DE GROTE AFVAL

Paulus schrijft aan de Thejssalonicenzen, die een spoedige wederkomst van Christus verwachtten en daarnaar verlangden: „En wij bidden u, broeders! door de toekomst van onze Heere Jezus Christus en onze toevergadering tot Hem, dat gij niet haastelijk bewogen wcrdt van verstand, of verschrikt, noch door geest, noch door woord, noch door zendbrief, als van ons ges.chreven, alsof de dag van Christus aanstaande ware. Dat niemand U verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij eerst de afval gekomen zij en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des ver der fs."

Dit woord, door Paulus geschreven is al haast twee duizend jaren oud. Nu zijn wij in de grote verzoeking gekomen, ja in de grote afval.

We bepalen ons nu niet zo zeer bij de antichrist of zoon des verderfs, maar alleen bij de afval en het daaraan verbonden gevaar.

In 1 Tim. 4 zegt Paulus, dat in de laatste tijden sommigen van het geloof zullen afvallen. Dat zegt de Geest duidelijk, zoals Paulus het uitdrukt. In de tijd van afval te leven, is gevaarlijk. Zie de wijze en de dwaze maagden; zij sliepen. O, dat is het beeld onzer dagen. Wij zijn in de grote afval. Daartegenover staat en blijft staan: „Maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden. Gehele volken, steden, doi-pen en gezinnen liggen in de greep van afval en verval. Altijd zijn er afvalligen geweest. De Heere Jezus zeide: „wilt gijlieden ook niet weggaan" waarop Petrus getuigde: „tot wie zullen wij heengaan" enz.

Wij leven in een tijd van een massaafval. Hoevelen breken met de kerk en des Heeren zalige dienst. Zie eens de sportvelden, zelfs op Gods dag. De sportvergoding en het bioscoopvennaak verslinden miljoenen.

Daarbij de valse religie om van alle andere mogelijke grote machten der hel niet te spreken. De krachten der antichristelijke macht dringen op. Rome breidt zich uit. Maar ook in Gods geopenbaarde kerk is er de afval.

Wie in zijn ziel met Christus op goede gronden is verbonden, kan de gemeenschap der kerk niet missen. De gemeenschap der heiligen is de enige hechte band van eenheid, omdat die in Christus is verankerd.

De groeiende afval der kerk is dus een veeg teken des tijds. In de opkomst van de antichrist zal dit steeds verergeren. De grote afval is de laatste periode voor de grote geriehtsdag. Gehele volken vallen dan weg. Maar ook dan zullen er de zeven duizend gevonden worden. Ook nu zijn er nog getrouwe getuigen tegen de grote afval. In een tijd van afval en verval gaat men aan het gezag van Gods Woord rafelen. Dan wordt het ouderlijk gezag minder en vanzelf ook het ambtelijk en kerkelijk gezag.

In de tijd der richteren deed een ieder, wat recht was in zijn ogen. Wat is de kerk niet geroepen om in een tijd van afval en schuddingen te strijden voor de ere Gods en de ordinantiën Gods. Opdat ook onze jeugd zal staan onder het ouderlijk, ambtelijk en kerkelijk gezag, om in deze weg van orde en gezag Gods Woord, Zijn dag, Zijn huis en Zijn volk en knechten lief te hebben.

Als de wereldgeest de kerk overstroomt komt er éen toenemende verzwakking. O, wat ligt er voor ons allen een ernstige vermaning en waarschuwing om te waken tegen alles, wat de inzettingen Gods naar omlaag haalt, opdat wij niet ons eigen weg zullen gaan.

Maar al zien wij de machten der hel ook opkomen, wij weten, dat deze gekant zijn tegen Christus en Deze hééft overwonnen en zal overwinnen.

Het grote wapen der hel, in een tijd van afval, is op alle terrein verwarring en revolutie in de wereld, maar ook in de kerk te veroorzaken. En bij deze verleiding en worsteling is de kerk des Heeren nauw betrokken. Deze strijd is in het paradijs begonnen en zal worden voortgezet tot het einde der wereld. In de tijd van afval zullen echter de bedreigingen zó hoog worden, dat er maar weinige getrouw zul Ten bevonden worden aan de instellingen Gods.

Wat zal het er op aankomen voor het getrouwe erfdeel des Heeren om getrouw gemaakt te worden aan Gods zaak tot de dood toe.

Wat verloochenen velen hun belijdenis, met een eed afgelegd, vertrappen hun doop of leven een los godsdienstig leven buiten God.

En als de grote verdrukking komt, waarin alleen staande kunnen blijven, die Gods genade kennen, zal het aantal afvalligen enorm groot zijn.

Gelukkig zij, die in die wereldnood hun

ziel als een buit mogen uitdragen. Hoe groter de afval, hoe dierbaarder ons Gods Woord en dag en sacramenten en de ambten in Zijn kerk wel mogen worden.

De dienst des Heeren is en blijft een zalige dienst. Nog blijft de geloofskeuze van Mozes voor al Gods volk dierbaar. Ja, nóg is des Heeren dienst hun grootste vermaak.

Mochten wij met onze jeugd op Hem zien Die alle macht heeft in hemel en op aarde.

De machten der hel lopen zich nu eenmaal tegen Christus te pletter.

Voor hen die zich tegen Hem stellen en zich niet bekeren blijft Hij een steen des aanstoots en een rots der ergernis. Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en in der eeuwigheid.

Geve de Heere ons bekleed te zijn met de ganse wapenrusting Gods, om te staan in de boze dag. Niet bij de pakken te gaan neerzitten.

In Efeze 6 staat het zo: „en neemt de helm der zaligheid en het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods Woord, met alle bidding en smeking, biddende te allen tijde in de Geest en tot hetzelve wakende met alle gedurigheid en smeking voor al de heiligen.

Laat ons veel voor Gods knechten op hun post bidden en voor de ambtsdragers en allen die in de opvoeding der jeugd werkzaam zijn. Ook voor onze militairen in al hun moeilijkheden.

Verwaardigde de Heere ons om de noden der kerk in den gebede te gedenken en schenke Hij ons door genade, als de dood komt, afgelost te worden van onze post, tot de Heere Jezus Zelf Zijn bruid afhaalt in de jongste dag.

B. ROEST.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen