Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Apologeet van de openbaring

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Apologeet van de openbaring

Blaise Pascal: leven, werk en betekenis

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer hij 11 jaar is, schrijft hij een verhandeling over het geluid. Nauwelijks 12 jaar oud levert hij geheel zelfstandig het bewijs van de stelling dat de som van de hoeken van een driehoek gelijk is aan die van twee rechthoeken. Op 16-jarige leeftijd voltooit hij een wiskundig werk over de kegelsnede. Hij heeft de eerste barometer gemaakt en de eerste rekenmachine uitgevonden. Ook heeft hij de stelling opgesteld over de gelijkmatige voortplanting van de druk op een vloeistof. Door velen wordt hij beschouwd als de grootste Franse schrijver, die schreef over God en de mens. Al deze zaken hebben betrekking op de buitengewoon begaafde wis-en natuurkundige en christelijke denker Blaise Pascal.

Blaise Pascal is op 19 juni 1623 te Clermont Ferrand in Frankrijk uit een adelijk geslacht geboren. Zijn moeder sterft als Blaise 4 jaar is. Zijn oudere zuster neemt haar taak over. De familie voelt zich aangetrokken tot het 'jansenisme', genoemd naar Cornelius Jansenius, de latere bisschop van Yperen.

Deze man is door nauwkeurige bestudering van de geschriften van Augustinus tot de overtuiging gekomen, dat diens opvattingen omtrent zonde en genade schriftuurlijk zijn en dat de roomse kerk de zuivere leer van vrije genade van God in Christus heeft verloochend. Een tijd lang leidt

Pascal in Parijs een werelds leven. Aan deze periode komt een eind door een bijzondere geestelijke ervaring, die hij heeft - na het horen van een preek - in de nacht van 23 november 1 654. In die nacht overweldigt de aanwezigheid van God hem. Nu wordt het Pascal duidelijk, dat niet de God van de

filosofen tot hem gesproken heeft, maar de God van de openbaring. De God van Abraham, Izak en Jacob, de God van Jezus Christus. Nu ziet hij in dat we God niet moeten willen begrijpen, maar dat Hij ons moet grijpen en naar Zijn veilige haven voeren.

Deze ervaring heeft hij op perkament geschreven dat bekend staat als het Memorial. Dit document heeft hij tot zijn dood in zijn kleren verborgen gehouden. Het perkament is verloren gegaan, maar er is wel een afschrift op papier bewaard gebleven.

Na deze ervaring trekt Pascal zich terug bij de 'Eenzamen' in het klooster Port Royal bij Parijs. Hij voegt zich bij gelijkgezinde jansenisten, die hun leven doorbrengen met hard werken, veel gebed en stille overpeinzing. Hij onderwerpt zich aan de strenge regels van het huis dat geheel door de jansenistische geest doortrokken is. Pascal wordt zwaar beproefd door lichamelijk lijden, dat zijn zwak lichaam in korte tijd afbreekt. Gedurende deze jaren houdt hij zich in hoofdzaak bezig met het bestuderen van de Bijbel en de werken van kerkvaders en het verzamelen van bouwstenen voor een onvoltooid gebleven apologie (verweerschrift) van de christelijke godsdienst. In 1662 sterft hij op 39jarige leeftijd.

Pascal is zijn hele leven roomskatholiek gebleven, weliswaar binnen een groepering die zich nauw aansloot bij Augustinus. Zowel Pascal als Calvijn waren leerlingen van Augustinus. Pascal is echter nooit een leerling van Calvijn geworden. Dit zou wellicht bij Pascal geleid hebben tot meer helderheid in geestelijke zaken en grotere geloofszekerheid. Toch kan Pascal een van de grootste genieën van de mensheid genoemd worden, die zijn naam en positie als beroemd wis-en natuurkundige heeft opgeofferd om de christelijke godsdienst te verdedigen. Hij heeft zich opgeworpen als een verdediger van gewetensvrijheid, waarheid en gerechtigheid.

Geschriften

Naast de verhandelingen over wiskunde en natuurwetenschap zijn er nog twee andere beroemde werken van Pascal. Het zijn Lettres Provinciales (Brieven uit de provincie) en Les Pensées (Gedachten). Beide hebben een apologetisch karakter.

De Lettres Provinciale zijn achttien brieven die Pascal, eerst anoniem en later onder schuilnaam, publiceerde. In deze brieven werpt Pascal zich op als verdediger van de jansenisten tegen de beschuldiging van ketterij. Vooral keert hij zich heftig tegen de jezuïeten en hun moraalleer. De jezuïeten vormden een zeer invloedrijke groepering, die een verbinding van de roomse kerk met de staatsmacht voorstond. Zij leerden de vrije wil van de mens om het goede te kiezen of te verwerpen. Tevens vermengden zij het christendom met een wereldse leefwijze. Pascal zegt over hen: "Zij achten morele uitspraken gerechtvaardigd als ze steun van de officiële instantie genieten, niet getoetst aan het evangelie. Laster en leugen worden geoorloofd als men het doel ermee dienen kan."

In de brieven worden naast de jezuïeten ook de koning en de paus op de korrel genomen. De Lettres worden in 1659 op bevel van de koning verbrand, zonder dat men weet dat Pascal de schrijver is.

Pascal heeft sinds 1657 aantekeningen gemaakt voor het schrijven van een boek waarin hij de christelijke godsdienst wil verdedigen. In die tijd voelt hij echter zijn krachten verminderen. Zijn geweldig geheugen wordt minder. Om de denkbeelden, die bij hem opkomen niet te vergeten, schrijft hij ze op. Tijdens zijn wandelingen schrijft hij zelfs op zijn nagels. Omdat de Heere hem door de dood wegnam, heeft hij zijn werk niet kunnen voltooien. De nagelaten fragmenten, soms uitvoerige verhandelingen, soms korte zinnen en uitroepen, zijn na zijn dood verzameld en uitgegeven. Dit onsamenhangende werk staat bekend als Les Pensées.

Pascal toont in Les Pensées aan dat alle pogingen van de mens om God te vinden, hetzij in de natuur, hetzij in het geweten, hetzij door de wijsbegeerte in onzekerheid eindigen. God is een verborgen God en daarom is er slechts een weg van God naar de mens en niet omgekeerd. De echte godsdienst berust op openbaring en die moet aanvaard worden, ook wanneer we het 'waarom' niet begrijpen. Pascal zegt daarvan: "De mens is onbekwaam om tot God te gaan; als God niet tot ons komt. kunnen wij op geen enkele wijze gemeenschap met Hem hebben." Verder zegt hij: "Allen die God buiten Jezus Christus zoeken en bij de natuur blijven staan, vinden geen enkel licht, dat hen voldoet."

Pascal is zowel in de godsdienst als in de natuurwetenschap de apologeet van de

openbaring. Hij stelt met klem dat de rede haar eigen grenzen moet kennen en dat zij moet buigen voor de door God gegeven werkelijkheid.

Betekenis

Het denken van Pascal is terug te brengen tot een dialoog tussen de concrete mens en God. Hij schildert de mens en zijn rede in haar tweeslachtigheid: nietigheid (misère) en grootheid (grandeur). Zo is de mens aan de ene kant een stipje in het grote heelal, maar aan de andere kant weet hij dat hij bestaat. Pascal tekent de rede enerzijds in haar onmacht en beperktheid en anderzijds in haar grootheid, omdat zij in staat is haar eigen onmacht in te zien.

Hoewel Pascal de rede hoogacht, vernedert hij haar wanneer zij de alleenheerschappij opeist. De rede is niet oppermachtig omdat er bij het verkrijgen van kennis drie elementen van belang zijn: de zintuiglijke waarneming, de rede en het hart. Hij stelt dan ook dat de concrete werkelijkheid boven de abstracte rede staat. Anders gezegd, de concrete werkelijkheid is een mysterie dat nooit volkomen in passende begrippen is te vangen.

Voor Pascal is God niet de God van de filosofen, zoals deze door het menselijke verstand is uitgedacht. Hij is voor hem de God Die Zich in de Schrift openbaart en Die met de mens in een persoonlijke betrekking staat. Hij zegt: "Voor de rede volkomen onbegrijpelijke dingen hebben volkomen zekerheid als ze in de Heilige Schrift staan: haar beginsel staat boven natuur en rede."

Voor Godsbewijzen is bij hem dan ook geen plaats omdat hij zichzelf een nietig mens weet, die met zijn verstand de goddelijke majesteit en heerlijkheid niet kan vatten. Pascal onderwerpt zich aan de goddelijke openbaring. De rede heerst dan niet over de openbaring, maar zij wordt dan een afhankelijk instrument.

God spreekt voor Pascal ook tot hem door de natuur. Hij vindt in de natuur uitsluitend het bewijs van Gods macht en onmetelijkheid, maar niet de volledige openbaring van God. Daar is de Schrift voor nodig. Hij zegt: "Wat een afstand ligt er tussen de kennis van God en Hem liefhebben." Het komt er dus op aan dat we God oprecht liefhebben met ons gehele hart.

Bij Pascal vinden we geen dualisme tussen geloof en wetenschap. Volgens hem bestaat het christendom in onderwerping en gebruik van de rede. Hij drukt dit als volgt uit: "Als men alles aan de rede onderwerpt, zal onze religie niets geheimzinnigs en niets bovennatuurlijks hebben. Als men echter de beginselen van het verstand schokt, zal onze religie absurd en belachelijk zijn, "

Pascal heeft in zijn dagen geprotesteerd tegen de verabsolutering van de natuurwetenschappelijke methode, die leidt tot een gereduceerd beeld van de werkelijkheid. Daarom heeft hij gepleit voor een andere benadering van de werkelijkheid: de benadering waarbij niet alleen de rede, maar ook het hart betrokken is. "Het hart heeft zijn redenen die de rede niet kent." Zo komt er bij Pascal weer ruimte voor de religieuze en esthetische benadering van de werkelijkheid.

Wanneer Pascal het heeft over hart en verstand (rede) dan schrijft hij: "Verwonder je niet dat eenvoudige mensen geloven zonder te beredeneren. God schenkt hun de liefde voor Hem en voor zichzelf. Er bestaat geen goed en betrouwbaar geloof als God het niet in je hart geeft. David zegt dan ook: neig mijn hart tot Uw getuigenissen." Over het geloof zegt Pascal: "Het geloof zegt dingen die zintuigen niet zien. Maar het geloof spreekt de zintuigen niet tegen. Het geloof staat erboven, maar niet er tegenover."

Pascal heeft het rationalisme in natuurwetenschap, wiskunde en theologie bestreden. Hij minacht de rede niet, maar hij verzet zich wel tegen de overwaardering van de rede en de menselijke hoogmoed. Deze bescheiden houding van Pascal ligt verankerd in een diep geworteld christelijk geloof in de werkelijkheid van het geschapene, ook als dit onbegrijpelijk en onbegrepen is.

Laten we de lessen die Pascal ons leert ter harte nemen en niet alles wat zich als wetenschap aandient kritiekloos aanvaarden. Zo kunnen de evolutietheorie en de schriftkritiek op basis van goede argumenten afgewezen worden. Dat we vooral zullen bedenken wat de wijze spreukendichter ons voorhoudt: De vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid, en de wetenschap der heiligen is verstand.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 maart 2007

Daniel | 32 Pagina's

Apologeet van de openbaring

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 maart 2007

Daniel | 32 Pagina's