Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kijk uit voor het moeras van de verdediging

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kijk uit voor het moeras van de verdediging

Evangeliseren, hoe doe je dat?

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gelóóf jij nog? Ca jij 's zondags altijd twee keer naar de kerk? Wat zoek je daar toch? Het zijn van die vragen die je voor het blok zetten. Wat moet je antwoorden? je krijgt de gelegenheid niet om er lang over na te denken, 't Is wel een uitgelezen kans om andersdenkenden te vertellen van de dienst des Heeren. Maar hoe moet je zo'n gesprek voeren? Wat moet je zeggen, en wat niet?

Evangeliseren, hoe doe je dat?

Misschien is het helemaal geen probleem voor je. Je praat er gewoon niet over. Dat is lekker veilig. En als ze erover beginnen, houd je je op de vlakte, of je zegt: „Dat moet nou eenmaal van mijn ouders..." Toch is dat niet eerlijk. Daarmee doe je ook je naaste tekort. Hij is toch immers een 'medereiziger op weg naar de eeuwigheid'? Zou je hem dan niet waarschuwen? Misschien ben je te verlegen om dat uitgebreid te vertellen, je ziet het al voor je: een hoofd als een biet, hakkelend en in-de-war-gebracht. Misschien ben je bang om uitgelachen te worden. Je voelt je in het zonnetje gezet. Nee, niks voor mij. Dat kan ik niet, hoor.

Roeping

Toch kom ik weer terug op die 'medereiziger'. Jij weet van de noodzaak tot bekering. Maar hij of zij wellicht niet. Jij zou als een middel gebruikt kunnen worden tot de redding van die 'medereiziger'. Mag je je daaraan onttrekken? De Heere vraagt niet of wij bijzondere gaven van welsprekendheid en onbevangenheid hebben. Er staan juist voorbeelden in de Bijbel van mensen die dat misten, en toch door de Heere geroepen werden te spreken: Mozes, Jeremia... ja, zeg je, maar dat was een bijzondere roeping! Je hebt ten dele gelijk. En dat meisje bij Naaman dan? Had zij ook een bijzondere roeping? Zij sprak tot degenen die op haar weg geplaatst werden. En het bleek tot behoud van Naaman te zijn. Zo heb jij ook de dure roeping om te spreken waar dat mogelijk is.

Hoe moet dat?

Maar hoe moet je dat dan doen? Hoe moet je beginnen? Verwacht niet in dit korte artikel een 'beknopte handleiding voor het evangelisatiegesprek'. Zo'n gesprek hangt sterk af van het karakter van de sprekende persoon, en van het karakter van de luisterende persoon, van de omstandigheid waarin het gevoerd wordt, en ga zo maar door. Daar zullen we slechts enkele dingen van zeggen. Er zijn eerst andere dingen die de aandacht vragen, voordat we aan zo'n gesprek toe zijn.

Hèb ik wel wat te zeggen?

Het kan geen kwaad om eerst onszelf eerlijk te bezien.

Hèb jij wel wat te zeggen? Als je tegen een ander zegt dat hij zich bekeren moet, maar je maakt er zelf geen ernst mee, dan komen je woorden toch wat raar over. Als je gewoonlijk alleen maar praat over Ajax, of over de laatste tv-programma's, dan zul je wel vreemd aangekeken worden als je over 'bekering' begint.

Weet je zelf wel waar je het over hebt? Als je zelf bezig bent met de dingen van de eeuwigheid, praat dat veel makkelijker. Het vat geeft wat erin zit, zegt een spreekwoord. De beste manier om tegen anderen te spreken, is: er zelf vol van zijn.

„Wij dan, wetende de schrik des Heeren, bewegen de mensen tot het geloof"... (2 Korinthe 5:11)

Bewogen zijn

Wie met zijn naaste bewogen is, kan die naaste niet ongewaarschuwd laten lopen. Als ik iemand op een moeras af zie lopen, mag ik dan zwijgen? Dan vragen we ons toch ook niet af of we het wel netjes kunnen zeggen, of hij ons niet uit zal lachen, of hij wel zal luisteren? We hebben de plicht te waarschuwen. Al vinden we het nog zo moeilijk. Al zien we er nog zo tegenop. Al zouden we zo'n gesprek liever uit de weg gaan. Onze naaste moet gewaarschuwd worden.

Waar begint zo'n gesprek?

Nee, ik bedoel niet dat je een goede gelegenheid zoekt. Zo'n gesprek moet ergens anders beginnen: in de binnenkamer, je hebt toch een binnenkamer? Een plaats waar je alles aan de Heere vertelt? Daar moet dit werk beginnen. We moeten de Heere vragen of Hij ons die dag in de gelegenheid wil brengen om met onze naaste te spreken. Dat kan onze 'refo-vriend' zijn, die nergens aan doet. Dat kan ook ons onkerkelijke buurmeisje zijn. Vraag of de Heere een aanleiding wil geven tot zo'n gesprek. Smeek hem om een brandend hart: een hart dat vol is, loopt vanzelf over. Bid ook om wijsheid in het spreken. Zo'n gesprek kan zo onvoorspelbaar verlopen. Gelegenheid, genegenheid en wijsheid, we moeten het allemaal van Hem afsmeken.

Gelegenheid

Toen ik in het ziekenhuis lag, kwam een meisje de vloer doen. Zij werkte als vakantiewerkster bij een schoonmaakbedrijf. Al dweilend kwam ze bij mijn bed en zag op het nachtkastje mijn Bijbel liggen, open en bloot. „Leest u ook in die Bijbel", vroeg ze mij. Ze vond in die Bijbel een aanleiding om een gesprek te beginnen.

Als je zoekt doen zich tal van aanleidingen voor. Wie, bijvoorbeeld een instappende reiziger op het perron aanspreekt, heeft weinig kans op een gesprek. Maar waarom niet naast iemand gaan zitten op een bank op het perron. Als hij zijn krant dichtvouwt, kun je een gesprek beginnen:

„Wat staat er toch veel narigheid in de krant, vindt u niet? Hoe zou dat toch komen? " We moeten vragen om de gelegenheid en er ook naar zoeken: bid en werk.

Voetangels...

Wie wel eens heeft geprobeerd met een andersdenkende te praten over de dienst des Heeren weet dat het niet makkelijk is. Die ander weet zo weinig van het bijbelse denken.

Onze Tale Kanaans verstaat hij niet. Wees daarom eenvoudig en vermijd onnodige obstakels. Ga niet direct uitleggen wat nou precies het eigene is van de Gereformeerde Gemeenten. Houd je vooral aan Gods Woord! Dat Woord is krachtig, omdat het van Hem is. Daar kan geen mensenwoord tegenop.

Pas ook op voor gekunsteldheid. Er zijn mensen die bij geestelijke zaken opeens een andere klank krijgen in hun stem, iets slepends, een toontje, 't Is net of ze een andere jas aantrekken. Het komt zo ongewoon over. Praat wel eerbiedig, maar niet gekunsteld.

Ga niet agressief te werk. Dat dwingt de ander alleen maar tot defensief gedrag. Hij gaat zich verdedigen en je krijgt zinloze discussies van welles en nietes. Als we de ander niet kunnen overtuigen, dan moeten we 'slechts' getuigen.

... en klemmen

Kijk uit voor het moeras van de verdediging. De ander kan ons

confronteren met (al dan niet terechte) verwijten aan het adres van de kerk. Belijd gerust onze fouten: de kerkmens heeft al veel schade toegebracht aan de kerk. 't Gaat toch niet over de kerk (met een kleine k)? Het gaat over het Woord van God. Hij heeft ons iets te zeggen. Daarom moeten we dat Woord zoveel mogelijk laten spreken. Zorg datje een Levensbron bij je hebt in je tas. Misschien wil die ander er wel in lezen.

Als je merkt dat de ander niet wil spreken, dring dan niet te lang aan. Dan wordt het gesprek zo 'drammerig' en bereik je het tegenovergestelde.

Stel je nooit hoogmoedig op. Als iemand die, vanuit de hoogte, zijn medemens, een heiden, genadig toespreekt. Dat is het beeld van de farizeeër. Dat irriteert de mensen alleen maar.

Karakter

Er zijn geen twee mensen gelijk, leder heeft zijn eigen karakter. Dat geldt voor de spreker en dat geldt ook voor de luisteraar. Er zijn introverte mensen, binnenvetters. Die praten moeilijk over tere dingen. Zij hebben niet zoveel talenten gekregen om dit werk te doen. Maar ook met één talent moet gewoekerd worden! Er zijn ook extraverte mensen. Zij dragen het hart op de tong. Voor hen is het vaak makkelijker om een gelegenheid aan te grijpen. Zij praten zo makkelijk, 't is om jaloers op te zijn.

Middel

Maar de Heere heeft geen mensen nodig met een gouden tong. Hij kan mensen in Zijn Koninkrijk gebruiken als middel. Dat hangt niet van onze talenten af. De in de Bijbel gebruikte middelen geven ons geen reden tot hoogmoed: slijk op de ogen van een blinde, een stuk hout in het water, een schaal zout in het water... Stuk voor stuk onwaardige middelen, eerder bekwaam om te bederven, dan om te genezen. Maar als de Heere er Zijn Geest aan paart, dan kunnen er wonderen gebeuren.

Tenslotte

Een evangelisatiegesprek begint dus in de binnenkamer. Maar het eindigt daar ook weer. Als de gelegenheid er die dag was, dan is het zaad gezaaid. Dan mogen we Hem daarvoor danken. Dat vergeten we zo makkelijk. En dan moeten we de Heere ook Zijn zegen smeken. Zonder die zegen kan het niet. Al was onze naaste tot tranen geroerd, zonder het werk van de Heilige Geest zal het weer voorbijwaaien. Er blijft niets van over. Als wij mensen bekeren, dan heeft het geen dageraad. Maar als de Heere het doet, dan zal de vrucht ervan blijven, tot in der eeuwigheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 1997

Daniel | 30 Pagina's

Kijk uit voor het moeras van de verdediging

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 1997

Daniel | 30 Pagina's