Jobs wetenschap

De Heere zegt van Job, dat hij een oprecht en vroom man was, godvrezend en wijkende van het kwaad. De satan sprak tot de Heere, dat job Hem wei diende, maar alleen omdat hij zo rijk gezegend was. Zijn hart zou niet recht zijn voor God en hij zou slechts een loondienaar zijn.

Gods werk kan beproefd worden en wordt beproefd. Satan is de verzoeker die ook Christus heeft verzocht. Maar Hij is in de plaats van Zijn volk verzocht geweest en staande gebleven; en daarom zullen zij ook staande blijven. Hoe is dat ook uitgekomen in het leven van Job. Al zijn have, bezittingen en zijn geliefde kinderen is hij op één dag kwijtgeraakt, en aangetast met boze zweren komt hij op de ashoop terecht. Daar krijgt hij bezoek van zijn drie vrienden, die hem ook met hun woorden verdenken van onoprechtheid. En dan antwoordt Job aan Bildad (die de woordvoerder is): "Waarlijk, ik weet, dat het zo is; want hoe zou de mens rechtvaardig zijn bij God? ". Job wist dat niemand in zichzelf voor God rechtvaardig is. Dat de Heere rechtvaardig is en niemand verongelijkt, was niet alleen een mondbelijdenis, maar ook een belijdenis als vrucht van zielsbeleving. Hij mocht ook weten, dat de wortel der zaak in hem was, ja dat zijn Verlosser leefde. Want hoe zou de mens bij God rechtvaardig zijn?

De mens, die goed geschapen is, is diep gevallen en geheel verdorven. Tegenover die gevallen mens stelt Job God. Wat een ongelijkheid! Daarom zegt Job in vers 20: "Zo ik mij rechtvaardig, mijn mond zal mij verdoemen".

Hoe kan dan een mens wel rechtvaardig zijn bij God? Alleen door de toegerekende gerechtigheid van Christus. Hij is door de Vader gegeven tot wijsheid, rechtvaardigmaking, heiligmaking en tot een volkomen verlossing. Hij voldeed aan de eis van Gods recht en eer. En de door Hem aangebrachte gerechtigheid wordt door de Heilige Geest toegepast, als God een mens roept uit de dood tot het leven.

Dit is de grootste weldaad die een mens in zijn leven kan ontvangen en dit is onmisbaar op reis naar de eeuwigheid. Zeker, er zijn nadere weldaden. Als een zondaar gebracht mag worden tot de kennis van Christus. Hij is het einde der Wet, een iegelijk die gelooft in aan-en voortgang. Nog groter is het als geleerd mag worden in Christus voor God rechtvaardig te zijn. Want God is het, Die rechtvaardig maakt, wie is het verdoemt? Dat had Job in zijn leven geleerd: een mens in zichzelf heeft voor God geen bestaan, doch alleen in Christus. Alles buiten Hem schiet tekort!

Bij Zijn komst in het vlees is de eeuwige liefde Gods geopenbaard. Daar mogen wij, als we het mogen beleven, straks weer bij worden bepaald. Van Hem spreekt ook Jeremia (hoofdstuk 23:6): En dit zal Zijn Naam zijn, waarmede men Hem noemen zal: E HEERE ONZE GERECHTIG-HEID".

De Heere geve onder jong en oud een honger en dorst naar Zijn gerechtigheid. Het zou zijn tot verheerlijking van Zijn Naam en tot zaligheid van onze ziel. De dichter van Psalm 99 zong ervan: "Nu heeft Hij Zijn gerechtigheid, zo vlekkeloos en ongeschonden, voor 't heidendom ten toon gespreid".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen