Simson, de geloofsheld (5)

Richteren 15: 1-13

Vernieuwde roeping

Enkele weken na het ontspoorde bruiloftsfeest keert Simson terug naar Timnath. Zijn woede is bekoeld. Hij neemt een cadeautje mee tot verzoening: een geitenbokje (vers 1). Vleselijk verlangen trekt hem weer naar die plaats. Dat aardige kind boven de HEERE!

Hoe kan ook een kind van God steeds opnieuw afwijken. Oude zondebanden opnieuw aanhalen. Alles vergeten en terugkeren naar de plaats die zoveel ellende heeft gebracht. De HEERE komt Zijn kind Simson tegen! Hij gaat verhinderen dat het goed komt. In een smartelijke weg.

Maar wat een ontdekking! Zijn schoonvader komt naar buiten en weigert hem de toegang tot haar kamer. De Filistijn zoekt naar verontschuldigingen (vers 2). Hij heeft haar uitgehuwelijkt aan een ander. Als schadeloosstelling doet hij een vriendelijk aanbod: haar jongste zusje, die is véél knapper, neem die maar! Het lijkt de moraal van onze tijd wel. Het moderne heidendom gaat veelal ook zo om met liefde en huwelijkstrouw.

Toen zeide Simson! (vers 3). Zijn roepingsbesef herleeft. De richter in Simson ontwaakt!

Hij moest beginnen om Israël te verlossen. Hij is heilig verbolgen. Niet alleen om het persoonlijke onrecht, maar... de God van Israël is beledigd. Ik heb nu een rechtvaardige oorzaak om de Filistijnen te bestrijden.

Voltrokken gericht

Een scherpzinnig plan gaat hij uitvoeren! Hij vangt driehonderd vossen. Dat kan onmogelijk zonder de buitengewone kracht van de Heilige Geest.

Dan bindt hij ze aan elkaar. Honderdvijftig paar vossen met een brandende fakkel tussen de staarten. In doodsangst jakkeren de dieren voort tussen de korenschoven. Het wordt één grote vuurzee! Het koren, de wijngaarden en de olijfbomen. De hele oogst gaat in vlammen op. Het is een nationale ramp. De Filistijnen zijn aangetast in hun levensonderhoud. Let op: dit is geen kwajongensstreek van Simson. Het is de gerechtigheid van God over de Filistijnen voltrekken. Simson voerde het bevel van God uit (Calvijn).

Die zwartgeblakerde velden verkondigen de Filistijnen dat er een God is in Israël. Dat er een richter begint te verlossen! De belofte van meer dan twintig jaar geleden gaat de HEERE vervullen. God is een Waarmaker van Zijn Woord. Zul je dat nooit vergeten! Zowel in de bedreigingen als in de beloften. Simson, de eenzame held! Er is er niet één die hem helpt in zijn strijd. Hierin is hij een type van de Heere Jezus Christus. Ik heb de pers alleen getreden en er was niemand van de volken met Mij (Jesaja 63: 3).

De Filistijnen ontdekken al snel dat Simson de aanstichter is. Ze zijn onbeschrijflijk wreed.

De vrouw en haar hele familie sluiten ze op in huis en steken alles in brand (vers 6). Zij heeft alles gedaan om de vuurdood te ontkomen (14: 15). Ze heeft haar man ervoor verraden. En nu toch nog door haar landgenoten verbrand! Dat is het overdenken meer dan waard. Matthew Henry zegt: Het kwaad, dat wij door onwettige middelen zoeken te ontwijken, halen wij ons dikwijls zelf ermee over ons hoofd.

Dan volgt de derde slag. Het is nu een nationale strijd geworden. Simson gaat op de menigte Filistijnen af. Met blote handen! Hij slaat de schenkel en de heup, met een grote slag (vers 8). Hij raakt ze waar hij ze raken kan. De brandstichters en moordenaars van zijn vrouw. En nog vele anderen.

Gebonden bevrijder

Simson zoekt de eenzaamheid. Hij trekt zich na de strijd terug op de rots Etam. Hij wacht op de reactie van zijn volk. Daar komen ze aan! Drieduizend aanklagers komen hem halen. Ze roepen niet: Simson, bedankt voor je moedige optreden! Wees ons tot een aanvoerder! Ze erkennen hem niet als de door God verwekte bevrijder. Hij is een gevaarlijke rustverstoorder! (vers 11 en 12). Ze komen hem gevangennemen. Israël wil niet verlost worden! Ze slaan hun bevrijder in de boeien! Met twee nieuwe touwen laat Simson zich vrijwillig binden en meevoeren in de richting van de Filistijnen. Wat zien we hier op de bergen bij de rots Etam een duidelijk beeld van Christus in Zijn Middelaarswerk. De Heere Jezus kwam ook als de Leeuw uit de stam van Juda om Zijn volk te verlossen. Hij liet Zich vrijwillig binden in de hof van Getsémané uit liefde tot Zijn Vader en Zijn volk. Ook Christus werd door Zijn broeders verworpen, verraden en verloochend! Mijn broed'ren ben ik vreemd, door elk onteerd en onbekend de zonen mijner moeder (Psalm 69: 4). Meer dan Simson is hier! Hij is gekomen tot het Zijne en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen (Johannes 1: 11).

Die drieduizend man, daar ben jij ook bij! Of mag het door genade bij jou anders zijn?

Laat mij alstublieft met rust. Een mens die leeft zoals hij geboren is, heeft liever rust onder de heerschappij van de satan. Dan heb ik de duisternis liever dan het licht. Dan zijn er geen knellende banden aan de satan, de zonde en de wereld. Dan is er geen vragen en uitzien naar bevrijding. Geen roepen om de Verlosser! De Zaligmaker krijgt hoge waarde voor een verloren zondaar, die zich leert kennen als een gebondene. Door het alles ontdekkende licht van de Geest! Geboeid door de wereld. Gekluisterd aan de zonde. Gebonden in de banden van de Wet en de dood. Ik lig (!) gekneld in banden van de dood. Zó één, die met al zijn worstelen zich steeds vaster in de eeuwige boeien werkt. Is daar jouw leven in getekend? Zoek het toch bij de Meerdere Simson! Smeek of Hij je boeien wil breken. Ontferm U mijner! Och, HEER', och werd mijn ziel door U gered.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen