Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EN ZIET, IK BEN MET ULIEDEN AL DE DAGEN TOT DE VOLEINDING DER WERELD.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EN ZIET, IK BEN MET ULIEDEN AL DE DAGEN TOT DE VOLEINDING DER WERELD.

4 minuten leestijd

(Mattheüs 28 : 20)

Dit zijn de troostrijke woorden gesproken door de I-Ieere Jezus, nadat Hij is opgestaan uit de doden en vóór Zijn hemelvaart. De elf discipelen zijn gehoorzaam aan de opdracht naar Galilea gegaan. Ze worden door de Heere Jezus aangesproken met de woorden: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Dit spreken staat in verband met hun zending om het Evangelie te gaan prediken onder Joden en heidenen. Hij ging heen tot de Vader, zodat zij Hem niet meer lichamelijk zouden zien. Ze zouden echter wel ondervinden dat Christus naar Zijn Godheid, genade, majesteit en Geest nimmer van Zijn kerk zou wijken.

Zijn ambtelijke bediening als profeet, priester en koning gaat voort tot het einde der dagen, in toebrenging, onderhouding en bewaring.

De discipelen zullen worden toegerust om uit te gaan om te onderwijzen „al de volken, dezelve dopende in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes, lerende hen onderhouden alles wat Ik u geboden heb". Dit is de gewichtvolle opdracht voor de discipelen en voor allen die worden geroepen en gezonden om het Evangelie te prediken. Ik ben met ulieden. Wat is dat op de pinksterdag met de uitstorting van de Heilige Geest bevestigd. Grote vijandschap en strijd hebben de discipelen door de prediking van de gekruiste, gestorven, maar ook opgestane Christus ondervonden.

Die strijd blijft, want de prediking van vrije genade, met uitsluiting van al onze werken als grond der zaligheid, is de Jood een ergernis en de Griek een dwaasheid. Dit geldt allen, tenzij we door genade ervoor ingewonnen worden door de Heilige Geest. Ik ben met ulieden. Dit geldt niet alleen de ambtsdragers, maar alle ware gelovigen, krachtens het ambt aller gelovigen.

Wat heeft dat Christus gekost. Hij had als Borg om voor voldoening te zorgen alles tegen: een vloekende wet, het heilig recht Gods eiste voldoening. Hij is een vloek geworden voor vloekwaardigen, om Zijn volk van die vloek en toorn te verlossen.

Hij is gestorven zegt Paulus, om onze zonden, maar ook opgewekt tot onze rechtvaardigmaking. Nu is aan het recht Gods voldaan. Nu is God door God verzoend en de kop van de satan vermorzeld. Christus heeft overwonnen. Hij is Middelaar van verdienste maar ook van toepassing.

Waar het nu op aankomt jongens en meisjes is, dat wij van dat heil deelgenoot worden door de werking van de Heilige Geest in ons hart. Dan geldt het voor de kleinste tot de meest geoefende in de genade: Ik ben met ulieden. Maar de Heere is tegen ons wanneer wij in ongeloof en onbekeerlijkheid verder leven. Wij moeten wedergeboren worden. De droefheid naar God werkt een onberouwelijke bekering tot zaligheid, maar de droefheid der wereld werkt de dood. Vraag er veel om aan de Heere, want Hij wil er om gevraagd zijn. De jeugd is de beste tijd. Gelukkig zijn zij die door de wedergeboorte, waarbij de liefde Gods in het hart wordt uitgestort, niet meer rusten kunnen voor zij geborgen zijn in Christus.

Ik ben met ulieden, al de dagen. In strijd, in kruis en druk, in nood en dood, in aanvechtingen, in donkerheid, in gemis, in af-en omzwerven, ja in de strijd tegen de driehoofdige vijand. Ook wanneer wij het niet meer geloven kunnen.

Ik ben met ulieden. Voor de kerk hoe arm en ellendig en onbekend in zichzelf geldt: zij worden door het geloof in de kracht Gods bewaard tot de zaligheid. Christus laat Zijn kerk nooit meer los, maar Hij houdt ze vast en laat niet varen wat Zijn hand begon. De Heere Jezus zegt er ook bij: tot aan de voleinding der wereld. Christus is en blijft de getrouwe en is de onveranderlijke, bij alles wat verandert op de wereld. Welk een troost voor de apostelen en voor allen die in de wijngaard werkzaam zijn. Het is in Zijn hand, Hij vergadert, bewaart en beschermt. Hij zal door Woord en Geest toebrengen en leiden in de grazige weiden. Het wordt bang op de wereld. De antichrist komt en het gaat om het levende kind. Maar dit heeft de Kerk nog altijd ondervonden: Ik ben met ulieden al de dagen. In vrede en oorlog, in voor-en tegenspoed. In strijd en overwinning. Jongens en meisjes op jullie worden pijlen afgeschoten om je van alle godsdienst af te brengen. Smeek de Heere dan om bij de eenvoud van het Woord te mogen blijven en door het Woord onderwezen te worden tot zaligheid, opdat ook voor jullie geldt: „Ik ben met ulieden, al de dagen tot de voleinding der wereld."

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1978

Daniel | 24 Pagina's

EN ZIET, IK BEN MET ULIEDEN AL DE DAGEN TOT DE VOLEINDING DER WERELD.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1978

Daniel | 24 Pagina's