Pinksteren
De Heere, Die op 't grote Pinksterfeest 70 krachtig werkte doorZijn Woord en Geest, blijft Die Hij is en altijd is geweest. Bij Hem is geen verand'ring dag of nacht.
En Hij, Die door Zijn Goddelijke kracht drieduizend mensen op de knieën bracht, is nog Dezelfde in Zijn liefd' en macht, zoals Hij al de Zijnen trekt en leidt.
Hoe heerlijk werd het Godsrijk uitgebreid! En toch, wij denken vaak: "In ónze tijd zijn zulke wond'ren een onmoog'lijkheid." En 't is ook in ons hart zo kil en koud...
"Maar, Heere, werk nog onder jong en oud. Beschaam het volk niet dat op U vertrouwt. Toon dat U Sion bouwt en onderhoudt, al is het fijne goud nu dikwijls dof..."
"O Heil'ge Geest, werk krachtig in Uw hof. Breng velen schuldbelijdend in het stof. Leg op Uw Kerk weerglans, Gods Naam tot lof, zoals U deed op 't grote Pinksterfeest!"
(Uit: De grootste schat)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 mei 1996
Daniel | 34 Pagina's