Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kort en niet mooi!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kort en niet mooi!

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vandaag viel een uitnodiging van Hare Majesteit koningin Beatrix op de mat. Je bent uitgekozen om samen met andere jongeren bij haar te komen dineren. Een geweldige uitnodiging! Maar nadat je van de eerste schrik bent bekomen, borrelen de vragen op: Wat moet ik zeggen? Wat trek ik voor kleren aan? Hoe moet ik me gedragen? Hoe moet je de koningin aanspreken? Je besluit je goed voor te bereiden op het bezoek. Want je gaat naar de belangrijkste persoon van Nederland!

Er is Iemand Die nog veel belangrijker is dan de koningin. De Koning der koningen. Dagelijks spreken we de Heere aan in ons gebed. Dagelijks naderen we in het gebed tot Hem. Bereiden we ons ook zo goed voor als we tot de Heere bidden? Het is goed om bij de inhoud van je gebed dicht te blijven bij de norm die de Heere Jezus aan Zijn discipelen gaf. De Heere Jezus leerde Zijn discipelen het ‘Onze Vader’ bidden. De discipelen wisten ook niet hoe ze moesten bidden. Net als een moeder haar kind leert bidden, mochten de discipelen de Heere Jezus naspreken. Je hoeft niet letterlijk dit gebed te bidden. Maar we moeten wel in de lijn van het Onze Vader bidden. Lees eens rustig de uitleg uit de Heidelberger Cathechismus in zondag 46-52. Bid die uitleg maar regel voor regel na. Het begint zo mooi in antwoord 122: ‘Geef ons allereerst dat wij U recht kennen.’ Het woordje ‘recht’ betekent niet alleen ‘oprecht’, maar ook: op een rechte, een juiste manier de Heere kennen. Niet zoals wij denken dat Hij is, maar zoals Hij Zich in Zijn Woord openbaart.

Eerbiedig gebed
Als je beseft tot Wie je spreekt in het gebed, dan voel je vanzelf aan dat ons bidden eerbiedig en ootmoedig hoort te zijn. Want de Heere is de Koning der Koningen. Hij is onze Schepper. Adam kende de Heere aan de wind des daags. Hij had een vertrouwelijke en eerbiedige omgang met de Heere. Adam had vrede met God. Dat maakt een groot verschil. Wij hebben geen vrede met God. De Heere is onze Rechter! De verschrikkelijke werkelijkheid van ons leven is dat we tegen God gezondigd hebben en vijanden van de Heere zijn. In het Paradijs zijn we moedwillig tegen Gods wil in gegaan. En uit ons hele leven blijkt dat we Die God tot Wie we bidden helemaal niet willen gehoorzamen. Het is Gods lankmoedigheid – geduld – dat Hij ons bidden wil aanhoren. Want zelfs onze gebeden zijn nog vol zonden. Als dat besef levend is in ons hart, zullen we ook in onze houding eerbiedig zijn. Overal waar we zijn; thuis, in de kerk, op school en op catechisatie. Als we onze handen vouwen en neerknielen, belijden we daarmee dat we in alles afhankelijk zijn van de Heere. Als we onze ogen dichtdoen, geeft dat aan dat we onze ogen ook sluiten voor alles van deze wereld. Je kunt je dan ook beter concentreren.

Boodschappenbriefje
Belangrijk is met regelmaat te bidden. Zoekt Zijn Aangezicht gedurig, staat in Psalm 105: 4. Als je bidt, ga dan naar een stille plek; je binnenkamer. En uw deur gesloten hebbende, bid uw Vader, Die in het verborgen is. Je hoeft niet lang te bidden. Gebruikt geen ijdel verhaal van woorden, gelijk de heidenen; want zij menen dat zij door hun veelheid van woorden zullen verhoord worden. De Heere weet veel beter, zelfs al voor dat je bidt, wat je nodig hebt
(Mattheüs 6:6-8). Sommige mensen gebruiken een briefje waarop ze hun gebedspunten schrijven. Dat is niet verkeerd. Wel is het belangrijk dat ons puntenbriefje dan dezelfde lijn heeft als het Onze Vader. Is het je wel eens opgevallen dat de eerste drie beden beginnen met het woordje ‘Uw’? Uw Naam worde geheiligd, Uw Koninkrijk kome, Uw wil geschiede. Met eerbied gesproken komen pas daarna onze noden aan de beurt. Leg deze drie beden eens naast je gebedspuntenbriefje. Als we de lijn van het Onze Vader uit het oog verliezen, lijkt ons briefje meer een verlanglijstje. Of een boodschappenbriefje waarop staat wat ik denk dat ik nodig heb.

Een schreeuw
De Kananese vrouw was in grote nood. Onophoudelijk had ze gebeden. Het leek allemaal niet te helpen. Haar dochter was ernstig van de duivel bezeten. Toen niets haar dochter meer kon redden, hoorde ze dat Jezus van Nazareth in haar land was. Ze geloofde dat deze Jezus de beloofde Messias was. Ze geloofde vast dat Hij haar dochter genezen kon. Maar zou Hij zo’n zondares, die niet behoorde tot het uitverkoren volk van God ook willen helpen? Omdat ze niets te verliezen had, ging ze met haar nood naar Hem toe. Tot overmaat van ramp merkte ze dat de discipelen haar wilden wegsturen. Ze dreigde weg te zinken in de golven van de oceaan van ellende. En daar klonk de schreeuw uit de diepte van haar nood: Heere, help mij! Een gebed kon je het niet noemen, maar haar hartenkreet werd in de hemel gehoord en verhoord. De Heere Jezus beproefde nog wel haar geloof. Maar Hij verloste deze vrouw en haar dochter uit al haar benauwdheid en de banden van de hel. Zo’n gebed vanuit de doorleefde zielennood hoort God zéker: Heere, help mij! Kort en niet mooi.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 april 2008

Daniel | 36 Pagina's

Kort en niet mooi!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 april 2008

Daniel | 36 Pagina's