Redevoeringen - pagina 10
Uitgesproken op de deputaten-vergadering, gehouden te Utrecht op vrijdag 9 april 1937
van hare rekeningen, op het wegruimen van hetgeen verouderd en v e r m o l m d was, op het uitsnijden van vele misbruiken, op h e t een einde maken aan verwordingsverschijnselen, op het herstel van tucht en orde, van eenheid en samenwerking, op den nieuwen bouw van staat en maatschappij, en op nog zooveel meer, om haar te prijzen boven het voorgaande, om het nuttige, het vruchtdragende van haar optreden te doen zien, om hare zegeningen te verkondigen, om haar recht van bestaan te verdedigen, om haar aan te bevelen, dan wel om met behulp van een en ander althans haar betrekkelijk recht van optreden aannemelijk te maken. Ook hierin is de misleiding aan het woord. Ik verwijs U weer naar Groen van Prinsterer. Alsof niet elke revolutie in principieelen zin bij inventarisatie van hare uitkomsten en gevolgen kan bogen op eene reeks van daden, welke positieve vruchten beteekenen. Alsof de genade die God bewijst, en waardoor Hij zoo menigmaal uit het kwade het goede doet voortkomen, ons recht geeft het kwade te aanvaarden en te verdedigen, de toevlucht te nemen tot bewegingen en middelen, welke in strijd zijn met Zijn geopenbaarden wil. In den weg van ongehoorzaamheid aan en opstand tegen God mag nimmer worden gestreefd naar het opruimen van misstanden, naar het uitsnijden van gebreken. Men zegt wel eens: eene dictatuur is goed en noodzakelijk, maar er moet voor worden gezorgd, dat zij geen gebruik maakt, noch kan maken, van terreur, vrijheidsberooving, wreedheden en bloedvergieten. Men vergist zich. Evenmin als de Moor zijn huid wit kan maken, kan de Revolutie, de stelselmatige verwerping van God en Zijn Woord, afstand doen van geweld en wreedheid. Tijdelijk kan de Revolutiegeest een gematigd karakter vertoonen, als hij zich heer en meester weet, als hij bereikt heeft, dat men zich willoos aan hem onderwerpt, of als hij geene principieele bestrijding ontmoet. Tijdelijk kan hij sluimeren, als het volk slaapt, als het verdord en versteend is en leeft in onverschilligheid, of als geestelijke lafheid en lamlendigheid het doen vegeteeren. Maar als de geestelijke stormen het volk wakker schudden, als de volksgemeenschap op hare grondvesten beeft, als de beroering de harten raakt en in spanning zet, als de strijd om de fundamenten des levens ontbrandt en oplaait, zonder dat er eene volhardende, 9
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 april 1937
Brochures (TUA) | 41 Pagina's