Zichtbaar als de bliksem

Er is al veel gespeculeerd over de wederkomst van de Heere Jezus. Complete series zijn erover verschenen, zoals de romanserie De laatste bazuin van Tim LaHaye en Jerry B. Jenkins. Daarbij wordt maar al te vaak vrij omgegaan met de bijbelse gegevens over de eindtijd en wederkomst van Christus. Het is heel belangrijk dicht bij de Bijbel te blijven. Dat blijkt ook uit deze vraag. Waarschijnlijk komt het idee dat de Heere Jezus met een bliksem of donder op de aarde wederkomt, uit Mattheüs 24: 27 Want gelijk de bliksem uitgaat van het oosten en schijnt tot het westen, alzo zal ook de toekomst van den Zoon des mensen wezen. Daar heeft de Heere Jezus het inderdaad over Zijn wederkomst en de tijd die eraan vooraf gaat. In Lukas 17: 24 vinden we dezelfde woorden. Maar zegt Jezus hier dat Hij met bliksem en donder terugkomt? Nee. We moeten hier de bliksem niet letterlijk nemen. Hij vergelijkt Zijn komst met het verschijnsel van onweer, waarbij een bliksemschicht in een fractie van een seconde de hele hemel verlicht en voor iedereen zichtbaar is. ‘Namelijk met grote snelheid en klaarheid’, schrijven de kanttekenaren erbij. De komst van Christus wordt niet van tevoren aangekondigd, maar zal voor iedereen op dat grote moment volstrekt duidelijk zijn. Net zo duidelijk als de bliksem de hemel doet oplichten. Zie, Hij komt met de wolken, en alle oog zal Hem zien, ook degenen die Hem doorstoken hebben; en alle geslachten der aarde zullen over Hem rouw bedrijven; ja, amen, schrijft Johannes in Openbaring 1: 7.

Wereldklok
We moeten heel bescheiden zijn in onze uitspraken over de wederkomst van de Heere Jezus. Maar de Bijbel geeft veel meer aanleiding te zeggen dat de Heere Jezus terugkomt met of op de wolken. Dit blijkt niet alleen uit Openbaring 1: 7, maar ook uit de context van Mattheüs 24: 27 (vers 30) en uit Markus 14: 62, als Jezus voor de grote raad staat. En de engelen geven het de discipelen op de Olijberg tot hun troost mee dat Jezus, nadat een wolk Hem had weggenomen van hun ogen, alzo zal komen, gelijkerwijs gij Hem naar den hemel hebt zien heenvaren (Handelingen 1: 1). Je ziet aan de hemel wel eens van die prachtige wolkenpartijen staan. De zon schijnt er soms schitterend doorheen. Dan denk ik vaak aan de wederkomst van de Heere Jezus: En alsdan zullen zij den Zoon des mensen zien, komende in de wolken met grote kracht en heerlijkheid (Markus 13: 26). Toch zal het ook zó niet zijn. Zijn komst zal gepaard gaan met grote kracht en heerlijkheid. Er gaan aangrijpende tekenen aan vooraf die een onweer ver te boven gaan. Jezus spreekt in Mattheüs 24 en Markus 13 over de zon die verduisterd zal worden, de maan die haar schijnsel niet meer zal geven, sterren die uit de hemel zullen vallen, en hemelse krachten die bewogen zullen worden. Het gaat ons voorstellingsvermogen te boven, maar duidelijk is wel dat de kosmos, de wereld, zal huiveren. De tijd – bepaald door de zon, maan en sterren – zal ophouden als de Zoon des mensen terugkomt. De wereldklok wordt op een aangrijpende manier stilgezet. Dat zal niemand ontgaan. Alle geslachten van de aarde zullen wenen, rouw bedrijven en zullen de Zoon des mensen zien (Mattheüs 24: 30 en Openbaring 1: 7). Zijn komst zal zeer ontzagwekkend zijn. Heel dreigend voor de ongelovigen, maar ook adembenemend voor de gelovigen.

Genadetijd
Dat brengt tot de persoonlijke vraag: hoe zal ik rechtvaardig verschijnen voor God? Ben ik bereid Hem te ontmoeten? Zie ik met angst die dag van oordeel tegemoet, of mag ik weten door genade geborgen te zijn in Christus? Er zijn op die dag maar twee mogelijkheden: eeuwig wel of eeuwig wee. Daarbij is de Bijbel heel duidelijk dat de Heere Jezus onverwacht zal komen. Niemand dan God Zelf weet hoe laat het is op de wereldklok (Mattheüs 24: 36). Net zoals de zondvloed de mensen in de dagen van Noach overviel, net zoals een dief komt in de nacht, zo zal de Zoon des mensen komen. Daarom is het niet verkeerd als er in dit leven momenten zijn waarop je wakker gemaakt en herinnerd wordt aan de wederkomst. Tijdens een onweer of als er indrukwekkende wolken aan de hemel staan. Integendeel, deze dingen roepen je toe: Ziet toe, waakt en bidt; want gij weet niet wanneer de tijd is (Markus 13: 33). Moet je dan bang zijn als het onweert? Het hangt ervan af waar het je brengt. In het onweer openbaart God iets van Zijn heiligheid en majesteit. Net zoals Hij dat zal openbaren op de oordeelsdag. Maar als het nu onweert, is het nog genadetijd. De Heere wil je niet bang maken, maar je uitdrijven naar Zijn getuigenis, naar Zichzelf. Het moet je in ootmoed, ‘door schuldbesef getroffen en verslagen’, aan Zijn voeten brengen. Daar, waar Hij door genade gaat zeggen: Gij verdrukte, door onweder voortgedrevene, ongetrooste: Zie, Ik zal uw stenen gans sierlijk leggen, en Ik zal u op saffieren grondvesten. (Jesaja 54: 11). Laat daarom de schrik des Heeren je bewegen tot het geloof! Dan zul je niet in de hel komen, maar mag je voor altijd bij de Heere zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen