Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Over het begin van in onze eredienst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over het begin van in onze eredienst

Het votum

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer je iedere zondag - en zo mogelijk doordeweeks - mag samenkomen rondom Gods Woord in het huis des Heeren, dan voltrekt de kerkdienst zich volgens een vast patroon. Doorgaans overeenkomstig de onder ons gebruikelijke 'synodale' orde van dienst. Dat wil zeggen: de orde, die door onze Generale Synode in 1974 is aanbevolen. Deze aanbeveling houdt geen dwang in, maar biedt ruimte dat plaatselijk - vooral in Zeeland kom je het tegen - er soms afwijkingen op kleine onderdelen voorkomen. Die orde van dienst noemen we ook wel: de liturgie.

Liturgie is het geheel van handelingen in de eredienst. Daaronder valt niet alleen de bediening van Woord en sacramenten, maar ook tal van bekende zaken waarvan achtergrond en inhoud menigeen nogal eens ontgaat, helaas. Sommige liturgische verrichtingen zijn voor de kerkganger en ambtsdrager zó gewoon geworden, dat vaak nauwelijks of geen aandacht eraan wordt besteed, 't Gaat toch om de preek? , zeg men dan. Ja, maar daaromheen hebben de andere elementen in de eredienst hun functie en betekenis. Daardoor komt het Woord te meer in het middelpunt te staan.

Godsdienstoefening

Niet in de laatste plaats voor onze kerkdiensten geldt het Paulinisch vermaan: Laat alle dingen eerlijk en met orde geschieden" (1 Korinthe 14:40). Dat wil zeggen: elvoegelijk en met stichting. Jongeren en ouderen moeten steeds opnieuw beseffen dat ons samenzijn - om het eens ouderwets te zeggen - een 'godsdienstoefening' is. In mijn jeugdjaren klonk bij het begin van ons samenzijn steevast: aat ons deze godsdienstoefening aanvangen met het zingen van psalm enzovoort. Er is dus sprake van een oefening in de godsdienst, in de dienst aan God. En in de dienst aan God moet Zijn eer centraal staan. Gods eer! God eren is: e Heere de eerste plaats geven. Hij moet op het allerhoogst verheerlijkt worden. Dat houdt tevens in: e mens de laagste plaats; deze het diepst vernederd. Zo sprak de bekende 'oudvader' Ds. Bernardus Smijtegelt uit Middelburg in zijn preken, wanneer het over de ware godsdienst ging.

De Geest verheerlijkt

Laten we eerlijk zijn, dat kan alleen als vrucht van wederbarende genade! Dan alleen krijgen we Gods eer in het oog. Dan pas zullen wij Hem gaan bedoelen. Wat is de levendmakende werking van de Geest des geloofs en der genade en der gebeden nodig, vooral tijdens ons bezoek aan de kerk. Voor 't eerst in zondaarsharten, maar telkens weer opnieuw, opdat ons samenkomen voor het aangezicht des Heeren mag beantwoorden aan het hoge doel. Het is die Geest, van Wie Christus sprak tot Zijn jongeren: ie Geest zal u in alle waarheid leiden en Die zal Mij verheerlijken" (Johannes 16:13-14).

Mis je dat nog? Let erop: daar waar Gods Woord verkondigd wordt, is ook de werkplaats van de Heilige Geest. Wat wij missen, kan en wil Hij nog schenken. Bij onze opgang naar Gods woning mag wel steeds de bede uit onze ziel oprijzen: Zend HEER, Uw licht en waarheid neder

en breng mij, door dien glans geleid,

tot Uw gewijde tente weder; dan klimt mijn bange ziel gereder ten berge van Uw heiligheid, waar mij Uw gunst verbeidt.

Votum als begin

Alle dingen eerlijk en met orde. Ook in de eredienst. Bij al die dingen moet ons innerlijk betrokken zijn. Van alle terugkerende aspecten in de kerkdienst moet dan ook ingezien worden, dat zij niet zomaar een liturgische versiering zijn. Geen loze vorm ter afwisseling of verpozing. Nee, al die vormen hebben wezen. Anders kan het nooit tot eer van God zijn. In dit artikel vraag ik jullie aandacht voor het zo 'gewone' begin: het votum.

Voor wie?

Nadat de kerkenraad is binnengetreden, de laatste tonen van het inleidend orgelkoraal zijn weggestorven en het persoonlijk stil gebed is gedaan, begint de kerkdienst officieel. Plechtig klinkt het votum ons tegen uit de mond van de voorganger.

Klinkt het ons tegen? Zeker, we moeten erbij bepaald worden! Het uitspreken van het votum bedoelt direct besef te wekken voor de presentia Deï, voor de tegenwoordigheid van God in de samenkomst der gemeente. Moet er bij ieder mens - uit de aarde aards! - niet gedurig ontzag ingeboezemd worden voor Gods heilige Majesteit?

Tot Wie? .

En toch... eigenlijk moet het votum uit ons klinken. Er is namelijk méér aan de hand. Het votum (letterlijk: mondelinge gelofte) is allereerst en allermeest bedoeld als een aanspraak tot God. Ons votum is een belijdenis aan de Koning van de Kerk. Een erkenning, die in de eerste plaats klinkt in de oren van'de HEERE Zebaoth.

God roept Zelf Zijn Gemeente, zoals het Oude en Nieuwe Testament ons leren (denk aan het Hebreeuwse 'kahal' en het Griekse 'ecclesia') Is Gods Gemeente er, dan komt zij in haar openbaring samen in de onderlinge bijeenkomsten, in de gemeenschap der heiligen. In Zijn Naam komt die Gemeente bijeen, gehoorzaam aan Zijn bevel, luisterend naar Zijn stem, heilbegerig naar Zijn gemeenschap.

Welnu, de eerste woorden in de eredienst zijn gericht tot eer van de roepende Alomtegenwoordige, Die óók aanwezig is tijdens ons kerkelijk samenzijn. En opvallend: die woorden zijn tegelijkertijd Gods eigen Woorden.

Schriftuurlijk

Nu iets over het votum zelf. Ik neem het meest gebruikte votum hier in bespreking, afwijkende details daargelaten. Het is mijns inziens ook de geschiktste en aantrekkelijkste tekst, omdat het geheel bestaat uit drie .aaneengeschakelde bijbelteksten. Letterlijk luidt het:

Onze hulp is in de Naam des HEEREM; Die hemel en aarde gemaakt heeft (Psalm 124:8); Die trouw houdt in der eeuwigheid (Psalm 146:6b); en Die niet laat varen de werken Zijner handen (Psalm 138:8).

Het votum is een belijdenis. Voluit schriftuurlijk zowel wat vorm als inhoud betreft. De zo bekende zinnen van het votum zijn allen rechtstreeks uit het boek der Psalmen afkomstig. Belijden is immers: hetzelfde zeggen; hetzelfde als wat de Schrift ons voorhoudt!

Zo gezien, legt ons votum klem op iedere kerkganger. Het votum - dat aanvangt met "ónze hulp" - dient dan ook ons aller hart te treffen. Weliswaar klinkt het uit de mond van de predikant, maar hij legt het votum tevens op de lippen van de gemeente, die hem naspreekt. Mèt de dienaar spreken de aanwezigen ten diepste elk persoonlijk de woorden uit.

Geloofsbelijdenis

Hoe kort ons votum ook is, het vormt een krachtige erkenning van twee onpeilbare diepten. Enerzijds: "onze hulp". Dat wijst op de diepte van de totale afhankelijkheid van God van de mens, die in zichzelf aangemerkt een hulpeloos schepsel is door de zondeval. Anderzijds: "de Naam des HEEREN". Dat ziet op de diepte van het onbegrijpelijke Wezen Gods, Die alles vermag. De naam jehova zegt Wie de Drieënige God is: de Ik zal zijn, Die Ik zijn zal. De

toevoegingen duiden op Zijn onbeperkte macht en onbegrensde trouw jegens hulpeloze mensenkinderen, ja, wie die schone woorden goed tot zich laat doordringen, beseft dat hier sprake is van een belijdenis. Een geloofsbelijdenis van de levende Kerk des Heeren. Een uitdrukking van wat men gelooft over God en Zijn werken in de natuur en in de genade. Een erkenning te geloven in de HEERE, de getrouwe Verbondsgod. En dan voelen wij het wel aan - zullen we daarvan de wezenlijke troost ervaren in onze ziel - dat het bij het votum niet slechts moet gaan om een historisch geloof, maar om het waar, oprecht, zaligmakend geloof. Het votum behoort tot de godsdienstoefening, waarbij het hart betrokken moet zijn. En dat naar de Schriften.

Bijbelteksten

Zoals boven aangegeven, kunnen we de woorden van het votum terugvinden in de Psalmen. De drie zinsneden uit het votum krijgen nog meer betekenis, wanneer we die lezen in hun contekst.

De gemeente belijdt haar God als 'Schepper van hemel en aarde' (Psalm 124) dus als de Almachtige. David geeft in deze pelgrimszang aan, dat die God tevens de almachtige Verlosser is van Zijn volk. Hij bevrijdt haar zelfs uit doodsgevaar: "Onze ziel is ontkomen als een vogel uit de strik der vogelvangers; de strik is gebroken en wij zijn ontkomen." Op zulk een God steunt nu de Kerk des Heeren, ook in 1998 in al haar strijd. De gemeente belijdt eveneens dat jehova 'trouw houdt in der eeuwigheid' (Psalm 146). Die lofpsalm bezingt Hem als de Machtige Jakobs. Wonderlijk: Hij schaamt Zich niet de God van een bedrieger en dief genaamd te worden. Lees hoe Gods deugden worden geroemd, waarbij de dichter tenslotte bemoedigt: "De HEERE zal in eeuwigheid regeren; uw God, o Sion, is van geslacht tot geslacht. Hallelujah." Wat een rijke toezegging aan Gods Kerk voor haar zaad. Hij laat Zijn hulp niet vruchteloos vergen.

Tenslotte belijdt de gemeente, dat de Heere 'niet zal laten varen het werk van Zijn handen' (Psalm 1 38). Dit lied spreekt van de wegen des Heeren met Zijn kinderen: "Ten dage als ik riep, hebt Gij mij gehoord; Gij hebt mij versterkt met kracht in mijn ziel."Van die God zingt David: "De HEERE zal het voor mij voleindigen". Met welk een wonderdoend God heeft de Kerk des HEEREN te doen! Is die Onveranderlijke dan geen openbare belijdenis waard bij aanvang van de eredienst? Opdat vervuld worde met mond en hart:

Geeft dan eeuwig' eer onzen God en HEER! Klimt op Sion, toont eerbied, waar Hij woont, waar Zijn heiligheid haren glans verspreidt. Heilig toch en 't eren is de HEER der heren!

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 juni 1998

Daniel | 32 Pagina's

Over het begin van in onze eredienst

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 juni 1998

Daniel | 32 Pagina's