Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het berouw van Petrus en Judas

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het berouw van Petrus en Judas

Een scherpe tegenstelling

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Petrus en Judas zijn discipelen van de Heere Jezus. De geschiedenis van deze twee mannen is bekend. Hun volgen van Christus, hun omwandeling met Hem en hun levenseinde staan in de Bijbel opgeschreven. Het is beschreven tot onderwijs, waarschuwing en vertroosting.

En Petrus naar buitengaande weende bitterlijk (Lukas 22:62) En .. hij... verworgde zichzelven (Mattheüs 27:5)

De verloochening van Petrus is aangrijpend. Tegelijk is deze gebeurtenis ontroerend. Het is ingrijpend als we zien hoe een ware discipel zo diep kan vallen. Het is ontroerend als we lezen hoe rijk en ruim de genade van Christus zich over de gevallen Petrus ontfermt. "En de Heere, Zich omkerende, zag Petrus aan" (Lukas 22:61). De geschiedenis van Petrus' val en bewaring is steeds weer dankbare stof voor de prediking en de overdenking in de lijdenstijd. Waarschijnlijk heb je er weieens een preek over gehoord.

Het verraad en de zelfmoord van Judas wordt mogelijk minder overdacht. Het aantal preken erover is beduidend minder dan over de verloochening van Petrus. Het verraad van Judas is verbijsterend en huiveringwekkend. Het is verbijsterend als we lezen over het misdadige verraad van de Heere Jezus. Kennelijk is een gevallen mens daartoe in staat. Het is huiveringwekkend als we lezen wat het einde is van Judas. "En... hij ... verworgde zichzelven". De Heere jezus zegt over judas: het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest" (Mattheüs 26:24).

Petrus verbreekt onder het oog van de Heere Jezus. Judas verhardt onder al de waarschuwingen. Petrus weent bitter. Judas maakt zelf een einde aan zijn leven. Petrus is gebroken. Judas eindigt in de wanhoop. Er ligt in de verloochening van Petrus en het verraad van Judas een zeer scherpe tegenstelling. Het is de tegenstelling tussen licht en duisternis; tussen liefde en haat; tussen schijn en zijn. Laat ik een aantal belangrijke elementen van deze tegenstelling noemen.

Alle mensen

Deze tegenstelling betreft alle mensen. Er zijn verschillende tegenstellingen tussen mensen. Er zijn mannen en vrouwen. Er zijn ouderen en jongeren. De meest fundamentele tegenstelling is het verschil tussen de kinderen van God en de kinderen van de wereld. Die tegenstelling vinden we op veel plaatsen in de Bijbel. We lezen van Abel en Kaïn; Izak en Ismaël; Jakob en Ezau; Ruth en Orpa; Petrus en Judas; Paulus en Demas. De geschiedenis laat ons vele voorbeelden van deze tegenstelling zien. Het is de meest ingrijpende tegenstelling die er tussen de mensen bestaat. Het trekt de lijn tussen eeuwig wel en eeuwig wee.

Laten we over deze tegenstelling toch veel nadenken. Laten we onze gedachten toch steeds gaan over de vraag: Aan welke kant sta ik? ". Laten we onszelf onderzoeken of we behoren bij de kudde van de goede Herder of bij de tegenstanders van de Zaligmaker. Laten we het nauwkerige zelfonderzoek toch nooit vergeten. "Zo waakt dan; want gij weet de dag niet, noch de ure, in welke de Zoon des mensen komen zal" (Mattheüs 25:13).

Lang verborgen

Deze tegenstelling kan voor de omgeving lang verborgen zijn. Petrus en Judas behoorden tot de twaalf discipelen die de Heere Jezus in bijzondere zin heeft geroepen. "En Hij stelde er twaalf, opdat zij met Hem zouden zijn, en opdat Hij dezelve zou uitzenden om te prediken" (Markus 3:14). Nergens in de evangeliën blijkt dat de discipelen enig wantrouwen hadden tegenover Judas. Judas droeg zelfs de beurs, mogelijk had hij een bepaalde vertrouwenspositie onder de discipelen. Bij het laatste avondmaal wijst de Heere Jezus op het komende verraad. Niemand van de discipelen denkt aan Judas. Uiterlijk heeft Judas een gelijke plaats ingenomen onder de andere discipelen. Er was geen zichtbaar verschil. De andere discipelen waren niet in staat óm de echte bedoelingen van Judas te vermoeden. De Heere Jezus heeft uiteindelijk het verraad van Judas geopenbaard. Laten we erom denken dat er een schijn van godzaligheid is. Deze schijn is zeer bedriegelijk. Petrus heeft Judas bij de kinderen van God gerekend. De farizeeër in de tempel werd door ieder geacht. Het is zelfs mogelijk dat we onszelf bedriegen. Bunyan zegt in zijn Christenreis dat er een weg loopt van de hemelpoort naar de hel. Laten we bang zijn voor alleen maar uitwendige godsdienst. Laten we ons hoeden voor de schijn. Laten we niet bouwen op de woorden van mensen. God zoekt naar waarheid in het binnenste. "En zie, of bij mij een schadelijke weg zij; en leid mij op de eeuwigen weg" (Psalm 1 39:24).

Een ernstige waarschuwing

Deze tegenstelling bevat een ernstige waarschuwing, judas is door de Heere Jezus uitgezonden om te prediken. Nergens blijkt dat judas niet ijverig is geweest in zijn ambt. judas heeft tekenen gedaan. Judas heeft veel onderwijs en waarschuwingen van de Heere jezus gehad. Bovendien lezen we in de Bijbel dat judas na zijn verraad berouw heeft gehad (Mattheüs 27:3). Judas heeft zijn zonden beleden (Mattheüs 27:4). Judas heeft het verradersloon weer terug gebracht bij de priesters (Mattheüs 27:5). Judas doet denken aan Bileam, Orpa, Demas en Achitofel. Judas was nabij het Koninkrijk van God. judas behoort tot "degenen die eens verlicht zijn geweest en de hemelse gave gesmaakt hebben en des Heiligen Geestes deelachtig geworden ... en afvallig worden" (Hebreën 6:4-6). Hij heeft zichzelf verworgd. Hij ging net als Achitofel en Saul zijn eigen weg. Hij is weggezonken in de rampzaligheid. Het was beter voor Judas om niet geboren te zijn geweest. Eén ding heeft Judas nooit gekend. Hij miste de liefde Gods in zijn hart. Hij was ijverig. Hij heeft gewerkt en gepreekt. Wellicht heeft hij verlangd naar de hemel. Misschien heeft hij ook wel gevreesd voor de hel. Maar nooit heeft God de eerste en de hoogste plaats gekregen in zijn leven. Het is Judas nooit om God zelf begonnen. De hoogste plaats in zijn leven werd ingenomen door het geld en door Judas zelf.

Laten we onszelf toch onderzoeken. Wat is het voornaamste in ons leven? judas is gevallen, judas ging verloren. Judas leefde zonder God. "Hij dan, de bete genomen hebbende, ging terstond uit. En het was nacht" (Johannes 13:30).

De rijkdom van Christus

Deze tegenstelling wijst op de rijkdom van Christus opzoekende en bewarende genade.

Petrus is heel erg diep gevallen. Petrus heeft Zijn Meester verloochend. Deze val van Petrus is heel ingrijpend, want hij was gewaarschuwd! Hij heeft gezondigd tegen beter weten in. Bitter is deze val voor Petrus geweest. De zonde is altijd bitter. David zondigde tegen God. Hij liet Uria doden en zondigde met Bathseba. Hizkia liet de gezanten van Babel al de schatten van zijn huis zien. Er staat een lange rij struikelingen van Gods kinderen in de Bijbel. Voortdurend hebben Gods kinderen onderwijs en waarschuwing nodig tegen de zonde. De satan is zeer begerig om hen te ziften gelijk de tarwe. Hij gaat om als een briesende leeuw en als een engel des lichts. Gods kinderen moeten voor de zonde bewaard worden. Petrus is wel gevallen, maar hij is in zijn val niet blijven liggen.

De Heere Jezus heeft voor Petrus gebeden. Daarom is zijn geloof niet opgehouden. De liefde Gods was in zijn hart uitgestort. Het is de liefde geweest van Christus tot Petrus die hem bewaart voor de strop. Judas ging om eigen schuld verloren. Petrus is in de kracht van God bewaard. "En Jezus, antwoordende, zeide tot hem: alig zijt gij, Simon, Bar-Jona! want vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in de hemelen is" (Mattheüs 16:17). Christus bewaart al Zijn kinderen. Hij draagt hen op Zijn hart. Daarom staat in de geschiedenis van Petrus val en oprichting niet Petrus in het middelpunt. Christus is de getrouwe Zaligmaker. Petrus is behouden uit genade. De genade hield hem vast. De genade brengt hem op de knieën. De genade bracht hem in het eeuwige vaderhuis. "Heere, Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb" (Johannes 21:1 7). Deze liefde verbreekt. Deze liefde maakt gewillig. Deze liefde maakt kleine mensen. Deze liefde vergaat nimmermeer.

Laten we onszelf onderzoeken of we deel hebben aan deze liefde. Laten we ons hart onderzoeken. Laten we ons leven eerlijk openleggen voor het alwetend oog van God. "Ik heb lief, want de HEERE hoort mijn stem, mijn smekingen" (Psalm 11 6:1).

En wij?

Petrus en Judas. Wat zijn er veel overeenkomsten tussen deze twee mensen. Beiden zijn het kinderen van Adam. Beiden hebben ze de Heere Jezus met lichamelijke ogen gezien. Beiden hebben de Heere Jezus als discipel gevolgd.

Maar er zijn ook grote en ingrijpende verschillen. Judas is omgekomen. Hij is voor eeuwig verloren.

Wat een waarschuwing voor iedereen. Wat een klacht in het geweten. Verloren en dat om eigen schuld. Petrus is behouden. Hij is niet in eigen kracht staande geleven. Petrus heeft niet zelf de liefde Gods verdiend. Gods genade en Christus liefde waakten over Zijn leven. Genade bracht Petrus eeuwig thuis.

Jongelui en ouderen, waar ligt ons hart? Wat neemt de eerste plaats in in ons leven?

"Indien iemand den Heere Jezus Christus niet liefheeft, die zij een vervloeking; Maranatha!" (1 Korinthe 16:22).

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1998

Daniel | 32 Pagina's

Het berouw van Petrus en Judas

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1998

Daniel | 32 Pagina's