Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De werking van het zaad

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De werking van het zaad

Lezen hoofdstuk 3 cn 4. paragraaf 5 t/m 10

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorige keer hebben we stilgestaan bij de donkere achtergrond van het Evangelie: onze diepe verlorenheid. God had ons goed en naar Zijn beeld geschapen, maar wij hebben de duisternis liever gehad dan het licht. Het is stikdonker geworden in ons leven. Er mag nog enig 'licht der natuur' zijn, maar dat is alles. Het is een noodverlichting, die wij bovendien niet recht gebruiken. Zo wordt de schuld alleen maar groter.

Daar verandert ook de wet niets aan. Integendeel! De wet van God wijst wel de zonde aan. maar niet het middel ter verlossing. Ze slaat een zondaar neer en laat hem liggen. Zo blijft hij achter onder de vloek en onder de toorn van God. Kortom, de natuur kan ons niet helpen en de wet kan het al evenmin. Nu kan het nog maar van één kant komen: van Gods kant! Hij maakt zondaren zalig door de kracht van Zijn Geest en door het bloed van Christus. Dat openbaart Hij in het Evangelie onder Jood en heiden, tot roem van Zijn genade!

Lees het maar na in paragraaf 5 t/m 7.

De grote Zaaier

Zo wordt het Woord gezaaid, ook in jouw leven. Je wordt geroepen om tot Hem te komen. Meent Cïod dat wel? Paragraaf 8 is kort maar krachtig: ..Doch zovelen als er door het Evangelie geroepen worden, die worden ernstig geroepen...!" Cïod meent het dus. Jazeker, er is ook ccn inwendige roeping. Daar gaan we straks van horen (par. 10).

Maar toch. de Heere meent het als Hij je aanspreekt in Zijn Woord. Hij heeft je dodelijke dag niet begeerd. Zijn Woord is hartelijk en nodigend. Hij roept je zelfs! Je leeft zo ver bij Hem vandaan. Hij zegt: eer weder en belijd je zonden. Hij roept het welkom toe aan de allergrootste zondaar. En Hij zegt er ook iets bij. Het is Hem aangenaam 'dat de geroepenen tot Hem komen'. Onbegrijpelijk. maar waar! God is niet verblijd, wanneer een mens zich afkeert van Zijn Woord. Je wilt niet komen? Toch roept Hij jou. Je kunt niet komen? Hij weet wel raad. Je durft niet te komen? Dat is geen wonder als je gaat zien wie je voor God geworden bent. Maar je mag wel komen! Dat zegt de Heere Zelf. Al ben je nog zo zwart, zo boos cn ongevoelig. ..Die tot Mij komt. zal Ik geenszins uitwerpen" (Joh. 6:37b). Dal is Zijn Woord. Hij meent het ernstig en waarachtig.

Het goede zaad

En wat belooft de Heere dan? ..Hij belooft ook met ernst aan allen die tot Hem komen en geloven, de rust der zielen en het eeuwige leven." Dat zijn de twee grote schatten waar Jezus van spreekt in Mattheüs 11:28-29 en in Johannes 3:36. Nee. de Heere belooft dit alles niet in bet wiUlc weg Hij belooft het aan hen die lot Hem komen cn ; geloven Vlaai mi zegl de Heere tegen niemand dal Hu weg moei blijven Hij lokt ie uit en Hij roepl ie om te komen. Gceti zonde is te groot, geen mens te diep ivzonken Gclool |C dat' \\ i| zijn bedno'chjk. maai de Heere betrouwbaar Maak Mem niet langer lot ecu leugenaar' Ju bent verdolven, maar het zaad is goed en de Zaaier is hel ook. Hij zaait met gulle hand en Hij gaat wenend voort. De Heere Jezus is die Zaaier. Wat is Hij nederbuigend goed! Hij is de Koning. Die de wan draagt in Zijn hand. Maar Hij wil ook de Zaaier zijn. Hij zendt Zijn knechten uit. Zij bidden je van Christus' wege: .Laat u met God verzoenen!" (2 Kor. 5:20).

Waarom geen vrucht?

Het is helaas maar al te waar. 'dat er velen, door dc bediening des Evangelies geroepen zijnde, niet komen en niet bekeerd worden' (par. 9). Hun hart is vet geworden en hun oor is zwaar. Ze horen wel. maar ze verstaan het niet. Ze zitten bij het vuur. en ze worden toch niet warm. Zo kan ccn kerkbank versleten worden, maar het hart blijft koud en ongevoelig.

Hoe komt dat nu? Wie is daarvan de schuld? Het ligt niet aan het Evangelie! Aan allen wordt hetzelfde Woord verkondigd. Het is Gods getuigenis, dat eeuwig zeker is en slechten wijsheid leert! Daar zit de haper niet.

Ook ligt de schuld niet in Christus. Hoe heeft Hij niet geweend, staande voor de poorten van Jeruzalem! En Hij is nog Dezelfde. Hij wandelt in ons midden. Hij breidt Zijn handen vol ontferming uit. Zou Hij de oorzaak zijn van ons verderf?

De schuld ligt ook niet bij de Hi-hRi: . Misschien denken wij dat wel. diep in ons hart: kan ik er iets aan doen als God mij niet bekeert? Maar God is niet de schuld. Hoe durf je zo te spreken? Hij is het juist Die

door het Evangelie roept en zelfs 'onderscheiden gaven meedeelt' aan degenen die Hij roept! Hij kan zeggen: .Wat is er meer te doen aan Mijn wijngaard dat Ik aan hem niet gedaan heb? " (Jes. 5:4).

De kwade akker

De schuld ligt niet in Cïod. maar 'in degenen die geroepen worden'. De schuld ligt dus bij ons. De Heere zegt: .Gij wilt tot Mij niet komen.., ." (Joh. 5:40). We hebben tegen God gekozen. Dat is ons bestaan. Onbekwaam tot enig goed. maar ook geneigd tot alle kwaad. Vijandig en hoogmoedig. Kortom: et zaad is goed. maaide akker van ons hart is slecht! De Heere Jezus heeft dat zo duidelijk getekend in de gelijkenis van het zaad (Matth. 13:1-23).

Een deel van het zaad viel bij de weg. maar de vogels kwamen en het werd weggepikt. Dat zijn de harde harten, zorgeloos en ongevoelig. Het zijn de mensen die gerust durven zeggen dat ze nog nooit iets gemerkt hebben van God in hun leven. De hemel \erkwikt niet en de hel verschrikt niet. Ze blijven onbewogen. En het zaad wordt weggepikt, het wordt vertrapt. Een ander deel viel op steenachtige plaatsen en het groeide terstond op. omdat het geen diepte van aarde had. Toen de zon opging, werd het echter verschroeid. Dat zijn de gevoelige harten. Er zijn indrukken van dood en eeuwigheid, en van de liefdedienst des Heeren. Het zaad ontkiemt direkt. Het belooft veel. Maar helaas, het laagje aarde is zo dun. Daaronder zit de rots. Het zaad verdort weer, even snel als hel is opgekomen. Dat is hel tijdgeloof. Men valt weer af. Er was gevoel, maar geen waarachtig werk van Gods genade. Een juichend christendom dat niet wortelt in de diepte en daarom ook niet staande blijft in tijden van vervolging.

Weer een ander deel viel in de doornen. Die doornen groeiden op en verstikten het zaad. Dat zijn de gedeelde harten. Het zaad komt op. maar ook het onkruid. Wat zal het winnen? De wereld en de rijkdom! Het hart was verdeeld. Het leek een ander hart. maar het was geen nieuw hart. En daar zil nu de schuld! Niet in het zaad. maar in de akker!

En toch een rijke oogst

Nu is er toch een deel van het zaad dat vrucht draagt. Hoe kan dat nou? Dat is alleen aan God te danken! ..Dat moet men de mens niet toeschrijven", zeggen onze Dordtse vaderen. Dat is geen vrucht van eigen akker, maar dat is vrucht van Gods bijzondere genade. Hij heeft die aarde goed gemaakt en rijk gezegend.

Wie de moeite neemt om eens door te lezen wat er achter hoofdstuk 3 en 4 staat, zal begrijpen om welke dwaling het hier gaat. Het is de hoogmoedige ketterij van Pelagius. die stelde dat God iedereen evenveel genade geeft om zich te bekeren en te geloven. ..Grijp toch de kansen door God u gegeven...!" God heelt Zijn deel gedaan. Hij dwingt jc niet. Hij wil je helpen, maar tenslotte ben jij hel die beslist! Zo wordt de zaligheid gelegd in handen van de mens.

In paragraaf 10 horen wij een ander geluid. Wanneer de akker vrucht draagt, moet men dat aan God toeschrijven. Hel is de triomf van Zijn genade! Hij heeft de Zijnen uitverkoren in de stilte van de eeuwigheid. Hij roept ze in de tijd. krachtdadig en inwendig. Dat is hart-innemende genade! ..Al wal Mij de Vader geelt, zal tol Mij komen..." (Joh. 6:37a). Hij geeft ze het geloof en brengt ze tot bekering. Hij maakt hun boeien los en zei ze over in Zijn Koninkrijk. Alle roem is uitgesloten!

Vruchten tot Zijn eer

Zo gaan Gods kinderen vruchten dragen tot Zijn eer. Ze zijn daartoe geroepen. Heel dat machtige werk wordt door Hem verricht, "opdat zij zouden verkondigen de deugden van Hem Die hen uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht'! O. wat gaan ze zingen van Zijn deugden, van Zijn recht en Zijn genade! Daarin wordt God verheerlijkt. Dat is vruchten dragen. De één mag er iets meer van hebben dan de ander. Vaak gaan ze gebukt onder de onvruchtbaarheid van hun bestaan. Maar ze kennen ook die tijden van verwondering. als de Heere spreekt: ..Uw vrucht wordt uit Mij gevonden!". De Heere maakt het waar. Zijn Woord heeft goddelijke kracht. Dat is de werking van het zaad. Mag jij daar iets van kennen in je jonge leven? Het is bij God te krijgen. ..Al wat u ontbreekt, schenk Ik zo gij 't smeekt, mild en overvloedig!"

Krimpen aan den IJssel ds. C. Sonnevelt

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 februari 1992

Daniel | 32 Pagina's

De werking van het zaad

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 februari 1992

Daniel | 32 Pagina's