Wie is de BAAS?

Je kent vast de tekst wel: En God zag al wat Hij gemaakt had, en ziet, het was zeer goed. De hele schepping was zeer goed. De natuur groeide en bloeide zonder dat er ook maar een mensenhand aan te pas kwam. Een damp bevochtigde de hele aardbodem. Het moet dus een aangenaam klimaat zijn geweest. Het ene dier at het andere dier niet op. De mussen hoefden niet op hun hoede te zijn voor de sperwer of de havik. Ook Adam en Eva hadden het goed samen. Ze waren beiden naakt, maar ze schaam-den zich niet voor elkaar. Wat nog belangrijker is: ze kenden de Heere. Het eeuwige leven was hun beloofd, als ze zich maar zouden houden aan het gebod van de Heere.

Slaven

Je zou zeggen: Adam en Eva doen er alles aan om zich aan Gods gebod te houden. De Heere had nog wel gezegd: "Van alle boom dezes hofs zult gij vrijelijk eten." Er was dus genoeg om te eten. Die bomen waren bovendien "begeerlijk voor het gezicht en goed tot spijze." En toch zwichtten Eva en Adam voor de duivelse list. Daarmee werd de duivel de baas in hun leven. Terwijl alles zo goed was, hebben Adam en Eva zich in de afgrond van de zonde gestort. Ze meenden nog wel als God te zuilen worden, maar ze werden slaven van satan.

Laten we eens eerlijk zijn tegen elkaar. Wie is de baas in ons leven? Nog steeds heeft satan pijlen op zijn boog. Hij heeft al zesduizend jaar ervaring. Moeten we deze vraag eigenlijk niet veranderen in een zin met een uitroepteken: de duivel is de baas in ons leven! De vraag 'Wie is de baas in jouw leven? ' hebben we met Laurens, Josien, Dirk-Jan en Nella doorgedacht.

Wat heeft de geschiedenis over de zondeval in Genesis 3 jou te zeggen? eens, dat ik vast geen zonde had gedaan als ik in Adams plaats had gestaan. Josien (15): als ik 's avonds terug kijk op de afgelopen dag, dan zijn er zoveel momenten aan te wijzen, dat ik steeds weer voor het verkeerde kies. Dan voel ik me echt niet beter dan Adam en Eva. Dirk-Jan (15): wij komen de duivel niet meer tegen in de gedaante van een slang, maar hij is listig genoeg om ons op andere manieren te verleiden.

Hoe probeert de duivel jonge mensen zoals jullie dan te verleiden?

Nella (15): ik denk dat de duivel het op dezelfde manier doet als in het Paradijs. Hij doet net alsof het met de zonde wel meevalt.

Laurens: misschien hebben wij als kerkmensen veel minder last van duivelse verleidingen dan mensen die niet naar de kerk gaan.

Dirk-Jan: Ik geloof dat de duivel ook kerkelijke jongeren wel weet te vinden. Als ik op school rondkijk, dan zie ik dat we net zo makkelijk met

allerlei wereldse dingen meegaan als jongelui die ik zaterdags op mijn werk tegenkom. We feesten misschien niet in de discotheek tot zondagsmorgens vroeg, maar we luisteren net zo goed naar allerlei wereldse muziek. Veel klasgenoten hebben een mobiele telefoon en maken een vermogen aan telefoonkaarten op. Ze hebben het alleen maar over als de laatste tunes en plaatsjes voor hun mobieltje.

Josien: je kunt zelfs slaaf zijn van muziek die op zich wel goed is, maar die een te belangrijke plaats in je leven heeft.

Dirk-Jan: ik hou zelf heel erg van computers. Ik probeer er van alles mee uit. Voor spelletjes voel ik me echt nog niet te oud. Mijn vader trouwens ook niet. Soms zijn we er uren mee bezig. Wie haalt de hoogste scores, hij of ik. Soms voel ik dat dit niet goed is. Zeker als ik spelletjes speel, waarin de grofste dingen gebeuren. Toch kan ik er niet vanaf blijven. Het is het eerste wat ik doe als ik uit school kom. Op die momenten denk ik: Dirk-Jan, je bent maar één keer jong. Geniet er maar van.

We zijn bij een belangrijke vraag terecht gekomen. Het is niet verboden om een computer te hebben. Muziek is een gave, die de Heere in de schepping heeft gelegd. Aan de andere kant

kunnen deze dingen zo'n belangrijke plaats krijgen in ons leven, dat het wel lijkt of ive er helemaal door in beslag genomen worden. Het sluit zo gemakkelijk aan bij ons boze hart. Hoe moeten we dan leven?

Nel ia: ik ben het eens met wat Josien zei: dingen die op zich goed zijn, kunnen een te belangrijke plaats krijgen. Dan draait het alleen nog maar om de computer of de muziek waar we van houden. Eigenlijk laten we ons dan net zo misleiden door de duivel als Adam en Eva in het paradijs. Josien: onze dominee zei pas in de preek, dat het bij een zondig mens alleen maar draait om het eigen ik. We doen bet liefst waar we zelf zin in hebben en vergeten de Heere. Ook kerkmensen zijn van nature niet anders, zei hij. Als ik eerlijk ben dan moet ik zeggen, dat ik soms zo bezig ben met mijn hobby, dwarsfluit spelen. Dan ga ik helemaal op in mijn fluitspel. Ik draai ook veel te veel fluitmuziek en andere cd's. 'k Luister liever muziek voor ik ga slapen dan dat ik mijn dagboekje lees. Ik weet dat dat niet goed is ook al zeg ik dat thuis niet hardop. Dan denk ik bij mijzelf: het is helemaal waar wat de domi-

nee zegt: voor de Heere is er op deze manier geen plaats in mijn leven. Dirk-Jan: de Heere heeft Adam en Eva na hun zondeval weer opgezocht. Ik denk dat wij dat allemaal nodig hebben. Anders blijven we in ons eigen kringetje ronddraaien.

Verloren zoon

De Bijbel geeft ons een voorbeeld van een jonge man, die vast zat aan alles van de wereld. Wat trok die wereld hem aan. Ongeduldig vroeg hij aan zijn vader of hij niet alvast zijn aandeel van de erfenis kon krijgen. Zodra hij dat had gekregen, vertrok hij. Zo ver mogelijk bij zijn vader vandaan. Ver van huis leefde hij zich uit. Alles wat de wereld hem bood, wilde hij uitproberen. Zijn hele hebben en houden joeg hij erdoor. Slaaf van satan. Wij zouden zeggen: die jongen gaat rechtstreeks op zijn ondergang aan. Er veranderde echter iets in het leven van die zoon. Hij kwam tot zichzelf. Zijn ogen gingen open. Hij zag in dat hij gezondigd had tegen de hemel en zijn vader. Hij was het niet meer waard om een zoon van zijn vader genoemd te worden. Het woord knecht zou als genoeg voor hem zijn. Toen ging hij terug naar huis.

De gelijkenis van de Vader

De gelijkenis van de Vader We zouden de gelijkenis van de verloren zoon misschien wel beter de gelijkenis van de vader kunnen noemen. Kun je je dat voorstellen? Een vader die dagelijks op de uitkijk staat voor een zoon, die hem op het hart getrapt heeft? Toch was het zo. Hij herkende zijn zoon al uit de verte. Ondanks zijn versleten kleding en magere gestalte. Daar kwam zijn zoon. Van dood was hij levend geworden.

Waar lag het geheim van deze ommekeer in? De verloren zoon kwam tot zichzelf. Hij verliet zijn zondige leven en ging op huis aan. Zijn lieve vader trok hem als het ware naar huis terug. Daar kwam hij. Vol berouw. Toen werd hij wonderlijk ontvangen doorzijn vader. Alles was veranderd in het leven van de verloren zoon. Wat hij vroeger graag deed, kon bij niet meer. Wat hij vroeger niet wilde, was nu zijn liefste wens geworden: dichtbij zijn vader leven.

Tenslotte

Wat heeft de belangrijkste plaats in jouw leven? Satan is listig. Hij heeft heel wat peilen op zijn boog: de muziek, de computer... Noem maar op. Hij kent jouw zwakke plekken door en door. Ook jou zal hij trachten af te houden van de Heere. Als we de Heere maar niet de belangrijkste plaats geven, dan is hij tevreden.

Er is er echter Een, Die sterker is. Die je kan verlossen van het knellende juk van de zonde. Zijn juk is zacht en Zijn last is licht. De verloren zoon was voor Hem niet te zondig en te ver afgedwaald. Bij Hem is er doen aan voor de grootste der zondaren.

Elspeet, F.A. van Hartingsve/dt

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen