Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gods tarwegraan

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gods tarwegraan

De eerste martelaren verloochenden hun geloof niet

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie wil nou niet de eerste plaats behalen? Daar gaat het bijvoorbeeld bij sport toch om? Er zijn christenen op deze wereld die met stip op nummer 1 staan: christenen in Noord-Korea. Volgens Open Doors zijn er meer dan vijftig landen waar christenen hun geloof niet in vrijheid kunnen belijden. Daniël kijkt terug in de kerkgeschiedenis.

Vervolgde christenen worden vaak gemarteld en daarom ook wel martelaren genoemd. Een martelaar is iemand die gemarteld of zelfs gedood wordt om zijn geloof.
Vaak wordt gezegd dat Stefanus de eerste martelaar was. Lees maar in Handelingen 7 van zijn geloofsrede en hoe hij daarop stierf door steniging.
Toch zijn er daarvoor ook al martelaren geweest. Stefanus wijst ze aan in vers 52: de profeten die vervolgd en gedood werden omdat zij de komst van Christus in het vlees voorzegden.

Lijden vanwege het geloof
Om wat verder terug te bladeren in de Bijbel: wat dacht je van degene wiens naam altijd op de voorkant van dit blad staat? Daniël, was hij ook niet een martelaar? Gelukkig werd hij wonderlijk gered uit de leeuwenkuil. En zijn drie vrienden van de brandstapel in de oven.
Op één van de eerste bladzijden van de Bijbel staat de eerste martelaar in de geschiedenis. Het wordt beschreven in één versje, Genesis 4: 8. De vervolging bestond slechts uit een gesprek. De inhoud van het gesprek wordt niet vermeld, maar de toon ervan kunnen we lezen in vers 5. Toen ontstak Kaïn zeer en zijn aangezicht verviel. Hij was onbeschrijfelijk kwaad. En Kaïn sprak met zijn broeder Abel. Een broer als het gaat om familiebanden, maar van een geestelijk band was geen sprake. En sloeg hem dood...
Na de dood van Stefanus kwamen er steeds meer vervolgingen in de vroege christelijke kerk. Een bijzonder voorbeeld hiervan is Paulus. Eerst was hij zelf een vervolger – hij ging zelfs op weg naar Damascus om daar christenen te vervolgen. Maar hij werd een volger – met een totaal ander levensdoel kwam hij terug.
In 2 Korinthe 11 somt Paulus vanaf vers 23 op wat hij moest lijden vanwege het geloof: geseling, steniging, gevangenschap, gevaar van moordenaars…

‘Vogelvrij’ verklaard
De christenen die door Paulus werden vervolgd, bleven niet de enige vervolgde christenen. Vrij snel breidden de christenvervolgingen zich uit in het Romeinse Rijk. De wrede keizer Nero had hierbij de regie tijdens zijn regering in de jaren 54 tot en met 68. In het jaar 64 wilde hij Rome vernieuwen en liet de stad in brand steken. Van deze brand gaf hij de christenen de schuld, zodat hij een reden had om ze ter dood te brengen. En dat deed hij op een gruwelijke manier.
Sommigen werden verscheurd door honden, anderen gekruisigd en tenslotte ging hij zover dat er christenen als fakkels aangestoken werden om de tuinen van Nero te verlichten. Wat een duisternis.
Als het gaat over de eerste martelaren is de periode van keizer Nero vaak de tijd waar het eerst aan wordt gedacht. De jaren daarna vielen ook niet mee: keizer Domitianus (81-96) liet veel christenen doden of verbannen. Denk maar aan de apostel Johannes.
En onder de keizers Trajanus (98- 117), Decius (249-251) en Diocletianus (284-305) werden de vervolgingen steeds heviger. Onder keizer Diocletianus waren christenen zelfs min of meer ‘vogelvrij’ verklaard: ze werden afgeslacht als opgejaagd wild.

Brandstapel
Een bekende martelaar is Polycarpus. Hij was in 155 in Smyrna bisschop, leider van de gemeente.
Tijdens de vervolgingen bemoedigde en troostte hij zijn gemeente vanuit Gods Woord. Toen naar hem werd gezocht, was hij niet bang.
Toch verhuisde hij op aanraden van zijn gemeente naar een klein buitenverblijf. Daar vulde de bejaarde man zijn tijd met gebed voor zijn gemeente en voor alle christenen.
Een jongeman verraadde, nadat hij gefolterd was, waar Polycarpus ondergedoken zat. Het huis werd door gewapende ruiters overvallen. Er was nog tijd om te vluchten.
Hij deed het niet, maar zei: “De wil van God geschiede”. Nadat hij nog een uur had mogen bidden, ging hij goedsmoeds de brandstapel tegemoet. Duizenden toeschouwers waren naar het stadion gekomen om van het schouwspel getuige te zijn.
De stadhouder gaf hem nog een laatste kans door hem te verzoeken om Christus te vervloeken. Polycarpus antwoordde: “Zesentachtig jaar heb ik Hem gediend en Hij heeft mij geen kwaad gedaan. Hoe kan ik mijn Koning, Die mij gered heeft, vervloeken?” Toen ze hem wilden vastspijkeren op de brandstapel, gaf hij aan dat dat niet nodig was. Uiteindelijk stierf hij door een zwaard.

Martelaren
Je kent vast wel die uitdrukking: het bloed der martelaren is het zaad der kerk. De vervolgers wilden de christenen uitroeien, maar in plaats van minder kwamen er meer. De vervolgde christenen bleken ‘martel-aren’ te zijn. Aren die tot bloei kwamen als ze gemarteld werden. De kerk bloedde en de kerk bloeide. De naam Polycarpus betekent trouwens ‘veel vrucht’.
‘Wie hier bedrukt met tranen zaait, zal juichen als hij vruchten maait’ (Psalm 126: 3 berijmd).
Een dag voordat de martelaar Ignatius in een arena door bloeddorstige leeuwen wordt verscheurd, zegt hij: “Ik ben Gods tarwegraan; ik moet door de tanden van wilde dieren verscheurd worden, opdat ik als een rein brood van Christus zal zijn.”
Justinus Martyr werd gegeseld en onthoofd, Blandina in een arena door wilde beesten gedood en Ponticus, Perpetua en Felicitas werden in een net gewikkeld de speelbal van een wilde stier en daarna met het zwaard gedood. Zij bleven uitkomen voor de Naam en zaak van de God van hemel en aarde, tot de dood erop volgde. Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus?
Natuurlijk waren er in die dagen ook naamchristenen. Bij het zien van de kruispalen, de brandstapels en de verscheurende beesten in de arena’s hun geloof afzworen en voor het tijdelijke leven kozen.

Marteldood
Hebben die martelaren van zoveel jaar geleden vandaag nog wat te zeggen? Misschien denk je: Gelukkig hebben we in ons land geen vervolgingen. Maar dat kan snel veranderen; je weet niet wat je in je verdere leven nog mee gaat maken. De Heere Jezus heeft het Zelf voorzegd: in de wereld zult gij - die oprecht in Mij gelooft - verdrukking hebben. En: Zij hebben Mij vervolgd, zij zullen ook u vervolgen.
Het laat ook zien dat je dankbaar mag zijn voor wat je in Nederland nog hebt. Dat je zondag aan zondag gewoon naar de kerk mag gaan.
Dat je in een rijtjeshuis met het gezin aan tafel psalmen kunt zingen.
Dat je in een restaurant zomaar kunnen bidden voor je eten. En dat er scholen zijn waar de Bijbel open gaat. Daar mag je niet alleen dankbaar voor zijn, maar daar moet je ook zuinig op zijn.
Van de eerste martelaren kun je vooral leren dat zij hun geloof niet verloochenden als zij gemarteld werden. Zou dat ook van jou gezegd kunnen worden als je ooit in zo’n situatie terecht zou komen?
Petrus geloofde ook niet dat hij zijn Meester zou verloochenen. Maar na een paar vragen van een paar gewone dienstmeisjes in de zaal van Kajafas gebeurde het toch… En Petrus werd toen niet eens gemarteld: Ik ken de mens niet. Maar hij kende zichzèlf niet. Jij wel?
Overigens is Petrus later wel de marteldood aan het kruis gestorven. Zalig zijn die vervolgd worden om der gerechtigheid wil; want hunner is het Koninkrijk der hemelen (Mattheüs 5:10).
Wat kun je doen voor vervolgde christenen? Het gebed is een machtig wapen. ‘Hun bloed, hun tranen en hun lijden, zijn dierbaar in Zijn oog’ (Psalm 72:7, berijmd).
Bidden kan altijd. En tot eer van Zijn Naam worden daar wonderen op gedaan: Maar heb goede moed ik heb de wereld overwonnen. Stefanus bad ook vlak voor hij stierf. Hij werd niet gered van de dood.
Maar toch: hij ontving wèl het eeuwige leven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2011

Daniel | 36 Pagina's

Gods tarwegraan

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2011

Daniel | 36 Pagina's