...die van Mij getuigen
"In Zijn Zelfgetuigenis openbaart Hij wat wij nodig hebben"
Jezus spreekt tegen de Joodse leiders. Ze verwerpen in hun ongeloof dat Hij de Zoon van God is. Ze zoeken in hun verbittering Hem te doden. Om twee redenen. Hij brak de sabbat door de genezing van de achtendertigjarige zieke in Bethesda en Hij maakte Zichzelf God evengelijk (Johannes 5: 18). Dan klinkt het woord van de Heere Jezus in vers 39: Onderzoekt de Schriften, want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben, en die zijn het die van Mij getuigen.
Christus weet van de ijver waarmee ze de Schriften bestuderen. Daar wil Hij niets op afdingen! Ze kennen de Schriften. Ze onderzoeken de Schriften. Ze achten de Schriften hoog en heilig. Ze onderwijzen anderen uit de Schriften.
Want gij meent... Jullie menen dat de weg om het eeuwige leven te verkrijgen in die Schriften geleerd en aangewezen wordt en dat is een goede mening (kanttekeningen). Dat is volkomen juist! Hun misvatting is echter dat de studie van de boeken van Mozes en de profeten hun het eeuwige leven bracht. Ze hopen op Mozes! Hij verwijt Zijn hooggeplaatste hoorders dat het Woord van God bij hen niet werkelijk ingang vond. Hun ijverige Schriftstudie leidde helaas niet tot het juiste inzicht.
Voorbeeldige Bijbelonderzoekers, maar blind zijn voor de ware Messias. Wat een ernstig verwijt van Jezus! Altijd bezig met de Bijbel en nog nooit Gods stem gehoord (vers 37). Nooit de Heere Jezus echt ontmoet.
Daarom: Onderzoekt de Schriften! Het gebruikte Griekse werkwoord betekent: doorvorsen; doorgraven. Die van Mij getuigen! Het grote doel van het onderzoek van de Schriften is Hijzelf! De Christus is in de Schriften. Onderzoeken is nauwkeurig luisteren naar wat de Heere zegt.
Mij... dat is de Christus, Die in de Schriften verborgen is. Hij is de Parel van grote waarde en de Schat in de akker! Het doel van ons Schriftonderzoek moet voor alles zijn om die Parel en die Schat te vinden.
Hoe nodig is dan dat de Heere Zelf ons verstand opent en de Schriften voor ons opent! Zoals Hij dat deed bij de Emmaüsgangers. En begonnen hebbende van Mozes en van al de Profeten, legde Hij hen uit, in al de Schriften, hetgeen van Hem geschreven was. En zij zeiden tot elkander: Was ons hart niet brandende in ons, als Hij tot ons sprak op den weg en als Hij ons de Schriften opende? (Lukas 24: 27; 32)
De Schriften getuigen van Hem!
Ze vertellen Wie Hij is. Ze spreken over Zijn Persoon en werk. Ze getuigen van Zijn gewilligheid om zondaren zalig te maken. Ze verklaren Zijn volheid. Ze spreken ook over de noodzaak om Hem te leren kennen.
De Schriften zijn de boeken van het Oude Testament. Het is de Joodse Tenach: de Thora, de Nebiim en de Chetoebim. Deze rollen zijn één helder getuigenis van Jezus Christus.
In het Woord van God is Christus te vinden! Nergens anders! De rol des boeks is met Zijn Naam vervuld! Ds. A.Hellenbroek vraagt in zijn bekende boekje: Is de Godskennis uit de natuur genoeg om zalig te worden? Het antwoord is: Nee, want men kan er Christus niet uit kennen!
Luther schrijft: Ik heb de Bijbel niet gelezen ais ik er Christus niet in ontmoet heb.
Bij een moeilijke tekst geeft hij de volgende raad: Wanneer men een harde noot heeft, werpt men die tegen de rots, zodat de schil openspringt en de zachte pit eruit te voorschijn komt. Werp zo ook de woorden Gods van het Oude Verbond tegen de Rots Christus en u smaakt er de rijke inhoud van.
Het Evangelie van Johannes geeft op veel plaatsen het Zelfgetuigenis van Jezus.
Deze uitspraken van Jezus over Zijn Godheid en Zijn Messiasschap worden ons voorgehouden in zeven zogenaamde Ik ben-uitspraken. Zeven maal lezen we zo'n Zelfgetuigerris van Jezus. Ego eimi! Ik ben!
Ik ben het Brood des levens (6: 35).
Ik ben het Licht der wereld (8: 12).
Ik ben de Deur der schapen (10: 7).
Ik ben de goede Herder (10: 11).
Ik ben de Opstanding en het Leven (11: 25).
Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven (14: 6).
Ik ben de ware Wijnstok (15: 1).
In Zijn Zelfgetuigenis openbaart Hij wat wij nodig hebben en wat in Hem te vinden is. Voor wie krijgt het waarde als Jezus zegt: k ben het Licht der wereld? Voor iemand die in de duisternis wandelt! Elke Naam getuigt zo iets over onze behoeften en over de vervulling ervan die in Christus te vinden is. Dit Zelfgetuigenis van de Heere Jezus staat niet op zichzelf. Het staat in verband met de openbaring van God in het Oude Testament (Exodus 3: 14). HEERE! Ik-zal-zijn! Ik ben Die Ik ben! Dus met de Ik ben-teksten heeft Jezus Zich geopenbaard als de Zoon van God.
Met het grote doel: ... deze (dingen) zijn geschreven, opdat gij gelooft dat Jezus is de Christus, de Zone Gods, en opdat gij gelovende het leven hebt in Zijn Naam (Johannes 20: 31).
De Zoon van God en de historiciteit
De Schriften getuigen dat Jezus de Zoon van God is. Ook van Zichzelf heeft Hij dat getuigd. In het bijzonder voor het Sanhedrin (het hoogste rechtscollege van de Joden) getuigt Jezus op de vraag van de hogepriester. Zijt Gij de Christus, de Zoon des gezegenden Gods? En Jezus zeide: Ik ben het; en gijlieden zult den Zoon des mensen zien zitten ter rechterhand der kracht Gods en komen met de wolken des hemels (Markus 14: 61). Dit getuigenis van de Schrift vraagt een keus! Een onvermijdelijke keus.
Het is onmogelijk om neutraal te blijven tegenover het Schriftgetuigenis van Jezus!
Wat dunkt u van de Christus? Wie zeg jij dat Ik, de Zoon des mensen ben? Aan welke kant sta jij?
In Johannes 6 preekt Jezus in de synagoge van Kapernaüm. Ik ben het Brood des levens! Die dit Brood eet zal in der eeuwigheid leven (vers 58). De reactie op dit getuigenis? In vers 60 Velen dan van Zijn discipelen, dit horende, zeiden: deze rede is hard; wie kan dezelve horen? Van toen af gingen velen Zijner discipelen terug, en wandelden niet meer met Hem. Maar dan ook Petrus en de twaalven: Heere, tot wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens. En wij hebben geloofd en bekend, dat Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods (vers 68-69). Wat is jouw antwoord?
In de zoektocht van de moderne mens naar zelfverlossing is geen plaats voor deze Christus der Schriften. De moderne theoloog noemt Jezus nog wel een unieke persoon. De moderne theoloog geeft geen antwoord op de diepste levensvraag van de mens. Op de werkelijke nood van de gevallen mens. Die nood heeft alles te maken met schuld en straf. Met verlorenheid en verdorvenheid. Die nood is gelegen in de breuk met God, in de zonde en de dood. Aangezien wij dan naar het rechtvaardig oordeel Gods tijdelijke en eeuwige straf verdiend hebben, is er enig middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan en wederom tot genade komen?
De apostelen en de eerste christenen zijn op bevel van Jezus met het getuigenis van de Schriften de wereld ingegaan. Het hart van de boodschap was en is: Die van Mij getuigen! Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
De enige Naam onder de hemel tot zaligheid
De boodschap van het Evangelie is een exclusieve boodschap! (Handelingen 4: 12).
Jezus is nooit op één lijn te stellen met Confucius, Boeddha of Mohammed. Of met wie dan ook!
Alle religies buiten het christendom zijn ten diepste een poging tot zelfverlossing. Doe-het-zelf-godsdienst! Ze stellen eisen en vorderen dat de mens werkt aan zijn eigen verlossing en geluk. Het zijn allemaal doodlopende wegen. Van nature is ieder mens een vijand van de verlossing door Christus alleen! Hij is een rots der ergernis voor mijn hart. Ik zoek de verlossing in de weg van doen. Ascese, werken en levensverbetering.
Daar waar de rechtvaardigheid en de heiligheid van God, maar ook mijn totale verlorenheid en doemschuld worden gekend en aanvaard; daar worden alle wegen van zelfverlossing afgesneden. Maar toen mij Gods Geest aan mijzelf had ontdekt, toen (!) werd in mijn ziele de vreze gewekt, toen voelde ik wat eisen Gods heiligheid deed; daar werd al mijn deugd een wegwerpelijk kleed! Toen vluchtte ik tot Jezus!
Dan wordt het de Schrift, die van Hem getuigt... dan wordt het Evangelie van Christus uit het Woord zo'n wonder. Er is een weg van behoud. De weg der verzoening in de Gekruiste (2 Korinthe 5: 19). Daarom: onderzoek van de Schrift! Die van Mij getuigen!
Het Evangelie brengt een exclusieve boodschap. Het is niet naar de mens. Ook niet de kerkmens. Er is geen andere weg tot verzoening met God, dan door het geloof in de Christus der Schriften. Buiten Jezus is geen leven! Buiten het bloed van Christus kom je eeuwig om!
Calvijn zegt: in het gewaad van Zijn Woord komt Christus en roept zondaren tot bekering.
De Dordtse Leerregels (II, 5): Voorts is de belofte des Evangelies, dat een iegelijk die in de gekruisigde Christus gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe; welke belofte aan alle volken en mensen, tot welke God naar Zijn welbehagen Zijn Evangelie zendt, zonder onderscheid moet worden verkondigd en voorgesteld, met bevel van bekering en geloof. Het spreken van de Heere tot de zondaar gaat nooit buiten het Woord om. Daarom: merk op mijn ziel wat antwoord God u geeft, Hij spreekt gewis tot elk die voor Hem leeft. Of als de jonge Samuël: Spreek, Heere Uw knecht hoort!
Zondaren worden tot Christus gebracht in de weg van wedergeboorte en geloof.
In de weg van verootmoediging. Door de prediking van de Wet zaligmakend overtuigd van zonde en schuld. Door de liefde in het hart wordt de droefheid geboren naar God, die een onberouwelijke bekering werkt tot zaligheid. Afgebracht door de ontdekking van de Heilige Geest van alles buiten Christus. Maar ook een toevlucht nemen door het geloof tot de Christus, van Wie de Schriften getuigen.
Filippus vond Nathanaël en zeide tot hem: Wij hebben Dien gevonden van Welken Mozes in de Wet geschreven heeft, en de Profeten, namelijk Jezus, den Zoon van Jozef, van Nazareth (Johannes 1: 46).
Laten we nog een keer luisteren naar ds. Hellenbroek in zijn klassieke vragenboekje: God nadert eerst tot hem, als Hij de zondaar vriendelijk nodigt en bidt, met veel ernst en oprechtheid en al zijn moeilijkheden oplost (Ezechiël 33: 11).
Wat is het gevolg van deze nodiging? Christus komt met Zijn Woord: Ik trok ze met mensenzelen, met touwen der liefde.
Wat doet de geroepen zondaar? Hij neemt de Heere aan tot zijn God en geeft zich aan hem over ten eigendom. De zondaar doet dat bedaard (weloverwogen), vrijwillig, armoedig (als een bedelaar), gelovig en oprecht; met een volkomen toestemming, zowel aan de eisen, als aan de beloften van het verbond.
Die van Mij getuigen!
Het gaat niet buiten de Bijbel om! Heidelbergse Catechismus zondag 25: Aangezien dan alleen het geloof ons Christus en al Zijn weldaden deelachtig maakt, vanwaar komt zulk geloof? Van de Heilige Geest, Die het geloof in onze harten werkt door de verkondiging van het heilig Evangelie en het sterkt door het gebruik van de sacramenten. Dat zaligmakend geloof zoekt buiten de Christus der Schriften geen zaligheid! Die Mij vindt, die vindt het leven! Hij is Zijn volk geschonken tot wijsheid, rechtvaardigheid, heiligmaking en tot volkomen verlossing. Zijn vraag in de delen van Caesarea Filippi: Wie zeggen de mensen, dat Ik de Zoon des mensen ben? is gemakkelijk te beantwoorden! Hij zeide tot hen: Maar gij, wie zegt gij dat Ik ben? Wat is daarop jouw persoonlijk antwoord? Onderzoek en zoek! Zoals ds. Ledeboer je aanspoort: Zoek Jezus veel; zoek Jezus vroeg; wie Jezus heeft, die heeft genoeg!
Och, dat Uw Geest mij ware wijsheid ieer,
Mijn oog verlicht, de nevels op doe klaren,
Dat mijne ziel de wond'ren zie en eer.
Die in Uw Wet (Woord) alom zich openbaren (Psalm 119: 9).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 2003
Daniel | 31 Pagina's