VREDE IN BIJBELS LICHT

Vrede Een woord dat tot de verbeelding van een ieder van ons spreekt.

Waarom? Omdat wij weten dat door dit begrip een wereld van heerlijke zaken wordt aangeduid. Ja, het woord vrede kent een rijk en breed betekenisveld. En omdat dat veld dat zij betekent zo uitgebreid is, weet de mens zonder God er best raad mee, maar ook de gelovige die het in zijn Bijbel op meer dan één plaats tegenkomt. Het is dan ook een goede zaak nauwkeurig na te gaan voor welke zaken de Bijbel het woord vrede plaatst.

VREDE IN HET OUDE TESTAMENT

Een blik in een konkordantie leert ons dat vrede (sjaloom) een veel voorkomend woord is. Sjaloom is voor de Jood een fundamentele zaak. Daarom gebruikt hij het veel. Zo gebruikt hij ihet als hij naar iemands gezondheid informeert, „Is het wel met hem? En zij zeiden: Het is wel" (Gen. 29 : 6).

Was hij gezond dan was er sprake van sjaloom. Binnen deze kontekst krijgt het begrip sjaloom de betekenis van ongedeerd, onbeschadigd, ongeschonden zijn. Er is geen gebrek. Alles is heel. Een ander voorbeeld vinden we bij de geschiedenis van Jozef: Ga toch heen, zie naar de welstand van uw broeders en naar de welstand van uw kudde" (Gen. 37 : 14). Jozef wordt er hier op uitgestuurd om niet alleen te kijken hoe het met de gezondheid van zijn broers gaat, maar ook om te zien of het met de kudde wel goed is. Zijn er zieken, zijn er jongen geboren enz. Hieruit blijkt dat de vraag naar de sjaloom van mens en dier een heel konkrete vraag is. Die konkreethedd blijkit ook overduidelijk uit 2 Sam. 11 : 7. Als Uria bij David binnenstapt, informeert hij eerst naar de gezondheid van Joab en de toestand van het volk, maar direkt daarna naar het wel en wee van de oorlog.

Dat was voor hem en voor het land en voor het volk een zaak van grote betekenis. Waren zijn troepen aan de winnende hand of werden ze teruggedrongen? Slechts de kapitulatie van de vijand betekende sjaloom. Sjaloom voor land en volk, maar ook voor het leger. Sjaloom heeft ook het wenselement in zich.

Zo bijvoorbeeld in I Sam. 25 : 6. Daar is het sjaloom wensen op drie zaken betrokken: p de vader van het gezin; op het gezin in zijn geheel; en op de bezittingen die deze man had. Sjaloom krijgt in deze kontekst de betekenis van iemand, met zijn gezin en zaken het goede wensen. Of scherper gezegd: oorspoed.

Want waar ziekte, dood in het gezin en tegenslag in de zaken is, kan geen sjaloom zijn.

Sjaloom werd ook uitgesproken als men een koning naderde. Dit ging dan gepaard met diep buigen (2 Sam. 18 : 28). Met dit sjaloom wenste men de koning heil en voorspoed toe.

Ook la.g hierin opgesloten dat wat men ging zeggen de «ja-loom van koning, land en volk niet zou schenden. Schending betekende immers tegenspoed, verbrokkeldheid. En dat verafschuwde de Jood. Om die reden luisterde men liever naar de „valse" profeten dan naar de profeten des Heeren. Zij immers konsolideerden in hun spreken de sjaloomsituatie (bijv. Jer. 14 : 13). En dat werd gewenst.

De bezorgdheid voor de sjaloom voor land en volk zien we duidelijk geïllustreerd in de houding van d: oudsten als ze Samuël tegemoet treden. Ze roepen hem toe: Is uw komst met sjaloom? " (I Sam. 16 : 4). Mogen wij voorspoed verwachten? Is er geen gevaar te vrezen? Blijft alles in takt? Verwarring en verscheurdheid was voor hen het meest verschrikkelijke. Daarom ging er ook zo'n sterk geroep uit tot de Heere als Hij door de zonden van het volk de sjaloom had weggenomen. Dat was het ergste oordeel. De grootste zegen als de sjaloom weer heel konkreet onder het volk en in het land was teruggekeerd.

Wanneer je het bovenstaande een beetje op je laat inwerken, kun je ook begrijpen dat de ballingschap voor de Jood een afschuwelijke werkelijkheid was. Dat was immers de realisering van de keerzijde van de sjaloom. De heelheid was gebroken. De schending had plaatsgevonden. De tegenspoed was werkelijkheid geworden. Opvallend is dan Ook juist in die situatie d: prediking van de sjaloom bij de profeten des Heeren inzet. Zij mogen nu verkondigen dat aan de gebrokenheid en de verscheurdheid toch een eind komt. Daar staat de Heere Zelf garant voor. Hij zal een verbond des vredes maken dat niet zal wankelen (Ez. 34 : 25, Jes. 54 : 10). Wat een machtig perspektief. De sjaloomsituatie zal weer in al haar heerlijkheid terugkeren. Zijn volk zal mogen wonen in een plaats waar de sjaloom heerst (Jes. 32 : 18).

Deze sjaloomsituatie wordt in hun prediking ten nauwste verbonden met de sjaloomkoning (Jes. 9:5). Hij zal komen en Zijn komst zal vrede zijn (Mi. 5 : 4). Deze persoonsbetrokkenheid binnen hun sjaloomprediking schonk hen vergezichten waardoor het leek alsof de sjaloom reeds presente werkelijkheid was. Door de prediking dusdanig toe te spitsen tilden zij haar boodschap uit boven de nationale grenzen van Israël. Zij mogen reeds zien eri daarom ook verkondigen dat de gerechtigheid en de sjaloom elkaar zullen kussen (Ps. 85 :

11). En dat dan in wereldwijd perspektief!

VREDE IN HET NIEUWE TESTAMENT

Het blijkt uit de evangeliën dat de Heere Jezus het woord vrede vaak gebruikte (Mark. 5 : 34, Luk. 7 : 10, Joh. 14 : 27, 16 : 33). Dat' kon Hij met recht doen. Hij is de Vredevorst.

En dat Hij dit ten volle is, blijkt uit het feit dat bij Jezus woord en daad een eenheid vormen. Het uitspreken van vrede betekende vrede! Hij stuurde cle mensen niet met wat schoon klinkende leuzen weg. Hij realiseerde in hen vrede (Mark. 5 : 34).

En juist die realisering toont de diepe geladenheid van Jezus' woorden aan.

Als de Heere Jezus vrede zei, wist Hij wat het betekende. De zaak waar vrede voor staat was in Hem vlees en bloed. Hij was en is de Vrede! Daarom moesten de engelen ziende op Jezus ervan jubelen: Vrede op aarde". Peilloos wonder. In Hem werd vrede tastbare, werkelijkheid. Zo opende de eeuwigheid haar schatten in Hem. En werd ons in Hem een blik gegund in de eeuwigheid. De eeuwigheid, het land der ruste! Daar zal vrede zijn, omdat Hij de vrede is. En toch niet alleen daar! Ook hier... Hier werft Christus Zijn bruid; , Zijn pelgrimssehare voor het Vaderhuis hierboven. Deze pelgrims mogen ook hier reeds iets proeven van die zoete vrede die aanstaande is. Zie maar naar wat Paulus schrijft in Rom. 5:1. Geloofsgemeenschap met de Heere en vrede.

Deze twee zijn onlosmakelijk m.et elkaar verbonden. Zonder geloof is er geen vrede. Maar waar het geloof op de

woestijnreis door dit leven beoefend wordt, ontbreekt die vrede niet, die alle verstand te boven gaat. In deze weg: rijgt het vreemdelingsschap op deze aarde haar vorm. Wie; deze vrede kent aan de voeten van het Lam, wie weten mag dat de vijandschap in Zijn vlees teniet is gemaakt en Hij zijn vrede is geworden (Ef. 2 : 15, 14), kan zijn pinnen niet meer zo vast inslaan in deze wereld die de vrede niet kent.

Vrede Een koninkrijksgave (Rom. 14 : 17). Een gave die uit genade beleefd mag worden in deze gebroken, zondige werkelijkheid. Een roos in de woestijn. Gods kind mag zich eraan ophalen en zich gesterkt weten. Even boven zichzelf uitgetild worden. Vrede Wat een woord! Wat een zaak! Vrede met God. Met Hem die ik haatte Vrede met de mensen. Hen uitnemend achten die ik verachtte: rede met alles. Met alles wat ons overkomt. Vrede, een gave die Gods kind slechts mag en kan beoefenen in die diepe gemeenschap met zijn lieve Heere en Zaligmaker Jezus Christus.

Tenslotte . . .

Je zult begrijpen uit het bovenstaande dat we maar iets gezegd hebben over de diepe verborgenheid van de vrede. We hopen dat iets van de onuitsprekelijke rijkdom is overgekomen. Het zal duidelijk geworden zijn da.t vrede in het O.T. een iets ander aks ent kent dan de vrede in het "N.T. De oorzaak hiervan ligt in het feit dat de vrede in de persoon van Jezus Christus konkrete werkelijkheid is geworden. Het N.T. kan daarom als het ware in de voltooide tijd spreken.

Vrede is nu niet meer alleen toekomst, maar door Jezus Christus toekomst en heden tegelijk.

Nog een enkel woord. Je hebt nu een heleboel gelezen over de vrede. Ken jij nu ook die vrede die alle verstand te boven .gaat? Dat is van levensbelang.

Want dan is het weer goed tussen d: e Heere en jou en dan behoef je niet bang. te zijn om de Heere te ontmoeten. Het is ontzettend als je die vrede nog mist. Dat betekent heel konkreet dat je nog een vijand van de Heere bent. Dan is het vreselijk om te vallen in de handen van de levende God. Toch is het nog niet te laat. De Heere nodigt nog zo vriendelijk. Vertel Hem maar dat de banden zo sterk zijn. Hij is machtig om ze te breken. O, val Hem toch te voet en laat Hem Koning zijn in je leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen