Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De vergankelijkheid van des menschen leven (Oudejaarsavondpredikatie) - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De vergankelijkheid van des menschen leven (Oudejaarsavondpredikatie) - pagina 8

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ja! wie kan de gevolgen tellen van één eenigen misstap, van éénen gang in de holen der ontucht en des verderfs! Ach! de gevolgen daarvan kunnen zich voortplanten van kind tot kind. En zulke ongerechtigheden stelt de Heere gedurig weder voor Zijn aanschijn, tot verootmoediging en verbrijzeling dergenen, die ze bedreven hebben. Daarom, zoo gij uwen troost en toevlucht zoekt in de vergeving der zonden, vergeet nooit mijne geliefden! ook al zijt gij voor grove uitspatting bewaard gebleven, bij den Heere aan te houden met het gebed: „gedenk niet der zonden mijner jeugd", en: vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren! God stelt onze ongerechtigheden voor Zich, onze heimelijke zonden in het licht Zijns aanschijns, en dan valt er onverwachts een slag, men weet niet van waar die komt, en nog een slag en nog een slag, men stort ter neder en — men sterft. Wij sterven echter niet op dezelfde wijze als het vee des velds, als de bloemen of boomen, want die sterven op de gewone, hun van God gezette wijze, volgens Zijne instelling. Maar wij, kinderen van Adam, wij waren oorspronkelijk niet geschapen om te sterven en het is eene jammerlijke zaak, dat wij moeten sterven, en dat wij het beeld en de gelijkenis Gods, waar wij naar geschapen waren, hebben verloren, en dat het woord moest worden uitgesproken: Gij stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke zonden in het licht uws aanschijns. En gelijk het met de overtredingen van het zevende gebod is gelegen, is het met de overtredingen van al de geboden Gods gelegen. Of is het misschien geen zonde, als men, het heilige, negende gebod overtredende, stout en driest den goeden naam van den naaste te gronde richt door allerlei boozen en vuilen laster? Worden er niet dagelijks de grofste overtredingen gepleegd tegen het vijfde en zesde gebod? Daar nu de zonde een vergrijp is tegen de atlerhoogste Majesteit Gods, zoo blijft het eene onomstootbare waarheid, dat deze zonden en mis8

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937

Brochures (TUA) | 22 Pagina's

De vergankelijkheid van des menschen leven (Oudejaarsavondpredikatie) - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937

Brochures (TUA) | 22 Pagina's