Twee bijzondere boetepsalmen

Psalm 32

1. Een onderwijzing van David. (Er staat zoiets als een onderwijzing, die verstand geeft, verstandig maakt. Het i.s een leerdicht of een leerpsalm. Er wordt namelijk een heel gewichtige leer in deze psalm behandeld aan de hand van Davids eigen leven, namelijk de leer van de vergeving der zonden uit louter genade alleen. Paulus komt op deze psalm terug in Rom. 4:6. 7. F.r zijn nog twaalf psalmen die dit opschrift hebben, en die een bijzondere onderwijzing geven. Ik zet ze op een rijtje:42. 44. 45. 52. 53. 54. 55. 74. 78. 88. 89. 142.) Welgelukzalig, dal wil zeggen overvol van geluk, is hij wiens overtreding (de zonde van verzet en opstand tegen Gods wet) vergeven (weggenomen) is. wiens zonde (het missen van zijn levensdoel) bedekt is. (Dit is een hebreeuwse rijmvorm, die we heel vaak tegenkomen in de psalmen. Het is een herhaling in andere woorden.)

2. Welgelukzalig is de mens. die de HI-.I-.RI. de ongerechtigheid (het verlaten van de rechte weg en het gaan van kromme wegen) niet toerekent en die met een oprecht hart Hem zijn zonden belijdt.

3. Toen ik zweeg voor God en mijn zonden niet beleed (David heeft zelfs gepoogd om zijn zonde met Bathseba te verbloemen: daarvoor heeft hij namelijk Uria. Bathseba's man laten doden in de strijd) werden mijn beenderen, dat is mijn kracht, verouderd in mijn brullen de ganse dag. (Inwendig woelt er veel in Davids hart: onvrede en onrust is er in zijn geweten, dat spreekt en hem aanklaagt. Hij kreunt de hele dag om uitkomst, maar die is er niet).

4. Want Uw straffende hand drukte dag en nacht op mij zonder ophouden: ik voelde in mijn zwijgen voor U de zielepijn. zoals de felle zomerhitte een plant van sap beroofd.

5. Er is een wending gekomen. Ik heb mijn zonden, hel missen van mijn levensdoel, aan U beleden. Ik heb niet langer mijn ongerechtigheden. mijn gaan van kromme wegen, voor U proberen (e bedekken. Ik heb bij mijzelf overlegd: ik zal belijdenis doen van mijn overtredingen, het verzei en mijn opstand legen de wel van God. voor de Heere. F.n toen is het wonder gebeurd: En Gij vergaafl de ongerechtigheid mijner zonde. Sela (sta hier eens bij stil of herhaal dit eens).

6. Hierom zal u iedere heilige of gunstgenoot, die onverdiende gunst en goedertierenheid van God ontvangen heeft, aanbidden. En wel in vindenslijd. dat is welaangename tijd van de genade. Het verzwijgen van dc zonde ruïneert het leven, maar na beleden zonden keert dc vreugde van Uw heil terug. Hoe groot de watervloeden ook zijn die hem dreigen te overstromen, ze zullen hem geen kwaad doen. Onder watervloeden moeten wij allerlei noden en rampen verstaan.

7. Gij. Heere. zijt voor mij een schuilplaats. IJ bewaart mij voor benauwdheid. Gij omringt mij met vrolijke gezangen van bevrijding. Sela (sta er eens bij stil!).

8. Ik. David, zal u onderwijzen en leren van de weg. nu ik zelf heb ondervonden wat hel is om de zonden te verzwijgen en te belijden. Wat ik ervaren heb. moge voor u tot onderwijzing zijn. Bovendien zal ik u raad geven om de juiste weg te kiezen. F.n ik zal er nauwlettend op toezien of u ook die weg volgt, die ik u gewezen heb.

9. Hoort dan naar mijn raad en wees niet zoals een paard en als een muilezel. Die dieren hebben geen verstand. Zij moeien mei teugels, loom en gebit op de plaats gehouden worden, opdat zij u niet kwetsen.

10. De goddelozen. die zich niet laten leiden, moeten veel smarten lijden. Maar die op de Heere vertrouwt, die zal de goedheid en de trouw van de Hl T RT-omringen.

11. Verblijdt u in de HEERE en verheugt u. gij. die de Heere vreesl. en zingt vrolijk allen, die rechtuit (niets verbloemt of achterhoudt) van hart zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen