Op het schippersinternaat
Pagina's voor haar
Karin Leeuwestein is - zoals bijna alle schipperskinderen - op zesjarige leeftijd op het schippersinternaat terecht gekomen. Hoe zou ze dat ervaren hebben? Is het beeld, dat 'walmensen' van schipperskinderen hebben wel terecht? Komen schipperskinderen echt veel tekort? Hoe is dat leven op een internaat? Zo leefden er bij mij veel vragen. Gelukkig wilde Karin op al die vragen antwoord geven en ze verdiepte zich in de tijd, toen ze nog in het internaat woonde.
De voorbereiding
Geen schipperskind komt zomaar ineens op het internaat terecht. Er is altijd een voorbereidingstijd. "Ik had een oudere zus, die een jaar eerder naar het internaat moest. Ik leefde helemaal met haar mee. Zo kwam ik al op het internaat vóór ik zelf zover was. Door de verhalen van mijn zus en het zelf rondkijken leerde ik al heel wat van het internaatsleven kennen."
Ook kinderen, die geen oudere broer of zus hebben, worden voorbereid op de tijd dat ze van boord af zullen moeten. Het is allereerst wel iets, dat in het leven van schipperskinderen er 'gewoon' bij hoort. Van jongs af aan weten ze dat en zien ze het om zich heen.
Hoe dichterbij de tijd van het internaatsleven nadert, hoe meer de meeste kinderen daarnaar toe leven. Per internaat zal het verschillend zijn, hoe de voorbereiding geregeld wordt. Zo wordt er meestal een kennismakingsmiddag georganiseerd, waarbij alle nieuwe kinderen en hun ouders uitgenodigd worden. Ook mogen de kinderen een week komen logeren om alvast een klein beetje te wennen.
Schipperskinderen hoeven niet naar groep 1 en 2 van de basisschool (de vroegere kleuterschool). Toch moeten ze wel net zoveel kunnen en geleerd hebben, als hun klasgenootjes straks in groep 3. Daarom krijgen de schipperskinderen vanaf hun vierde jaar iedere keer een 'kleuterpakket'. Werkbladen, versjes, puzzeltjes, kleurplaten, creatieve opdrachten en tegenwoordig ook Bijbelverhalen en het leren van psalmversjes, van alles zit erbij. "Ik vond het leuk, als er weer een nieuw pakket kwam. Mijn moeder heeft altijd veel aandacht geschonken aan het maken van de pakketten. Maar soms lagen we een poosje stil. Dan ging ik wel een paar dagen naar de 'kleuterschool' en dat is als voorbereiding op de komende periode ook heel goed. Aan boord ben je natuurlijk helemaal niet gewend aan zo'n grote groep kinderen!"
Naar het internaat
"Ik weet nog goed, hoe ik me voelde toen ik voor 't eerst op het internaat kwam. Van het wegbrengen, m'n spullen uitpakken of het weggaan van mijn ouders kan ik me weinig herinneren. Mijn zus was ook op 't internaat en dat scheelde natuurlijk wel. Ik heb later bij anderen wel gezien, dat het afscheid heel wat tranen kostte. Sommige kinderen hadden het echt moeilijk, vooral 's avonds bij het naar bed gaan. De groepsleidster probeerde dan zo'n kind te troosten en de aandacht af te leiden."
"Heimwee had ik dus niet. Wel kwam er heel veel op me af. Ik kwam in een groep van achttien kinderen terecht. Daarvan was de jongste zes en de oudste achttien jaar. Wat keek ik op tegen die 'grote' jongens! Dat was ik natuurlijk helemaal niet gewend."
Zo'n groep probeert min of meer als een 'gezin' te functioneren en blijft de hele internaatsperiode bij elkaar, al verandert er veel in de loop van de jaren. Steeds gaan er ouderen van het internaat af en komen er 'kleintjes' bij. Enkele groepsleidsters (de 'jufs') zorgen voor de kinderen.
Veel regels
Het is te begrijpen, dat op een internaat regels moeten zijn. Die regels zijn anders dan dat de kinderen aan boord gewend waren. "Aan die regels moest ik ook wennen. Het was allemaal veel strakker. Om zeven uur uit bed, wassen, aankleden, bed opmaken. Kwart over zeven aan tafel. Onder het eten werd niet gepraat! Twee keer in de week was je aan de beurt voor corvee: tafel afruimen, afwassen of afdrogen... En dan was het tijd om naar school te gaan. Die was dichtbij, zodat we onder de hoede van een 'juf' ernaartoe konden lopen."
"Tussen de middag aten we in het internaat. Als we 's middags uit school kwamen, mochten we buiten of binnen spelen. Natuurlijk moest de juf wel weten waar je was. Om vijf uur was het weer etenstijd. Na het eten kwam dan weer voor sommigen het corvee. Daarna was het: psalmversje leren, opzeggen of zingen. De kleintjes werden geholpen door de juf en daarna mochten ze nog een poosje spelen. De groten moesten ook nog huiswerk maken. Dat was verplicht tijdens het studieuur.
Om zeven uur was het bedtijd voor de kinderen van zes en zeven jaar. De juf las voor uit de Kinderbijbel en gezamenlijk werd er gebeden. Hoe ouder je was, hoe later je naar bed mocht, maar om tien uur moesten ook de oudsten naar bed."
Regels zijn ook nu nog hard nodig, al zal het misschien niet allemaal meer zijn, zoals een jaar of tien, vijftien geleden.
Altijd vriendjes en vriendinnetjes
Aan boord of aan de wal zijn kinderen soms alleen. Dan hebben ze niemand om mee te spelen. Dat komt op het internaat bijna niet voor. Er zijn er altijd wel, die een spelletje willen doen. Speelgoed is er op een internaat veel meer dan thuis. Kinderen hoeven zich absoluut niet te vervelen. Bovendien wordt er door de jufs nogal eens wat met de kinderen gedaan. Tekenen, verven, knutselen, kaarten maken, handwerken, bakken... voor ieder is er wel wat leuks te doen. "Wij deden elke woensdagmiddag iets bijzonders met elkaar. Soms gingen we met elkaar zwemmen of schaatsen, naar een speeltuintje of naar de kinderboerderij. En als we het weekend overbleven, gingen we op zaterdag ook wat leuks doen. Een eind fietsen, bijvoorbeeld, en dan ergens gaan eten. Dat vonden we prachtig. Koninginnedag was bij ons een echte feestdag. We zijn wel eens met de bus naar de dierentuin geweest, net alsof het een schoolreis was."
In een groep bij elkaar wonen, veel met elkaar optrekken, dat betekent, dat je ook veel van elkaar moet kunnen verdragen. Dat gaat in een gezin niet altijd goed, dat gaat op school wel eens verkeerd en datzelfde geldt ook voor de kinderen in het internaat. "Er was natuurlijk wel eens ruzie. Als dat gebeurde, dan 'vocht' je dat zoveel mogelijk zelf uit. Het moest wel de spuigaten uitlopen, eer je daar de juf bij zou halen."
Contact met de ouders
Het contact tussen de ouders aan boord van het schip en de kinderen op het internaat is - sinds 'iedereen' telefoon heeft - niet zo moeilijk meer. Ouders en kinderen bellen elkaar regelmatig. Niet altijd is dat even gemakkelijk voor de kinderen. "Het verlangen naar je ouders kon dan wel eens erger zijn, vooral als het op school eens moeilijk was, of je voelde je niet lekker." Meestal gaat het echter wel goed. De belevenissen worden verteld en er wordt misschien ook wel eens geklaagd, maar vader en moeder blijven zo behoorlijk op de hoogte van het wel en wee van hun kinderen. Het contact wordt ook onderhouden door middel van een 'internaatskrant'. Vroeger was dat er ook al. In de "Het Kompas" van vele jaren geleden schrijft de 8-jarige Karin:
"We kwamen van boord, en soms moesten we wel eens anderhalf uur rijden voordat we op het internaat waren. Als de tassen uitgepakt waren, gingen we naar school. Toen we op school waren hebben we gezwommen. Toen we terug waren gingen we soms nog lezen. Daarna gingen we handwerken. Als dat klaar is gaan we naar het internaat (...). Als we gegeten hebben mag je nog naar buiten. Daarna gaan we uit de Bijbel lezen en knietjes bidden, en de kinderen van zeven uur gaan naar bed. Die later naar bed gaan, gaan in de kamer spelen. Om kwart voor acht ga ik naar bed. Welterusten!"
Verschillende kinderen schrijven of tekenen zo in de 'krant' en ook zijn onder andere de nieuwtjes van de groep daarin te lezen. Verder is er één keer per jaar een ouderdag, waarbij de ouders niet alleen naar hun kinderen in de groep gaan, of contact hebben met de groepsleidsters, maar ook is er onderling contact met de andere ouders.
Karin, hartelijk bedankt voor het vele wat je verteld hebt. Maar... lang niet alles is in dit artikel aan de orde geweest. Daarom hoop ik over enige tijd nogmaals te schrijven over het leven van het schipperskind in het internaat en daarna.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 2000
Daniel | 32 Pagina's