Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nozems

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nozems

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Slot)

In Amerika kent men deze systemen niet, doch cle bandeloze vrijheid clie daar heerst, maakt dat er per jaar 81.000 buitenechtelijke kinderen geboren worden waarvan cle moeder omstreeks 15 jaar is. En de kerk, hoe staat zij tegenover cle geest van deze tijd?

Wij citeren een gedeelte uit een dagboek van een meisje van 15 jaar:

„Het is verrukkelijk om vijftien te zijn, aldus dit meisje, want op je vijftiende kun je in cle zon liggen staren naar cle lucht en dromen, wonderlijke dromen van een glorieuze toekomst voor je

Op je vijftiende lijkt het leven goed voor een meisje. Je bent niet langer alleen maar een kind. Je kind-zijn is voorbij; cle hele wereld wacht op je.... Op je vijftiende wil je nog geen veiligheid en zekerheid, droom je van avontuur en opwinding. Je bent „in" voor actie, je wilt alles bekijken, mensen ontmoeten en de meeste belevenissen cle moeite waard maken. Op je vijftiende wil je feestjes, en vrienden, en bikini's, veel mooie kleren, laat op blijven, muziek en plezier - scheepsladingen plezier. Op je vijftiende ben je gereed voor romantiek. Jongens roepen je niet meer na omdat je een meisje bent, integendeel, om dezelfde reden nemen ze nu speciale notitie van je. Op je vijftiende denk je niet aan wat je zal doen op je vijftigste. Het interesseert je niet. De toekomst is morgen en cle dag daarop en cle dag die daar weer op volgt

Het is verrukkelijk om vijftien te zijn, want clan kun je nog dromen!

En weet U wat cle reactie van een Christelijk weekblad is?

„Een gelukkig kind, dat zulke dromen kan dromen".

En op deze basis wordt de kerkelijke jeugd opgevoed, geen droefgeestig gepraat over dood en eeuwigheid, geniet met volle teugen van het leven en op het eind komt alles toch wel goed.

Deze jeugd wordt geconfronteerd met de etikettenplakkerij. Alles wat de wereld biedt, bieden wij jullie ook, maar clan plakken wij er het etiket „Christelijk" op. Christelijk dansen, toneel, sport etc.

Dat het met deze surrogaatvermaken niet al te best gaat blijkt wel uit het volgende:

De Christelijke sportbeweging is al lang een maar zeer magere bedoening, waar weinig belangstelling voor bestaat, zeker nu men sinds enkele jaren de sport als een ambacht is gaan beschouwen waarin veel geld te verdienen is en ook veel geld te vergokken.

De leiders van cle Ned. Chr. Sportunie zien ook wel in clat hun bestaansrecht bedreigd wordt en daarom komen ze op een onlangs gehouden conferentie tot cle volgende uitspraken:

Betaald voetbal heeft toch ook wel zijn voordelen want men houdt er de mensen tenminste mee uit de cafe's.

Prof. v. Stempvoort zei dat hij de particuliere sport op zondag niet kan afkeuren.

Dit gebeurt dan allemaal met toestemming van kerkelijke leiders. Deze jeugd zal niet zo gauw in conflict komen met het wereldlijk gezag, ook niet met het kerkelijk en meestal niet met het ouderlijk gezag. Maar zij handelt, aangevuurd door haar Christelijke leiders tegen het hemels gezag. God zal niet met zich laten spotten, want die de weg geweten en niet bewandeld hebben zullen met dubbele slagen geslagen worden.

Daarom mag onze jeugd zich wel verblijden dat God nog kerkgenootschappen op onze vaderlandse erve heeft, waarin zijn kandelaar nog een zuiver licht doet schijnen, waarin nog gewaarschuwd wordt tegen elk nozemisme en elke vorm van wereldgelijkvormigheid. Maar is onze jeugcl zich clat bewust? Helaas voor het overgrote deel niet.

Want ook in onze kringen komt het begrip NOZEM voor. De jeugd die overal

zaterdagsavonds door de straten zwalkt, de jeugd die het elk eerbaar meisje onmogelijk maakt zich daar te vertonen vanwege de liederlijke opmerkingen, de jeugd die op knetterende bromfietsen van het ene naar het andere cafetaria stuift, dat is ook onze jeugd, de jeugd der Geref. Gemeente.

Ook hier komt de schuldvraag naar voren. ïs het hun eis; en schuld wanneer zij verzinken in een moeras van onverschilligheid, onkerkelijkheid, sexuele misdrijven, alcoholmisbruik en dergelijke zaken?

Ja zeer zeker. Iedereen is persoonlijk verantwoordelijk voor zijn eigen daden. Doch groot, zeer groot is in deze de verantwoordelijkheid van de ouders en opvoeders.

Wordt er nog wel gepraat met onze kinderen? Werkelijk gepraat?

Neen, geen lawine van cliché-uitdrukkingen wanneer we zelf geen ernst maken met de goddelijke zaken. Niets is erger voor de jeugd clan wanneer zij voorgehouden wordt God gebiedt ons om zo en zo te leven en het kind merkt dat zijn ouders dit niet in praktijk brengen.

Ontzettend veel begrip en geduld zal getoond moeten worden. Vraagt het kind „waarom" dit of dat niet mag, dan kunnen wij onze jeugd geen slechtere dienst bewijzen dan door te antwoorden „omdat ik het niet wil" of „omdat het zo niet hoort". Het is onze plicht om het kind hierop een gefundeerd antwoord te geven. Dat vereist studie en inspanning, maar daarvoor zijn we dan ook opvoeders. Bieden wij onze jeugd een gezellig thuis waar we echt met hen meeleven? Of hebben wij geen tijd vanwege onze materiële bezigheden?

Ook in onze kringen is de invloed van de laatste oorlog duidelijk merkbaar. Tradities zijn verbroken en veel wat vroeger onze eerbied had, heeft nu geen belangstelling meer van ons. Het materialisme viert ook in onze gelederen hoogtij!

En toch zien wij dan tot onze blijdschap zondag op zondag in onze kerken een massale opkomst der jeugd waarop anderen jaloers zijn. Wat een zegen, doch ook wat een verantwoordelijkheid. Laat deze jeugd niet aan de kant staan, maallaat ze aktief meedoen en meeleven in ons kerkelijk verband. Ook voor hen geldt Gods Woord net zo goed als voor de ouderen.

En dikwijls krijgt het jeugdwerk in onze kerken maar een stiefmoederlijke plaats.

Betekent datgene dat wij hierboven noemden dat we dus, wanneer onze ouders en opvoeders geen begrip tonen, maar raak moeten gaan doen. Geenszins!

Integendeel: De Catechismus leert ons in zondag 39 dat wij onze ouders lief moeten hebben en ook met hun zwakheid en gebreken geduld hebben. Dus niet er tegen in gaan, maar gehoorzaam blijven. Waarom, omdat zij altijd gelijk hebben? Neen! Maar aangezien het God belieft, ons door hun hand te regeren, zegt de Heidelberger.

Zie maar eens naar de geschiedenis van Noach. Was hij niet rijkelijk beweldadigd en wat doet hij? Hij ligt dronken in zijn tent en Cham bespot hem. We zouden zeggen: „Och, Noach heeft het ernaar gemaakt." Alzo niet zijn zonen Sem en Jafeth die de naaktheid van hun vader bedekten.

Eenmaal stelt God ons in onze jeugd op het kruispunt des levens en wat zien we daar? Twee wegen, de linkse weg wordt aangeduid met een grote wegwijzer vol met schitterende reklames, daarop staat „KIES DE WERELD." Miljoenen volgen deze weg tot hun eeuwige rampzaligheid.

Doch er is ook nog een tweede weg: 't Is maar een smal pad die rechtse weg, een kleine wegwijzer vermeldt: „IK BEN DE WEG, DE WAARHEID EN HET LEVEN". Op deze weg is het niet zo druk, maar die er lopen zijn op weg naar de eeuwige gelukzaligheid.

Dit is geen dorre en saaie weg, zoals velen zeggen en denken. Helemaal niet. Deze weg is geen weg zonder avonturen, 't is de weg van de innerlijke blijdschap die eeuwig blijven zal, ondanks alle moeilijkheden op die weg.

Op deze weg wandelen niet alleen oude mensen, ook jongeren, heel veel!

We zien daar Obadja die de Heere vreesde van zijn jeugd aan, we zien het veertienjarig kind van Jerobeam waarin de Heere iets goeds gevonden had, we zien een Samuël die reeds jong de stem des Heeren hoorde, een koning Josia die in zijn 16e jaar de God zijns vaders David ging zoeken en een Thimotheus die van kindsbeen af de Goddelijke zaken onderzocht, en vele anderen.

Wandelen wij op die weg? Dat is de beklemmende vraag die tot ons komt. Dit is de enige kans om niet voor Gods aangezicht te komen als een NOZEM, mooi van buiten, leeg van binnen.

Want wanneer wij de andere weg kiezen, dan zegt de wijze Prediker: „Ga maar door, wandel in de wegen Uws harten, zoekt de wereldse geneugten, maar weet dat God om al deze dingen U zal doen komen voor het gericht". En dan ?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1960

Daniel | 8 Pagina's

Nozems

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1960

Daniel | 8 Pagina's