Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Doden opgewekt (II).

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Doden opgewekt (II).

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In „Daniël" No. 15 hebben we aan het einde van de schets „Doden opgewekt I" gezegd: „De opwekking der doden is een bewijs, dat Christus over de dood triumfeert en een profetie, dat de levende kerk straks het loflied zal aanheffen: „Dood, waar is uw prikkel, hel waar is uw overwinning."

Thans willen we spreken óver de opwekking van de jongeling te Naïn (Lucas 7:11—15). Het dochtertje van Jaïrus (Matth. 9; Mare. 5 en Luc. 8). Lazarus (Johannes 11) en de verrijzenis van gestorven heiligen bij de dood van Jezus.

Er is in die opwekkingen een opmerkelijk verschil. Het dochtertje van Jaïrus was nog maar pas gestorven. De jongeling te Naïn werd grafwaarts gedragen. Lazarus was al vier dagen in het graf.

De Heere ging het land door goeddoende. Hij verrichte profetische wonderen om Zijn leer te bevestigen, koninklijke wonderen om Zijn macht te tonen. Priesterlijke wonderen om Zijn barmhartigheid te bewijzen.

Toen Hij het stadje Naïn, in het Zuiden van Galilea, naderde, kwam Hem een droeve stoet tegemoet. De enige zoon van een weduwe wordt grafwaarts gedragen.

Bij ons geschiedt dit in alle stilte maar in het Oosten maakt men misbaar.

De dode lag in doeken gewikkeld, alleen het gezicht bloot, op de lijkbaar, en werd door vrienden grafwaarts gedragen.

Ook vrouwen trokken mee, luid klagend en wenend.

De graven waren buiten de stad, uitgehouwen in een rotswand, waarin de doden werden neergelegd.

De opening werd door een steen afgesloten.

Christus is ook waarachtig mens.

Hij wordt met innerlijke ontferming bewogen, Hij roept de bedroefde weduwe toe: „Ween niet." Hij geeft vreugdeolie voor treurigheid.

Dan raakt Hij de baar aan en de dragers staan eerbiedig stil.

Vervolgens spreekt Hij tot de dode: „Jongeling, Ik zeg u, sta op!"

De dode hoort Zijn stem en leeft.

Het hart begint te kloppen en het bloed begint te stromen en de mond begint te spreken. Hij heeft de dood zijn prooi ontrukt en geeft de jongeling aan zijn moeder terug.

Geen wonder, dat de schare uitroept: „Een groot Profeet is onder ons opgestaan en God heeft Zjjn volk bezocht!".

De tweede dode, die Jezus heeft opgewekt, was het dochtertje van Jaïrus, een overste der Synagoge te Kapernaum.

Jaïrus was met de leiding der godsdienstoefening belast.

Wanneer zijn dochtertje op haar uiterste ligt, vlucht hij in zijn nood tot Christus.

Zijn geloof was niet. zo gr«ot als dat van de hoofdman die zeide: „Spreek slechts maar één woord!"

Hij vraagt of de Heere komen wil en haar de handen opleggen.

Dat geloof wordt op de proef gesteld.

Jezus wordt opgehouden door een kranke vrouw, die de zoom Zijns kleeds heeft aangeraakt. Hij toont niet de minste haast en wat Jaïrus gedacht heeft is gebeurd, want Zijn kind is al gestorven.

Jezus behoeft nu eigenlijk niet meer mee te gaan, want het is te laat.

De beproefde vader wordt echter bemoedigd door het woord: „Vrees niet, geloof alleenlijk!"

Als Jezus in het huis van Jaïrus komt, dritjft Hij de misbaarmakende vrouwen uit.

Waar Hij als de grote Levensvorst binnenkomt is de dood maar gelijk een slaap.

Als Hij alleen is overgebleven met de vader en de moeder en drie van Zijn discipelen, spreekt Hij in de Aramese taal de woorden: „Tabitha Kumie", d.w.z. „Dochtertje sta op."

Ook hier triumfeert de Vorst des Levens over de dood.

De derde opwekking heeft plaats te Bethanië.

Eerst was het een enige zoon, die werd Toen een enige dochter. opgewekt.

Nu zal Hij een enige broeder uit zijn graf doen verrijzen.

De Heere komt niet op onze tijd, maar op Zijn eigen tijd.

tijd. Daardoor worden de wonderen des te groter.

Als Hij de boodschap ontvangt, dat Lazarus krank is haast Hij Zich niet er heen te gaan, maar zegt: „Deze krankheid is niet tot de dood, maar ter verheerlijking Gods."

Christus is de Opstanding en het Leven, en al heeft het graf zich al geopend en het verderf zich al verspreid, als de Levensvorst komt dan moet de dood zijn prooi loslaten.

medege-De geschiedenis is eenvoudig en duidelijk deeld, wij behoeven het niet te herhalen.

Die in Hem gelooft zal leven, al ware hij ook gestorven. Zalig de mens, die met Job een geloof bezit, dat door de liefde werkzaam is, en mag roemen: „Ik weet, mijn Verlosser leeft!"

Tenslotte nog een enkel woord over de heiligen, die bij Jezus' sterven zijn opgestaan, en bij Zijn verrijzenis zich vertonen in de heilige stad.

Er zijn vele gissingen gemaakt, wie toch wel die heiligen geweest zijn, en of ze later weer gestorven zijn, of dat ze misschien net als Henoch in de heerlijkheid zijn opgenomen.

Gissen doet missen.

Dit wordt ons bij het sterven van Jezus duidelijk geleerd, dat alhoewel Hij gestorven is, Zijn macht over de dood blijft bestaan.

Dit blijkt uit de herleving va* de gestorven heiligen op het ogenblik van Zijn sterven.

En in deze verrijzenis ligt de profetie, dat door de dood van Christus en Zijn opstanding de wederopstanding des vleses mogelijk is geworden, ja voor eeuwig gewaarborgd.

Nu nog een paar eenvoudige vragen:

1. Waarom noemt Jezus de dood een slaap? 2. Bij wien was het geloof krachtiger, bij Jaïrus of bij de hoofdman te Kapernaum? 3. Waarom laat de Heere Zijn volk vaak wachten als ze Hem in de nood aanroepen? 4. Waaraan ontleent de dood zgn macht? 5. Op welke wijze heeft Christus de dood overwonnen? 6. Hoe worden we hier deelgenoot van Zgn opstandingsleven ?

Bronnen:

Henry. Dachsel. Sillevis Smit.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 januari 1948

Daniel | 15 Pagina's

Doden opgewekt (II).

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 januari 1948

Daniel | 15 Pagina's