Belangrijk jeugdwerk bij Evangelisatiearbeid te Merksem (België)

De zendingsarbeid in onze Gereformeerde Gemeenten heeft gelukkig allerwege grote belangstelling. Niet alleen de zending in Nigeria en West Irian, maar ook de Evangelisatiearbeid onder de rooms-katholieken te Merksem in België. In dit artikel willen wij op het laatste bijzonder de aandacht vestigen, te meer, omdat er deze zomer een grote aktie is gevoerd, waaraan door tal van jongelui uit diverse plaatsen van ons land met enthousiasme is deelgenomen. Uit liefde tot dit werk hebben zij er het grootste deel van hun vakantie aan opgeofferd.

Zoals onder ons bekend is er door de Ger. Gemeente reeds tientallen jaren in België gewerkt met colportage en Bijbelverkoop, zonder dat er een vaste Evangelisatiepost was. Door aankoop van een flink pand aan de Oude Barreellei 64 te Merksem, de voorstad van Antwerpen, is dit het Evangelisatie-centrum in België geworden. Het onderste deel van het pand is ingericht als kerkzaal met een mooi orgel en boven is de woning van dhr. W. van Kranenburg en zijn gezin. Deze post is een onderdeel van de Geref. Gemeente te Gouda waar ds. H. Rijksen predikant en voorzitter is van de deputaten voor Zending en Evangelisatie. De heer Van Kranenburg is ouderling van de gemeente Gouda met een speciale opdracht voor Evangelisatie-arbeid te Merksem. Deze post heeft dus een kerkelijke status; iedere zondag worden er twee diensten gehouden, die door de heer van Kranenburg worden geleid. Op door de weekse avonden gaan er af en toe predikanten voor en onder leiding van de kerkeraad te Gouda is er reeds meerdere malen de H. Doop bediend. Er komen zondags zo'n veertig tot zestig hoorders, het is dus nog een kleine, maar het kan toch een groeiende gemeente worden genoemd.

Voor de heer van Kranenburg en zijn echtgenote — de laatste heeft ook een belangrijk aandeel in de arbeid — is het moeizaam werken; het kost grote inspanning om dag in dag uit langs de huizen te gaan om te trachten met de mensen over Gods Woord en Zijn dienst te spreken en hen op te wekken naar de Evangelisatie-samenkomsten te komen. Daarom was het zo verblijdend dat aan de oproep voor een te houden aktie, die vier weken heeft geduurd, door zoveel jongelui gehoor is gegeven. In groepen van circa dertig jongens en meisjes die telkens een week, sommigen ook veertien dagen bleven, is met enthousiasme gewerkt. Voor iedere dag werd door dhr. van Kranenburg een programma opgesteld; 's morgens b.v. verspreiding van tractaatjes, colportagewerk en Bijbelverkoop, waarbij dan het belangrijkste het gesprek en het contact met de mensen was.

Bij thuiskomst werd van de adressen waarvan enige toenadering verwacht werd, een kort resumé opgemaakt, welke adressen dan naderhand door de heer van Kranenburg werden bezocht, om een verder contact te krijgen. Tijdens deze aktieweken is ook de voorzitter ds. H. Rijksen er geweest en ds. Vergunst en ds. Hakkenberg.

Zang en straatprcdiking.

Een nieuw element bij deze aktie was, dat de groep er iedere middag op uitging om onder leiding van de evangelist van Kranenburg in de straten van Merksem te zingen en te prediken. Eer men er op uittrok werd in de kerkzaal door de heer van Kranenburg gebeden om zegen op de arbeid. Op bepaalde punten van de stad werd gezongen, wat bekrachtigd door luidsprekers tot ver in de straten kon worden gehoord. Het was indrukwekkend, dat de lofzangen Israëls in het door en door roomse Vlaanderen weer konden worden beluisterd. Ontroerend was b.v. het zingen van het Vlaamse loflied, waarvan het laatste couplet luidt:

Nog zijn wij met weinig, maak Gij ons tot velen; Heer' Jezus, o red er nog duizenden meer!

Dat zij met ons één in Uw lof mogen delen, Ontferm U, o God en verhoor ons o Heer.

Er werden ook psalmen gezongen, afgewisseld met liederen als: „Een vaste burcht", of van Mc. Cheyne: „Eens was ik een vreemdeling, " of liederen uit de „Lofzangen Israëls" van Groenewegen enz.

Daarna volgde een eenvoudige prediking, meestal door dhr. van Kranenburg; toen ds. H. Rijksen en ds. Hakkenberg er waren, hebben die er ook aan deelgenomen. Deze prediking moet men niet zien, zoals bij ons een preek in de kerk, maar als een toespraak, waarin echter altijd een heenwijzen was naar de enige Naam, die onder de hemel gegeven is tot zaligheid. Altijd weer was er een punt in, waarin de leer van Rome werd ontzenuwd, b.v. dat goede werken (hoewel nuttig) geen grond zijn om op te rusten, dat men met al zijn noden rechtstreeks tot de Heere kon gaan, m.a.w. dat geen heiligen als voorspraak nodig zijn!

Opgewekt werd ook om de Evangelisatiesamenkomsten bij te wonen; dit deden intussen de jongelui ook door verspreiding van folders langs de huizen. Al was het, dat de burgers zich niet direct bij de groep voegden om te luisteren, de ramen gingen open of men stelde zich in de deur om er kennis van te nemen. Door zich telkens in de straten te vertonen krijgt het Evangelisatie-centrum steeds meer bekendheid en wordt de nieuwsgierigheid geprikkeld om er toch iets meer van te weten. Zo komen

er telkens nieuwe gezichten op de samenkomsten. Het zaad wordt gestrooid, de vrucht is van de Heere cn moet worden afgewacht.

Nieuwe plannen.

Deze zomer-evangelisatie-aktie is een groot succes geworden. Er zaten begrijpelijk tal van problemen aan vast, want al die jongeren moesten worden ondergebracht, te eten en te drinken gegeven, wat veel werk met zich meebracht cn waarvoor veel ruimte nodig is.

Wel was er iedere dag een ploeg die hulp verleende, maar voor mevr. van Kranenburg was o.i. deze arbeid toch te veel. Nu het in de bedoeling ligt het gehele jaar door jongeren aan te trekken voor hulp bij dit Evangelisatie-werk, zal er naar andere middelen moeten worden omgezien.

De kerkzaal is te klein geworden, er is overigens helemaal geen aparte gelegenheid om te vergaderen, zodat dikwijls een grotere zaal moet worden gehuurd. Het deputaatschap voor Evangelisatie in België heeft dit punt in studie genomen en besloten tot de bouw van een nieuwe kerk met bijbehorende vergaderruimten, waarvoor een plan zal worden ontwikkeld. Zo wordt er in België gewerkt aan de uitbreiding van Gods Koninkrijk. Het is verblijdend dat zoveel jonge mensen zich willen geven om hieraan mede te werken. Er moge bovenal veel gebed zijn voor de heer van Kranenburg en zijn gezin op deze moeilijke post; gebed, om zegen op de arbeid, opdat velen getrokken worden uit het roomse on-en bijgeloof, om geteld te worden onder hen, die in Sion geboren zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen