Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onderwijs op Gereformeerde Grondslag in Canada

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onderwijs op Gereformeerde Grondslag in Canada

17 minuten leestijd Arcering uitzetten

Met belangstelling volgen wij via "Criterium" het schoolgebeuren in Nederland. De giften die wij voor onze school uit Holland ontvangen hebben, geven blijk dat die belangstelling wederzijds is. In dit artikel willen wij, het personeel van de "Mount Cheam Christian School", u iets mededelen over het ontstaan en het reilen en zeilen van onze school.

Het ontstaan

Eigen scholen op protestantse grondslag zijn in Canada een vrij jong verschijnsel. Nederlandse emigranten, vooral die afkomstig zijn uit de Gereformeerde Kerk, waren hier baanbrekers. In de Gereformeerde Gemeenten van Noord-Amerika ontbrak voor de zeventigerjaren de leiding. Ook in financieel opzicht was het voor deze kleine, verspreide gemeenten haast ondoenbaar.

In de korte tijd dat ds. J. Pannekoek ons heeft gediend werd de mogelijkheid om een eigen school te beginnen besproken. Dat is toen op niets uitgelopen.

Hoewel er in 1975 een school van de Gereformeerde Gemeente (Synodaal) was gestart, bleef de noodzakelijkheid van een geheel eigen school bestaan. Begin 1978 is er onder leiding van de kerkeraad een schoolbestuur opgericht. Er is toen begonnen om geld in te zamelen. Een geschikt stuk grond achter de kerk werd gekocht.

Helaas, het werd tegenslag op tegenslag. De verschillende overheidsinstanties weigerden een

bouwvergunning te geven. Hoewel in Canada iedere groep recht heeft op een eigen school werden er allerlei voorwendsels gebruikt om ons tegen te werken. Tobias en Sanballat zijn in Nehemiah's tijd niet uitgestorven.

De nood voor een eigen school werd steeds dringender. Er werd besloten om in september 1980 te beginnen. Maar hoe? Het hoofd, voorheen hoofd van een "openbare lagere school", was de enige gediplomeerde leerkracht. Pogingen om een leerkracht uit Nederland aan te trekken faalden. Er was ook nog geen gebouw. Er waren wel 47 kinderen voor de kleuterklas tot en met de achtste klas. (In Canada tellen wij de schooljaren door van klas 1 tot en met 12).

Het eerste begin

Maar, horen wij u vragen, hoe kan dat nu? Zonder voldoende personeel, zonder schoolgebouw kan men toch geen school beginnen? Toch wel. "Independent Schools" zijn in de provincie British Columbia (in Canada is het onderwijs een provinciale zaak) geen enkel statuut onderworpen. Alleen als zij subsidie aanvragen worden er bepaalde eisen gesteld. Een wettelijk bezwaar was er dus niet en de ouders hadden genoeg vertrouwen in bestuur en personeel om de sprong te wagen: het moest doorgaan.

Een jonge vrouw uit de gemeente nam de kleuterklas op zich. Die werd gehuisvest in een leegstaand huis op het nog steeds onbebouwde, met onkruid overgroeide schoolterrein. Een jonge man met een "secondary school diploma" zou klas 1 tot en met 3 proberen. Het hoofd moest klas 4 tot en met 8 onderwijzen en zijn jonge onervaren collega's begeleiden. Iedere namiddag werden de lessen voor de volgende dag uitvoerig besproken. Maar... waar werden die twee klassen geherbergd?

In het kerkgebouw en het catechisatielokaal. Klas 1 tot en met 3 zaten in de kerk zelf. Iedere maandagmorgen werden de kerkbanken door de grootste jongens naar voren gesjouwd tot tegen de preekstoel. Zodoende ontstond er een ruimte achter in de kerk. Borden werden aan de achterwand bevestigd. (Kerkgangers in donker kostuum moesten 'szondags wel oppassen!) Op vrijdagmiddag werden de tafels van de kinderen in het catechisatielokaal opgestapeld en de kerkbanken werden weer op hun plaats gezet.

Het was, zoals iedere lezer begrijpt, een onmogelijke toestand. Maar er kwam uitkomst. De rammen van Nebajoth zouden ons dienen. Er waren reeds verschillende pogingen gedaan om een leegstaande

openbare school te huren. Steeds werd dat afgewezen. Maar de Heere heeft kennelijk de harten geneigd. In oktober verhuisden wij naar een prachtig gebouw en konden daar tot juni 1981 blijven.

Veel hebben onze mensen voor hun school gedaan. De chauffeurs voor de twee busjes waren vrijwilligers. Iedere dag moesten zij hun eigen werk tweemaal twee uur onderbreken. Busvervoer is hier onmisbaar. Sommige kinderen, ook van de laagste klassen, wonen 40 km. ver. Die moeten 's morgens en 's avonds meer dan een uur bussen. Eén gezin woont in de Verenigde Staten, net over de grens. Ook is er een vrouwenvereniging opgericht. Een tiental dames vergadert eens in de twee weken terwijl anderen als thuiswerksters hun steentje bijdragen. Eind november is het koopavond. Bijna de gehele schoolgemeenschap - kinderen, ouders, grootouders, vrienden - is dan aanwezig en ieder geniet van de drukke gezelligheid. De opbrengst van de verkochte goederen en gebak is natuurlijk voor de school.

In een eigen schoolgebouw

In het najaar van 1981 kregen wij eindelijk toestemming om aan ons eigen gebouw te beginnen. Maar... het moest een tijdelijk gebouw zijn: wij moesten beloven het na driejaar te verplaatsen of te slopen. Ondanks deze vreemde en wrede bepaling hebben wij toch doorgezet en ons schooltje gebouwd. Dit voorjaar is de vergunning voor vijf jaar verlengd.

Veel vrijwilligers hebben aan het gebouw gewerkt. Soms waren er meer dan twintig man aan de slag. Het was te zien: de school lag de mensen aan het hart. Na slechts drie maanden was het klaar en in maart '82 zijn wij voor de derde maal verhuisd. Hopelijk voor de laatste keer!

De offervaardigheid van de ouders en meelevenden was en is groot. Ouders betalen iedere maand schoolgeld. Voor een kind is dit $ 130. per maand; voor twee S200.; en als er drie of meer kinderen in een gezin zijn betaalt men $255. Het schoolgeld dekt ongeveer 70% van de jaarlijkse kosten. Ook wordt er iedere maand in de kerk een extra kollekte gehouden. Deze kollekte, de opbrengst van de vrouwenvereniging, en giften, b.v. uit Nederland of van Canadese zustergemeenten brengen de overige 30% van het nodige geld op. Toen de school werd gebouwd was er natuurlijk meer geld nodig. Ook dat is er gekomen. De hypotheek op het schoolterrein is inmiddels afgelost en momenteel is de school geheel onbelast. Waar

alles vandaan komt begrijpt niemand want onze groep is klein en de economische toestand is de laatste jaren minder geworden. Maar Hij, Wien het vee is op duizend bergen, heeft ons niet beschaamd. Inmiddels was juffrouw De Jonge van de dr. Maarten Lutherschool in Urk benoemd. Wij laten haar zelf haar ervaringen en indrukken vertellen.

Juffrouw in Canada

Na twee jaar als onderwijzeres in Urk werkzaam geweest te zijn, werd ik per 1 september 1980 in Chilliwack benoemd.

De ontvangst op Canadese bodem was hartelijk; men was er op uit de 'juf' zo vlug mogelijk in te laten burgeren.

Een eigen schoolgebouw was er nog niet. Men had tijdelijk onderdak gevonden in een gebouw van een plaatselijke kerk in Rosedale. Samen met nog een collega deelde ik een ruimte wat we door middel van kasten en dozen gescheiden hadden. Later hebben we er een stuk vloerbedekking tussen gehangen om de geluidshinder enigszins tegen te gaan.

Ik begon 's morgens met een combinatieklas 1-2 en 's middags kwam de derde klas er nog bij. In de ochtenduren kwamen de vakken zoals: rekenen, lezen, taal, spellen, schrijven aan de orde, terwijl ik 's middags klassikaal les gaf in natuurkunde, aardrijkskunde/ geschiedenis, muziek, tekenen, handenarbeid en lichamelijke opvoeding.

Voor vele Nederlandse collega's zal de Engelse taal een barrière zijn voor het onderwijzen in Canada. Onder de verantwoordelijkheden van de leerkracht valt toch ook onder andere het bevorderen van de taalontwikkeling van het kind. En dat gebeurt toch niet alleen aan de hand van taailesjes; het taalgebruik van de leerkracht heeft zeker ook invloed op de taal van het kind.

Het omschakelen in de Engelse taal gaat ook niet zo van de ene op de andere dag. De eerste maanden krijg je zoveel te verwerken dat het lijkt dat je eerder achter-als vooruit gaat. Maar dan, na enige maanden, merk je al dat het iets gemakkelijker gaat.

Enkele voordelen die deze omschakeling vergemakkelijken zijn:

- voor de vakken zoals rekenen, lezen en taal is er een goede handleiding beschikbaar voor de leerkracht;

- collega's die bereid zijn je te helpen;

- het schoolbestuur en de ouders hebben begrip voor deze situatie;

- van de meeste kinderen zijn de beide ouders Nederlandse emigranten en dus zijn deze kinderen in staat de leerkracht te helpen als deze eens 'stuck' op een woord komt te zitten.

Ik ben ook begonnen met de kinderen eerlijk te vertellen dat ik nog niet zo goed Engels kon en dat ze me maar zoveel mogelijk moesten helpen. Gecorrigeerd hebben ze me de eerste maanden! Vooral als mijn uitspraak niet juist was, ging er een vingerde hoogte in en werd er gezegd: "Miss De Jonge, you should say...." Waarna de juiste uitspraak van het 'mishandelde' woord volgde. Uitlachen was er echter nooit bij; de kinderen vonden het best leuk de 'teacher' te helpen.

Het Bijbelverhaal dat aan de orde van behandelen was schreef ik de avond tevoren helemaal uit. De kinderbijbel van 'Vreugdenhil' is ook in het Engels vertaald, maar voorlezen wilde ik me echter niet gewennen, 'k Ben gelijk begonnen met zelf te vertellen, al was het de eerste maandan dan niet lang. In het begin merkte ik echt wel eens dat het de kinderen niet boeide, maar later kreeg ik geleidelijk meer aandacht.

Hoewel ik alle lessen zo uitgebreid mogelijk uitschreef, stuitte ik toch steeds weer op onverwachte situaties en moest ik aan de

kinderen vragen: "How do you say that in English? "Geleidelijk ben je steeds meer in staat ook onverwachte gebeurtenissen op te vangen.

Canadese methoden

Nu zal ik in het kort iets over de Canadese methoden schrijven, waarbij ik me hoofdzakelijk tot het 'lezen'en Yekenen'zal beperken. Het aanvankelijke leesonderwijs heeft een globale aanpak. Ongeveer tot aan december wordt de kinderen een behoorlijk hoeveelheid woorden aangereikt die ze moeten memoriseren. Vanuit deze eerste woordjes worden eerst de medeklinkers aangeleerd. Pas maanden later begint de methode met klinkers. Ook aan het alfabetisch benoemen van de letters wordt in het eerste leerjaar aandacht besteed. De hoofd-en kleine letters worden tegelijkertijd aangeboden.

Het eerste jaar dat ik in Canada les gaf heb ik me angstvallig aan de aanwijzingen in de handleiding gehouden. Nu durf ik er wel wat Hollandse invloed doorheen te mengen; zo heb ik het alfabetisch benoemen in de eerste klas laten vervallen en begin ik wat eerder met de klinkers.

Helaas is er in Canada geen enkele leesmethode die overeenstemt met de grondslag van onze school. Zo zijn we genoodzaakt met een humanistische leesmethode te werken.

De gebeurtenissen spelen af in een a-religieuze omgeving. Verhalen over kaboutertjes, draken, reuzen e.d. komen vrij veel voor.

De meisjes hebben over het algemeen jongenskleding aan. Het rollenpatroon wordt veranderd.

Hieronder volgt een voorbeeld genomen uit het eerste leesboekje van klas een.

In het lesboekje van de derde klas wordt de kinderen de evolutieleer ingeprent.

Dinosaurs lived on the earth millions and millions of years before there were any people. Nobody ever went dinosaur hunting because there wasn't any person living on the earth to go. So of course nobody ever met a live dinosaur in the woods or anywhere else.

Wij, als leerkrachten moeten terdege op onze hoede zijn en de kinderen hierop attent maken en trachten te corrigeren.

Het peil van het rekenonderwijs ligt hier lager dan in Holland! Aan hoofdrekenen wordt weinig of geen aandacht besteed. De tafels van vermenigvuldigen komen ook later aan de orde als in Holland.

In de laagste klassen ontbreekt een methode voor aardrijkskunde/ geschiedenis. De leerkracht moet zelf wat ontwerpen uitkiezen, hierover materiaal verzamelen en werkbladen (verwerkingen) maken.

Moeilijk is het ook om een geschikt liedrepertoir samen te stellen; of de woorden zijn niet geschikt, of de toonomvang. De kinderen worden ook enkele Hollandse psalmen en liedjes geleerd. De verzameling geestelijke liederen uitgegeven door de werkgroep 'Muzikale Vorming' van de KLS vindt ook in Canada gretig aftrek. Van sommige liederen (voornamelijk liederen van Watts) hebben we de oorspronkelijke Engelse woorden, waarbij we gebruik maken van de melodieen die door de werkgroep vervaardigd zijn. We verloochenen ook onze Hollandse afkomst niet; naast het 'O Canada' (het Canadese volkslied) kunnen de kinderen ook het 'Wilhelmus1 vlot zingen!

Ik hoop met dit stukje de belangstelling voor het onderwijzen op de 'Mount Cheam Christian School' te Chilliwack enigszins aangewakkerd te hebben en iets van de barrière weggenomen te hebben.

Tenslotte: natuurliefhebbers kunnen hun hart ophalen in British Columbia. Het prachtige berglandschap is een aangename afwisse-

ling na de Hollandse dijken en polders! (tot zover mej. C. de Jonge)

De organisatie van ons onderwijs

De organisatie van ons onderwijs Hoewel het onderwijs overal zekere algemene eigenschappen heeft, ontwikkelt iedere school haar eigen manier om de opgedragen taak uit te voeren. Het is niet onze taak om een klein Nederland te scheppen, maar om ze voor te bereiden voor een leven in de huidige Canadese maatschappij en om onze kinderen te wijzen op het enige nodige dat gekend moet worden. Als u, onze Nederlandse collega's, een kijkje kon nemen zouden u verschillende dingen opvallen.

(Wederzijds geldt dat ook voor ons.) Ten eerste wordt u onmiddellijk geconfronteerd met het taalverschil. Mej. C. de Jonge heeft dit al aangestipt. Kinderen en hun ouders en het personeel praten, lezen en denken in het Engels. Voor ons is er geen taalprobleem, want wij zijn hier ook geboren (behalve juffrouw De Jonge en het hoofd die als kind van 8 jaar hier kwam, ) en dus hier ook geschoold zijn op de openbare scholen. Maar als u plotseling vanuit uw lokaal in Nederland in één onzer lokalen werd geplaatst zou het wel een vreemde gewaarwording

zijn. Het zou de bezoeker ook opvallen dat al de klassen combinaties zijn van twee, drie, vier - en dit jaar - vijf klassen. Dit houdt onder meer in dat de leerlingen verschillende jaren achter elkaar bij dezelfde leerkracht zitten. De kinderen die in 1980 bij het hoofd in de zesde

klas zaten zitten nu bij hem in de tiende klas. Zij krijgen dus nu voor het vijfde jaar les van dezelfde leraar.

Dit heeft ook op het lesgeven veel invloed. In enkele vakken, b.v. bij Bijbelse geschiedenis, onderwijzen wij klassikaal. Natuurlijk behandelen wij wel ieder jaar andere stof. In weer andere vakken kombineren wij de leerlingen in groepen: b.v. klas 9 en 10 werken samen in vakken zoals geschiedenis, aardrijkskunde, en de natuurkunde. Om de twee jaar herhalen wij dus de stof. Dit kombinatiesysteem kan niet in alle vakken worden gebruikt: kinderen in de lagere klassen kunnen niet voor een lees-of rekenles worden gecombineerd.

Een leraar die zoveel groepen in zijn lokaal heeft moet constant in de weer zijn. Een stoel is bijna een overbodige luxe! Stel u een rekenles voor in een kombinatie van 4-5-6 met 25 kinderen. Twee groepen moeten dus nuttig bezig zijn terwijl de onderwijzer de derde groep de les uitlegt. Dan moet hij vlug naar de tweede groep, enz. Er zijn natuurlijk ook een paar kinderen die heel moeilijk mee kunnen. Die hebben extra hulp nodig. Lessen moeten niet alleen worden uitgelegd maar ook worden nagekeken!

Het is dus zeer belangrijk om de lessen zo te plannen dat twee groepen zelfstandig werken terwijl de onderwijzer met de derde groep bezig is. In de lagere klassen is dit moeilijker dan in de hogere. De kinderen leren zodoende wel zelfstandig en rustig werken. Ook helpen de oudere leerlingen in het lokaal de jongere.

Is het onderwijs dan wel op peil? Het heeft niet veel nut om onze resultaten met Nederland te vergelijken: wij wonen in Canada en onze kinderen moeten hier hun weg vinden. Leerlingen die ons verlaten en naar andere scholen gaan om verder onderwijs te volgen ervaren geen bijzondere moeilijkheden. Verder, de leerlingen die getest worden (standardized tests with national norms) staan op of boven het provinciale peil. De inspecteur van het Ministerie van Onderwijs schrijft in zijn rapport dat hij "was impressed with the overal academie and spiritual tone of the school. This was evidenced in the positive teacher-pupil relationships, the professionalism of the staff, and the courteous deportment of the students." Daarom heeft de Minister ons de hoogst mogelijke subsidie toegekend voor dit vijfde leerjaar. (Een "independent school" moet vier jaar bestaan voor zij subsidie kan aanvragen. Onze subsidie bedraagt 30% van het geld dat een openbare school per leerling ontvangt.) Dus, hoewel wij als personeel zelfs veel gebreken zien, mogen wij toch tevreden zijn met de kwaliteit van het onderwijs.

Dit jaar volgen de oudere leerlingen een kursus in de Franse taal. Dat is hier verplicht als men subsidie wil krijgen. Gelukkig zijn er correspondentielessen te verkrijgen. Die zijn ontworpen voor kinderen in afgelegen gebieden van de provincie waar geen scholen zijn. Deze lessen zijn erg duidelijk. Een cassetterecorder wordt gebruikt om de juiste uitspraak te leren.

Naast de gewone vakken bieden wij timmeren voor de jongens en naaien en koken voor de meisjes, (klas 7 tot en met 10). Dit jaar hopen wij het timmerlokaal, (een oude, omgebouwde schuur) te vergroten en wat meer gereedschap te kopen. Een vrouw uit de gemeente met een Nederlands diploma voor naaien leert dit de zeven meisjes.

Oproep tot solliciteren

In dit schrijven hebben wij getracht u iets te vertellen over de school hier in Chilliwack. Wij mogen en willen niet vroom zijn (in de negatieve zin van dit woord) maar toch moeten wij zeggen: "Ebenezer: hitherto hath the LORD helped us". Het aantal leerlingen is sinds 1980 gestegen van 47 tot 89. Het nodige geld is er altijd gekomen, soms op onbegrijpelijke manier, (b.v., driemaal kregen wij een hartelijke brief met een ingesloten gift uit Prince Edward Island, 6500 km ver weg, aan de oostkust van ons land. Daar woont een stille eenzame lezer van "De Wachter Sions".) Over uitwendige dingen mogen wij niet klagen. De tegenstanders, zowel van binnen als van buiten, hebben wel gedacht: Al is het, dat zij bouwen, zo er een vos opkwame, hij zou hun stenen muur wel verscheuren. Maar Nehemiah's God leeft nog.

Wel hebben wij meer personeel nodig. Volgend jaar verwachten wij D. V. nog meer kinderen en er zullen waarschijnlijk twee vacatures zijn. Als wij geen mensen uit eigen kring kunnen aantrekken zullen wij elders personeel moeten zoeken.

Waarom hebben de reformatorische scholen in Canada (ook die van de Gereformeerde Gemeenten synodaal) zoveel moeite om geschikt personeel te krijgen? In onze kringen is er tot heden weinig belangstelling voor het hogere onderwijs. De meeste leerlingen gaan met hun zestiende jaar van school.

Er zijn ook in Canada werkloze onderwijzers maar niet uit onze kring. Ons geloof, onze levensstijl, het is hun vreemd. U begrijpt dat wij liever onze kinderen aan zulke onderwijzers niet toevertrouwen. Daarom adverteren wij ieder jaar in "De Wachter Sions". Helaas,

onze Nederlandse Collega's soliciteren niet. Waarom die aarzelende houding?

Ten eerste is er natuurlijk de taalbarrière. Wij onderschatten die niet: u moet die ook niet overschatten. Het is zoals mej. De Jonge schreef: na enige maanden merkje dat het gemakkelijker gaat.

Ook emigratie is niet persé nodig. Men kan met een tijdelijke werkvergunning hier ook terecht. Verder begrijpen wij heel goed dat niet ieder zich hier voorgoed wil vestigen. Een diensttijd van een paar jaar is ook mogelijk. Voor iemand met een gezin is het een grote stap. Voor jonge, ongehuwde collega's is het een verantwoord 'avontuur'.

Nederlandse diploma's worden hier erkend, (voor "independent schools"). Woningnood is hier niet. De salarissen zijn voldoende. Wij hopen dat door middel van dit stukje sommigen van u de stap ernstig en met biddend opzien zullen overwegen.

Wij en onze kinderen hebben een ziel voor de eeuwigheid. Ook wij hebben de plicht onze kinderen te onderwijzen volgens Gods Woord. Moge de Heere u in Nederland en ons in Canada ten goede gedenken. "And establish thou the work of our hands upon us; yea, the work of our hands, establish thou it." Psalm 90 : 17.

Namens het personeel,

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1984

Criterium | 55 Pagina's

Onderwijs op Gereformeerde Grondslag in Canada

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1984

Criterium | 55 Pagina's