Preeklezen... moet dat nu echt?
God spreekt tot jou... ook door middel van preeklezen
't Is zondagmorgen. Het gezin Pletersma zit aan het ontbijt. "Vandaag preeklezen? Nou, voor mij hoeft dat niet hoor. Altijd al heb ik moeite m'n aandacht bij de preek te houden als de dominee aan het preken Is. Maar bij leesdienst is het al helemaal onmogelijk om er met je gedachten bij te blijven. Wat?! Leest ouderling Saaiman?" Een diepe zucht volgt - veelzeggender dan kritische woorden over deze ouderling!
Nee, lang niet altijd zullen de gesprekken op deze manier gevoerd worden. Wel is het waar dat preeklezen bij jongeren niet zo geweldig hoog staat aangeschreven. Al snel klinken woorden als: saai, langdradig, ouderwets taalgebruik, onbegrijpelijke, bevindelijke taal. Er zijn zelfs jongeren - en ouderen! - die ons kerkverband verlaten, omdat ze altijd onder de leesdiensten moeten zitten. Ze vinden de preken hopeloos ouderwets, ver van de belevingswereld van jongeren afstaan en nietszeggend! De preken die gelezen worden zijn niet actueel, niet begrijpelijk, niet indringend, niet appellerend genoeg. Nu, die kritiek is bepaald niet mals... Ook om andere redenen verlaten mensen ons kerkverband. Je kunt dat - net als de vorige opmerkingen - lezen in 'Het onderzoek naar kerkverlating in de Gereformeerde Gemeenten' dat een aantal jaren geleden verscheen. Welke reden gezinnen noemen om naar een ander kerkverband te gaan? "Er worden alleen maar preken gelezen van predikanten, die nog leven of van iets latere tijd, maar onze oudvaders worden nooit meer gelezen. Waarom niet de schatten aangeboord uit de Reformatie en Nadere Reformatie? Waarom worden er geen preken gelezen van Smijtegelt, Van der Groe, Erskine, Hellenbroek en anderen? Zijn die soms niet goed meer? Hebben de predikanten van nu meer goddelijk licht dan onze oudvaders?" Ook deze kritiek is bepaald niet mals!
In andere kerken?
't Is waar: in bijvoorbeeld de Hervormde Kerk en de Christelijke Gereformeerde Kerken komt preeklezen in principe niet voor, dan echt alleen in noodgevallen. Als er plotseling een predikant niet kan voorgaan, wordt er een preek gelezen. In deze en andere kerkverbanden zijn er weinig vacante gemeenten en soms is er zelfs een overschot aan predikanten of kandidaten.
In ons kerkverband (en in dat van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten) komt preeklezen echter van oudsher wel voor. Veel gemeenten in ons kerkverband zijn vacant; er zijn ruim vijftig predikanten die naast hun eigen gemeente ook de vacante gemeenten moeten dienen en dat zijn er toch ruim honderd. Inderdaad, dat laat het predikantentekort zien in ons kerkverband en dat mag niet en nooit gewoon zijn. Maar wie eerlijk is, zal ook zeggen, dat de besproken nood van het predikantentekort lang niet altijd als echte nood wordt gevoeld. Bid jij elke dag of er predikanten bij mogen komen? De Heere heeft het gezegd, dat we Hem mogen vragen, ja smeken of Hij arbeiders wil uitstoten in Zijn wijngaard. Hij heeft daarbij gezegd, dat wie Hem aanroept in de nood, Zijn gunst oneindig groot mag ervaren. Als jouw gemeente vacant is, is het dan je worsteling aan Gods troon of de Heere Zelf een predikant wil geven, die voor mag gaan in de bediening van het Woord? Vallen we de Heere om deze zaken heilig lastig? Die vragen mogen we elkaar wel eerlijk stellen.
Het gevolg van het predikantentekort is dat er in veel gemeenten preeklezen is. Soms vele zondagen achtereen, met name in de kleinere gemeenten. En we zagen, dat lang niet iedereen dat waarderen kan. Is dat terecht?
Welke preek?
Het is maar zelden dat er voor mij tevoren zekerheid is welke preek ik moet gaan lezen. Meestal is het een echte strijd. De ene preek is te lang, de andere te kort. Je vraagt om wijsheid. Maar als je een keuze maakt, leg je het boek toch maar weer aan de kant. Misschien toch maar beter een andere? En zo wordt de stapel mogelijke preken steeds groter. En de nood ook, want de zondag nadert en de koster wil graag op tijd de Psalmen weten. Vaak komt het tot een beslissing met gevouwen handen op enkele opengeslagen boeken. Er moet een keus gemaakt worden onder biddend opzien. En dan valt het meestal niet tegen. Het gaat immers niet om de lezer, het gaat niet om de preek-op-zichzelf. Als de Geest er maar is, dan alleen is er verwachting.
Een ouderling
Nadelen?
Natuurlijk is het waar, dat preeklezen meer vraagt van je concentratievermogen. Luisteren naar een predikant, die zijn woorden met gebaren ondersteunt en die met voorbeelden uit Gods Woord verduidelijkt, is gemakkelijker. Met name jongere kinderen vinden het echt moeilijk om naar de inhoud van de leesdienst te luisteren. Wij merken dat thuis ook wel.
Juist in onze flitsende computermaatschappij raken wij trouwens steeds minder gewend aan rustig luisteren naar een preek. Alles rondom ons heen gaat razendsnel en ook jullie ervaren in onderwijs en werksituaties dat het meer en meer gaat om zelfwerkzaamheid. Op alle mogelijke manieren moet je zelf kennis vergaren, die kennis structureren en daar je winst mee doen. Je begrijpt, dat het kunnen luisteren naar een preek van ongeveer drie kwartier meer en meer tot de zeldzaamheden gaat behoren in deze jachtige wereld.
Daarmee wordt preeklezen in het licht van het bovenstaande nog moeilijker. 't Is daarbij een eerlijk feit, dat sommige ouderlingen meer gaven van de Heere hebben ontvangen om de preek voor te lezen. Om die reden heeft ds. G.H. Kersten gezegd dat niet alle ouderlingen in leesdiensten moeten voorgaan. Hij pleitte er sterk voor, dat alleen goede lezers de leesdiensten zouden leiden. En dat betekende voor hem echt niet, dat de andere ouderlingen minderwaardig zouden zijn. O nee, ze konden wel meer hebben geleerd van de Heere, maar het ging hem met name om het 'stichtelijke' van de leesdienst. "Siechts weinig mensen is de gave verleend een predikatie stichtelijk voor te lezen. Zijn er onder de ouderlingen enkelen, die deze gaven hebben ontvangen, dan gebruike men die krachten en de kerkeraad houde degenen van voorlezen terug, die daartoe niet bekwaam zijn. (...) Waag de gemeenten niet aan voorlezers, die niet kunnen stichten. Dat ziet ge onder meer wel aan de opkomst", zo schrijft hij in 'De Saambinder' van 13 april 1944. Weet je wat ds. Kersten trouwens heel persoonlijk wist? Dat de Heere ook het middel van de leesdiensten in Zijn hand gebruikt had om zondaren te bekeren en Zijn kinderen te oefenen op de leerschool van Gods genade. De Heere heeft leesdiensten gebruikt om levensvragen op te lossen en de zielenraadsels op te lossen. En eerlijk waar, dat gebeurt tot op de dag van heden.
'k Weet ook nu van mensen, die je kunnen vertellen dat de Heere het preeklezen zaligmakend heeft willen gebruiken in hun leven. Zo ging er een jongen naar een dienst waar een voor hem 'populaire' dominee zou voorgaan. Het was echter leesdienst en er werd een preek gelezen van ds. A.P.A. du Cloux. 't Werd voor die jongen een onvergetelijke dienst!
Kritiek
Het is wel goed om ook bij het preeklezen kritisch naar onszelf te kijken. Dat valt niet mee, want het is gemakkelijker met de vinger naar een ander te wijzen: "Waarom leest die ouderling altijd van die lange preken? En waarom laten ze ouderling Saaiman preken lezen? Of ouderling Vlugprater? Of ouderling Emotioneel? En waarom kiezen ze van die ouderwetse preken? Of van die 'moderne'?
Nee, laten we eerst bij onszelf blijven. Gaan jij en ik met een begerig hart naar de kerk? Hoe is onze voorbereiding op de zondag? Hoe laat ga ik zaterdagsavonds naar bed? Zo laat, dat het haast niet anders kan, dan dat ik op zondagmorgen nauwelijks mijn ogen open kan houden? Ben ik, openlijk of stiekem, bezig zoveel mogelijk de wereld te dienen, met een godsdienstige saus overgoten? Nee, dan kunnen en mogen we geen zegen verwachten en dan is het oneerlijk met de vinger naar een ouderling te wijzen. We moeten eerst bij onszelf terecht komen: wat is mijn persoonlijke voorbereiding op het preeklezen? Ga ik in het gebed of de Heere die ouderling wil helpen en zegenen? Bedel ik bij de Heere of Hij ook dit gebrekkig middel wil gebruiken voor mijn zaligheid? Vraag ik om aandacht en concentratie? Ook voor een preek van een oudvader, die zo rijk aan inhoud kan zijn! Nog nooit gedaan? Je mag er dan vanaf nu mee beginnen. De Heere hoort zo graag ook jouw gebed!
Voorbereiding
En nu nog even naar 't huis van ouderling Saaiman. In de kamer vind je hem niet. Wel in zijn slaapkamer. Op z'n knieën! Voor hem ligt een aantal prekenboeken. Welke preek moet hij toch lezen? Die ene of... toch die andere? Wat heeft hij de leiding van de Heere nodig bij de preekkeuze. Is deze preek niet te lang? Is hij niet te afstandelijk? Is hij evenwichtig genoeg? Zit er onderwijs in voor kinderen en jongeren? Is hij begrijpelijk voor het grootste gedeelte van de gemeente? Kunnen Gods kinderen er onderwijs uit ontvangen? Gaat het in de leespreek wel om Christus, het Lam Gods? Wordt Hij wel aangewezen en aangeprezen, opdat doodschuldige zondaren de toevlucht zouden nemen tot Hem?
Ook nu moeten we eerlijk zijn. Er zal geen ambtsdrager zijn, die jou vertellen zal, dat hij altijd op deze afhankelijke en tere manier bezig is met zijn preekkeuze. Maar... het zou wel zo moeten zijn! Hij staat immers op de preekstoel als voor Gods aangezicht en is voluit verantwoordelijk voor de preek, die hij gekozen heeft. Eerlijk; hij heeft jouw gebed zo nodig!
Preeklezen
Wat kan er tegen het gebed op de kansel bijzonder worden opgezien. Om al biddend de mond van de gemeente te zijn. Om de juiste woorden te vinden, niets te vergeten. En dan komt de preek. Die staat zwart op wit gedrukt. Je hoeft alleen maar te lezen wat er staat. Maar als de gemeente eens wist, wat er allemaal tussen de regels staat! Het klinkt je soms tegen: "Hou toch op, kijk eens naar jezelf. Als de mensen wisten wie je was, zouden ze allemaal weglopen". En als de gedachten je bespringen: "Het is te scherp, het is te ruim, had toch een andere preek gekozen"... dan is het eenzaam op de preekstoel en kan tijdens het lezen een bange klacht omhoog gaan: "Heere, U weet het toch? Ik heb deze plaats niet gezocht. U hebt me er toch gebracht? Help mij, onwaardige ambtsdrager". En dan mag het ook wel eens 'goed' zijn! Dan wordt het warm van binnen. Dan is het een liefdedienst. Je zou 'het' iedereen wel willen geven. Dan is het een rijk werk; een gevreesde arbeid, maar ook een geliefde!
Een ouderling
Het gewaad van Zijn Woord
Wellicht zit jij vaak onder preeklezen in jullie vacante gemeente. Misschien heb jij het voorrecht (zie je het zo?) om wel een predikant te hebben, maar ook dan is er eens in de maand preeklezen. Toch... zie dat niet als iets minderwaardigs en sla daarom je eigen kerkdienst nooit over! Ook dan wandelt de Heere in het 'gewaad van Zijn Woord' door de kerk. Ook dan hoor je, dat je buiten Christus geen enkele toekomst verwachten kunt. Ook dan wordt je aangezegd, dat je de toekomende toorn moet ontvlieden. Ook dan wordt je gezegd door de Heere: "Och, of ook jij bekende wat tot je eeuwige vrede dient". Ook dan wordt je geschilderd het aangrijpende slot van de brede weg, maar ook de zaligheid van de smalle weg. Het wordt je voorgehouden, dat er maar een Naam onder de hemel is waardoor je zalig kunt worden. Inderdaad, God spreekt tot jou... ook door middel van preeklezen. Is het zondag in jouw gemeente leesdienst? Een gezegende dienst gewenst!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 2000
Daniel | 32 Pagina's