Hoogbegaafdheid: een gave of een opgave?
Het schrijven van deze scriptie Hoogbegaafdheid: een gave of een opgave? heeft als doel een antwoord te vinden op de vraag hoe het onderwijs beter afgestemd kan worden op hoogbegaafde leerlingen. Het ligt niet in mijn vermogen o m hier een concreet antwoord op te geven. Toch wil ik onderzoek doen om meer over het onderwerp hoogbegaafdheid te weten te komen. Dit wil ik doen door eerst een theoretisch gedeelte over het signaleren van hoogbegaafdheid weer te geven en vervolgens de vraag te beantwoorden wat de leerkracht deze leerlingen kan bieden. In het praktische gedeelte vindt u wat er zoal in de praktijk wordt gedaan met hoogbegaafde leerlingen.
Hoogbegaafdheid: een gave of een opgave?
Het schrijven van deze scriptie Hoogbegaafdheid: een gave of een opgave? heeft als doel een antwoord te vinden op de vraag hoe het onderwijs beter afgestemd kan worden op hoogbegaafde leerlingen.
Het ligt niet in mijn vermogen o m hier een concreet antwoord op te geven. Toch wil ik onderzoek doen om meer over het onderwerp hoogbegaafdheid te weten te komen. Dit wil ik doen door eerst een theoretisch gedeelte over het signaleren van hoogbegaafdheid weer te geven en vervolgens de vraag te beantwoorden wat de leerkracht deze leerlingen kan bieden. In het praktische gedeelte vindt u wat er zoal in de praktijk wordt gedaan met hoogbegaafde leerlingen.
Hoe kun je hoogbegaafde leerlingen signaleren in de klas?
Als leerkracht is het raadzaam om zich te verdiepen in de vraag wat hoogbegaafdheid is. Want als de leerkracht niet weet wat het is, hoe kan hij deze leerlingen signaleren? De leerkracht let op hoe de leerlingen presteren op didactisch niveau, let op de uitslagen van toetsen en de werkhouding. Hoogbegaafdheid Afstudeerscriptie Hoogbegaafdheid Tineke van der Meijden Juni 2005 Begeleid door mw. drs, A. Brouwer Wise geestelijk gehandicapt zwak begaafd intelligent meer zeer intelligent hoog begaafd Normaalverdeling Als een leerling hoge cijfers haalt en bij de leerlingvolgsysteemtoetsen steeds hoog uitkomt, moet er een lampje gaan branden bij de leerkracht.
De leerkracht kan gebruikmaken van een vragenlijst om zo tot een antwoord te komen.
Eventueel kan overwogen worden om een intelligentie-onderzoek af te laten nemen door een schoolbegeleidingsdienst.
Welke mogelijkheden worden geboden door de school aan hoogbegaafde leerlingen?
Deze leerlingen zijn snel met hun werk klaar en hun kan extra werk worden geboden. Men kan ervoor zorgen dat de leerstof wordt gedifferentieerd zodat de leerling niet alle stof hoeft te maken. Geen herhalingsstof. Doordat deze leerlingen vaak sneller klaar zijn met hun werk, kan hen extra werk worden geboden in de vorm van Plustaken en ander materiaal. Ook kunnen ze opdrachten achter de computer maken, bijvoorbeeld een powerpointpresentatie.
Het gevaar is dat deze leerlingen weinig respons en begeleiding krijgen van de leerkracht. Dit zou veranderd kunnen worden door mogelijke begeleiding door de I.B.-er van de school.
In de Bijbel wordt niet gesproken over hoogbegaafdheid, maar wel over de gaven des verstands. Ook vele voorbeelden zijn te noemen van mensen die veel wijsheid van de Heere hebben ontvangen. Hoe gaan we om met (hoog)begaafde kinderen vanuit Bijbels oogpunt?
In Psalm 78 wordt het volk Israël opgeroepen om haar kinderen te leren en te onderwijzen.
Het gaat hier om de loffelijkheden des Heeren en Zijn sterkheid. Het gaat hier om de overlevering van zaken aan het nageslacht die volkomen zekerheid hebben. Het betreft de wet Gods, Zijn werken, zowel in genade ais in oordeel.
In de eerste plaats hebben we dus een Goddelijke opdracht om kinderen op te voeden in de vreze des Heeren en zal moeten worden uitgegaan van de noodzakelijk te ontvangen geestelijke gaven (wedergeboorte, bekering en geloof), welke God in Zijn bijzondere genade verleent.
Ten tweede is ieder mens een schepsel van God met unieke mogelijkheden, gaven en capaciteiten, waardoor hij zich van anderen onderscheidt. De verschillende mate waarin deze vermogens, talenten en geschiktheden zijn gegeven, wijst terug naar Gods vrijmacht.
Uit de diverse Bijbelhoofdstukken die we bestudeerd hebben, kunnen we concluderen dat de Heere Zijn zegen wil gebieden over gaven die we hebben gekregen. Deze gaven hebben we niet alleen voor onszelf gekregen, maar ook ten nutte van onze naasten. De Heere heeft hen willen zegenen die de gave des verstands in Zijn dienst wilden besteden. Het gaat om gaven die we moeten besteden in Zijn Koninkrijk. Als we naar het voorbeeld van Salomo kijken, hij heeft de gaven niet verstopt, maar toonde juist zijn wijsheid in gesprekken en in geschriften. Dat is ook een lering voor anderen, dus ten nutte van zijn naaste. Maar die de gave misbruikt, zal de Heere die ontnemen. Als we dit lezen in het kader van hoogbegaafdheid is er sprake van een belangrijke opdracht: namelijk de gaven die hoogbegaafden ontvangen hebben, hun verstand (hoge intelligentie), zo te gebruiken dat ze de ander ermee van dienst kunnen zijn. Dit geldt niet alleen voor de hoogbegaafden, maar ook mensen die gaven ontvangen hebben op andere gebieden, die ze kunnen besteden in het voordeel van de ander. Kunnen we dan niet spreken dat we allen een taak hebben ten aanzien van onze naaste?
Hoogbegaafd: een gave of een opgave? In de Bijbel wordt niet over hoogbegaafdheid gesproken. Wel worden woorden als wijsheid en gave des verstands gebruikt. Salomo gebruikte zijn gaven die hij van de Heere had ontvangen ten nutte van zijn naaste. Ook in de gelijkenis van de talenten wordt gesproken over de talenten gebruiken; een ieder heeft gekregen wat hij aan kan. De Heere vraagt niet meer of minder dan hij aankan. Het is een gave die we ontvangen hebben en mogen gebruiken tot nut van onze naaste. De Heere wii hem zegenen die het willen gebruiken voor Zijn Koninkrijk. Gebruikmaken van hun gaven is voor een hoogbegaafde ook een opgave, omdat er weinig mensen in hun omgeving zijn die hen begrijpen en die gedachten met hen kunnen delen. Ook is het een opgave om deze mensen te begeleiden en ermee om te gaan in de naaste omgeving. Anderzijds is het een gave om gebruik te maken van de kennis van deze mensen.
Om te kunnen signaleren is kennis en vaardigheden nodig om een bepaalde ontwikkeling op te merken of waar te nemen.
Voor de meeste scholen blijft het moeilijk om deze leerlingen te signaleren. Alleen hun intelligentie meten, is niet voldoende. Diverse aspecten spelen een rol: hoge intellectuele capaciteiten, creatief denken en taakgerichtheid (Renzulli). Verder zijn de informatie van de ouders, het leerlingvolgsysteem en een gerichte observatie van de leerkracht van belang. Ook op groepsniveau kunnen verschillende aspecten worden waargenomen, denk aan het houden van een spreekbeurt, het maken van een werkstuk of een stelopdracht. Verschillende lijsten kunnen gebruikt worden om deze kinderen te signaleren: Sl-Bel, SI-DI en Het Digitaal Handelingsprotocol. Onderpresteerders zijn de leerlingen die langdurig minder presteren dan op grond van hun capaciteiten verwacht zou mogen worden.
Hierbij wordt onderscheid gemaakt in absolute en relatieve onderpresteerders. Oorzaken hiervan kunnen factoren zijn binnen de schoolen de thuissituatie. Ook persoonlijkheidskenmerken van het kind kunnen een rol spelen. Deze kinderen zijn moeilijk te herkennen; raadzaam is een checklist in te vullen en een gesprek te hebben met de ouders. Hierin kan nagegaan worden hoe de voorschoolse ontwikkeling was of begaafdheid bij familieleden voorkomt en hoe het gedrag van het kind is. Enkele kenmerken die bij onderpresteerders vaak voorkomen, zijn de volgende: de kinderen geven blijk van voorkennis als het onderwerp in de klas wordt behandeld, ze maken onnodig fouten, slechte prestaties, het niet maken van huiswerk en een slechte concentratie. Van belang is dat deze leerlingen op de juiste manier begeleid worden. Het begeleiden van hoogbegaafde leerlingen kan op verschillende manieren vorm krijgen. De school kan kiezen voor compacten, verrijken of versnellen. Hierbij is van belang dat het welbevinden van het kind in de gaten wordt gehouden. Belangrijke criteria hieraan verbonden, zijn: de intellectuele capaciteiten, het didactisch niveau, de sociale-emotionele ontwikkeling en de meningen van ouders, leerlingen en leerkracht.
In de praktijk komt in de plusklas naar voren dat het welbevinden van hoogbegaafde leerlingen van belang is. Daarbij wordt onderwijs gegeven met een probleemgericht karakter. Al ontdekkend en filosoferend zijn deze leerlingen bezig om tot een oplossing te komen. De leerkracht begeleidt deze leerlingen en zet ze op het goede spoor, indien nodig. Hij ondersteunt ze als het ware. De ene leerkracht geeft meer aandacht aan het welbevinden, de ander steekt meer tijd in het plannen, organiseren en de werkhouding van deze leerlingen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006
Criterium | 84 Pagina's