Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HOUDEN BEREN EEN WINTER-SLAAP?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOUDEN BEREN EEN WINTER-SLAAP?

8 minuten leestijd

Er zijn heel wat dieren, die een winterslaap houden. En wie van jullie denkt er nu niet aan de kikker, de salamander en de egel? Het zijn geen grote dieren en ze behoeven daarom niet veel moeite te doen om een' plaatsje te zoeken, waar ze de winter al slapende kunnen doorbrengen. De kikker duikt weg in de modder van onze sloten, de salamander kruipt onder wat stenen (niet in het water!) en het egeltje slaapt in een kuiltje oncler wat bladeren en takken. Ze hebben maar een heel klein plekje nodig om te overwinteren. Maar wat zou je denken van een groot dier, zoals een beer? „Houden beren dan een winterslaap? " hoor ik jullie vragen.

Bruin, wit, grijs en zwart.

Er zijn vele soorten beren. Sommige van deze roofdieren leven in het koude noorden, anderen in het warme zuiden. Er zijn bruine, witte, zwarte en grijze beren. Je ziet grote en kleine exemplaren. Maar groot of klein, zwart of wit, één ding hebben al die soorten gemeen: ZE ZIJN UITERMATE GE-VAARLIJK.

Is een beer werkelijk gevaarlijk?

Als je een beer ziet in zijn wat „slobberige" jas, dan krijg je cle indruk, dat het dier een echte goeie lobbes is. Zijn bewegingen zijn wat traag en het is hem niet zo gemakkelijk aan te zien, in wat voor humeur hij op het ogenblik is. Leeuwen b.v. tonen heel duidelijk door hun gezichtsuitdrukking aan of ze boos of vriendelijk zijn. Maar de beer geeft cle indruk een echte goedzak te zijn. Vergis je niet! Het is waar, als een beer een mens tegenkomt, maakt hij beslist een omweg of hij houdt zich doodstil. In een gebied, waar mensen wonen zie je hem overdag niet. Pas echter op, als hij in een slecht humeur is! Ga hem clan zo ver je kunt uit de weg! En vooral mevrouw beer! Zeker als ze jongen heeft. De berin brengt de jongen groot, vader bemoeit zich nergens mee. Hij kent zijn eigen kinderen niet eens! Als het. ncdig is zal moeder beer haar jongen verdedigen met razende woede. Gods Woord vertelt ons heel duidelijk hoe gevaarlijk het is zo'n berin tegen te komen of er mee te moeten vechten. Zoek het maar eens op in het tweede boek van Samuël, hoofdstuk 17 : 8. Daar zegt Husaï tegen Absalom: U moet David niet direkt achterna trekken, U weet toch, dat zijn mannen helden zijn en dat ze nu verbitterd zijn, zoals een berin, die van jongen beroofd is". Hij wil hiermee zeggen: Absalom, het is heel gevaarlijk nu tegen het leger van uw vader te vechten".

Een dreigende beer ziet er angstaanjagend uit. Hij komt overeind op zijn achterpoten cn slaat met zijn enorme klauwen naar zijn vijand. Die klauwen zijn messcherp en één haal ermee kan al dodelijk zijn. Als je niet met moderne wapens bent uitgerust is het levensgevaarlijk om jacht op een beer te maken! Wat een held is David geweest hè, als je van hem leest, dat hij een beer achterna ging om een schaapje uit de muil van dat roofdier te redden. In de Bijbel wordt de beer vaak tegelijk met de leeuw genoemd, omdat deze dieren de gevaarlijkste en de sterkste roofdieren zijn. (1 Sam. 34 : 17, 18 en 19). Je weet echt niet wie van deze beesten de gevaarlijkste is. En Amos zegt tegen hen, die verlangen naar de dag des I-Ieeren: Waartoe toch zal ulieden de dag des Heeren zijn? Hij zal duisternis wezen en geen licht. Als wanneer iemand vlood voor het aangezicht eens leeuws en hem ontmoette een beer".

En denk eens aan de geschiedenis van de twee berinnen, die twee en veertig kinderen verscheurden! En wat zegt Daniël, als hij cle legermacht van dc grote wereldrijken beschrijft? Lees het maar eens na in Dan. 7 : 3. Zien jullie hoe je je vergissen kunt, als je alleen op het uiterlijk van de beer afgaat?

Grote en kleine beren.

Er zijn — zoals je al las — verschillende typen beren. In Europa leven b.v. nog bruine beren. Ze komen voor in het oosten van ons werelddeel, in streken waar weinig of geen mensen wonen. Onder deze soort, de bruine beer dus, bevindt zich het grootste roofdier ter wereld. Hij woont in Noord-Amerika, in Alaska. Als hij op zijn achterpoten staat is hij meer dan drie meter lang. Ook cle beroemde grizzlybeer, bekend uit de Indianenverhalen, is een enorm dier. Hij behoort ook tot cle bruine beren, al zou je dat aan de kleur van zijn pels niet zeggen. Maar cle allergrootste soort is cle ijsbeer, die de noordpool tot zijn woongebied heeft. Toch verschilt deze soort zoveel van de andere beren, dat er voor hem een apart hoofdstukje nodig is. Hoe verder je nu naar het zuiden komt, hoe kleiner de beer wordt.

In zuid-oost Azië woont de Maleise beer, die maar net één meter lang is. Zou dat misschien komen, omdat hij in de tropen woont en natuurlijk lang zo dicht behaard niet is als zijn soortgenoot in Alaska? Er is een onderzoeker geweest, die beweerde, dat dieren van één soort, van één type kleiner zijn als ze in streken wonen, waar het erg warm is, dan wanneer ze in koudere landen zouden huizen. Dat komt bij de beer heel goed uit, want de ijsbeer, die in het hoge noorden woont, kan wel 3V.> meter lang worden.

Houdt de beer een winterslaap?

Van nature is cle beer een roofdier, hoewel plantenkost zijn hoofdvoedsel is. En nu gaat jullie een lichtje op, denk ik. Want hoe kan dat beest in de koude streken van het noordelijk halfrond 's winters aan plantaardig voedsel komen? Juist en daarom een winterslaap!

Tja, de beer kan moeilijk de hele winter „buiten blijven" zonder voedsel. Maar een echte winterslaap houdt hij beslist niet! In de zomer en de herfst eet dit dier wat het kan. Vissen, buidelratten, bessen, knollen en alles wat maar eetbaar is slaat hij aan de lopende band naar binnen. Slapen doet hij bijna niet. En al eter.'de vormt zich onder zijn huid een flinke vetlaag. Die laag vet wordt zeker één decimeter dik. Maar ook zijn vacht wordt dikker en de haren van zijn pels worden langer. En als cle winter komt is cle beer wel twee decimeter dikker dan normaal.

Zo kan hij wel tegen de kou! Hoe kouder het nu wordt, hoe slaperiger meneer gaat worden. Hij heeft het niet zo erg moeilijk om een goede slaapplaats te vinden. Als hij geen geschikt hol ziet, is hij tevreden met een andere beschutte plaats. B.v. tegen een omgevallen boomstam aan of in een dicht begroeid bosje. En let op, de beer kan enorm snurken, alsof hij diep in slaap is, maar als de temperatuur te hoog wordt, naar zijn zin, wordt hij wakker en gaat een eindje wandelen en op zoek naar een hapje eten. Dit in tegenstelling met een dier, dat een echte winterslaap houdt. (De egel b.v.) Dat beest wordt wakker, als het te koud wordt. Hard snurken wil dus niet zeggen, dat het dier vast slaapt! We kunnen niet zeggen: de beer houdt een echte winterslaap. En mevrouw beer?

Moeder beer.

Heeft meneer beer weinig moeite om een plaatsje te vinden, waar hij al dom-

melend de winter kan doorbrengen, mevrouw heeft heel wat meer werk om een goed plekje te vinden, waar zij kan „overwinteren".

Zoals jullie wel weten is een beer een zoogdier. Dat wil zeggen: de berin krijgt levende jongen. Wij denken, dat nieuw leven in de dierenwereld alleen maar bij het voorjaar hoort. Lammetjes, kalfjes, kuikentjes, noem maar op. Weten jullie wanneer jonge beertjes geboren worden? Midden in de winter! Nu begrijpen jullie heel goed, dat de berin niet tevreden kan zijn met een plekje achter een omgevallen boom, al is het nog zo'n dikke. Nee, ze heeft het liefst een rotshol en als ze dat niet vinden kan, graaft ze een hol tussen de wortels van een grote boom. En daar, in die warme schuilplaats, worden meestal twee, soms drie of vier jongen geboren. Wat een kleine hulpeloze wezentjes zijn dat! Zo groot als een flinke rat, (ze wegen maar net een half pond!) kaal, blind en zonder tanden.

Wat een verschil in grootte met hun moeder. Die kan wel 500 pond wegen! De kleine beertjes groeien tamelijk snel. Dank zij de dikke vetlaag kan moeder heel wat melk produceren. De jongen drinken en slapen en worden rolrond, maar moeder wordt steeds magerder. Buiten heerst de winter oppermachtig, maar in het hol is het heerlijk warm. Dicht tegen hun moeder aan slapen ze het grootste deel van de tijd. Ook de berin brengt de wintertijd slapende door en wordt niet wakker, als de kleintjes piepen en schreeuwen. Als het voorjaar nadert, wordt het „huis" te klein. De beertjes zijn flink gegroeid, ongeveer vier a vijf keer zo groot zijn ze nu als hij de geboorte. Het warme lentezonnetje noodt naar buiten te komen. En ja, als de jongen een pond of vier zijn waggelen ze als kleine wollen pluize-balletjes achter hun broodmagere moeder aan, het hol uit. Voor het eerst in hun nog zo jonge leven krijgen ze hu.n eerste echte maaltijd: verse koolstronkjes. De beertjes groeien nu snel. Zo'n zes maanden lang blijven ze dicht achter en bij hun moeder. Die leert hen knollen en wortels opgraven en de lucht herkennen van allerlei kleine dieren, zoals: buidelratten, marmotten', grondeekhoorns en muizen.

Ze „vertelt" de beertjes hoe ze die beestjes vangen moeten en ze uit hun holletjes kunnen opgraven.

(Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 maart 1974

Daniel | 20 Pagina's

HOUDEN BEREN EEN WINTER-SLAAP?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 maart 1974

Daniel | 20 Pagina's