanting aan geen enkele band gelegd, en het bezit van een talrijk gezin als een voorrecht beschouwd. Hierin is verandering gekomen door het optreden van de klassieke school van oeconomen in Engeland, dat zijn Adam Smith f 1790 en zijne leerlingen Malthus, Ricardo en Say. Deze onderzochten de bevolkingscijfers met het oog op de vraag of overbevolking te vreezen was, en vroegen zich af wat daartegen zoo noodig moest gedaan worden. Sedert dien tijd, heeft men aan de bevolkingscijfers meer aandacht geschonken dan vroeger. In den loop der historie is toen gebleken dat vóór 1870 vrij algemeen een getal van 40 geboorten voorkwam op 1000 inwoners. Daarna is het cijfer gaan dalen, totdat in 1931 op 1000 inwoners in Frankrijk 17, in Duitschland 16, en in Engeland 15 geboorten voorkwamen (de cijfers zijn hier en ook verder globaal genomen). Voor Nederland was het cijfer in 1919 nog gunstig n.1. 26 geboorten op 1000 inwoners, doch in 1931 was het reeds gedaald tot 22, terwijl in November 1933 slechts het cijfer van 19 geboorten bereikt werd. Hierbij moet verschil gemaakt worden tusschen de groote steden en de dorpen. Amsterdam daalde in de periode van 1928—'32 van 17 tot 15 geboorten op de 1000 inwoners, Rotterdam tot 16, Den Haag tot 16, Utrecht tot 17. Volgens enkele berichten is de afneming van het kindertal reeds merkbaar op de scholen. Drie, vier of meer kinderen uit één gezin op school is reeds een zeldzaamheid geworden. De vraag is dan ook bij menigeen opgekomen of we in deze afneming van het geboortecijfer niet een oordeel Gods hebben te zien. Bij den profeet Jeremia toch lezen wij: O land, land, land! hoor des Heeren woord; zóó zegt de Heere; schrijft dezen man als kinderloos aan, als een man die niet voorspoedig zal zijn in zijne dagen (de koning Jojachin). In het algemeen is van ons volk nog niet te Zeggen, dat God het straft met kinderloosheid, maar wel staat de geboortevermindering in verband met het oordeel van de malaise, waarmee God ons volk en vele andere volken bezoekt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1935

Brochures (TUA) | 44 Pagina's

Huwelijk en geboortebeperking - pagina 7

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1935

Brochures (TUA) | 44 Pagina's