Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Altijd bereid tot verantwoording

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Altijd bereid tot verantwoording

Apologeten uit de Vroege Kerk

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Petrus schrijft in zijn brief: en zijt altijd bereid tot verantwoording aan een iegelijk die u rekenschap afeist van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en vreze (1 Petrus 3: 15). Hij roept christenen op om altijd rekenschap te willen geven van hun geloof.

Het Griekse woord voor verantwoording is apologia. Een apologia is een verdediging die iemand voor de rechtbank houdt. Petrus wijst christenen erop dat ze bereid moeten zijn om het geloof tegen iedereen te verdedigen, die er naar vraagt. Hij ziet als het ware de hele wereld als rechtbank, waarvoor het christelijk geloof verdedigd moet worden. Apologeten zijn mensen die het christelijk geloof verdedigen.
Hoewel het een taak is van iedere christen, zijn er mensen die zich helemaal hierop richten. Al in de Altijd bereid tot verantwoording Apologeten uit de Vroege Kerk eerste eeuwen na Christus zijn er in de Vroege Kerk apologeten, zoals Justinus Martyr, Tertullianus en Origenes.

Apologetiek
De apologeten uit de vroege kerk zien voor zichzelf drie belangrijke taken weggelegd.
In de eerste plaats weerleggen ze aanklachten tegen het christendom. Enkele bekende aanklachten uit de eerste eeuwen zijn het eten van kinderoffers (vanuit het eten van brood en wijn als lichaam en bloed van Christus in het Avondmaal) en het verwijt van incest (omdat christenen elkaar ‘broeders en zusters’ noemen).
Daarnaast proberen de apologeten hun tegenstanders de redelijkheid van het christelijk geloof te laten zien. Zo presenteren sommige apologeten het christendom als de beste filosofie en noemen zichzelf een filosoof. In de eerste eeuwen wijzen de apologeten vooral op de oudheid van het christendom. Zo stellen sommige apologeten dat de Griekse filosoof Plato al zijn wijsheid van Mozes heeft geleerd. Ook wijzen ze op de vervulling van de profetieën in het Oude Testament.
Als laatste vallen de apologeten de heidense godsdienst aan. De christelijke God, zo stellen ze, gaat ver boven de heidense goden uit. Deze heidense goden hebben onderling ruzie en bestrijden elkaar.

Argumentatie
De apologeten gebruiken verschillende soorten argumenten om niet-christenen de waarde van het christendom te laten zien. Vaak richten ze hun geschriften dan ook aan de keizer of aan het hele volk.
Christenen worden volgens hen namelijk ten onrechte beschuldigd en vervolgd.

Leven
Eén van de belangrijkste argumenten voor de apologeten is de levenswandel van de christenen.
Apologeten ontkrachten de beschuldigingen. Ze wijzen erop dat de keizer geen trouwere onderdanen kan vinden dan christenen.
Hoewel ze de keizer niet kunnen en willen aanbidden, zijn ze loyaal aan hem en bidden voor hem. Hun leven is een voorbeeld voor anderen. Ze houden het huwelijk in ere en helpen de armen. De schrijver van de apologetische Brief aan Diognetus vat het als volgt samen: “Wat de ziel is in het lichaam, dat zijn de christenen in de wereld.” Christenen zijn dus heel belangrijk voor de samenleving. Hun ethiek is een voorbeeld voor de heidenen.

Geschiedenis
In veel apologetische werken uit de eerste twee eeuwen van het christendom wordt ingegaan op de oudheid van het christendom. Hoe ouder een godsdienst, hoe dichter deze bij de waarheid staat. De apologeten wijzen er op dat het christendom geen nieuwe godsdienst is, maar aansluit bij het Oude Testament.
Daarnaast stellen sommige apologeten dat de Griekse filosofen hun ideeën van Mozes geleerd hebben.
Maar omdat ze de bedoeling ervan niet begrepen, zijn ze heidenen gebleven en hebben de ware godsdienst tot een valse gemaakt. Als ze wel het goede inzicht hadden, zouden ze christen zijn geweest.
Een laatste argument is de uitbreiding van het christendom. Er is geen godsdienst die in zo korte tijd zoveel aanhangers op zoveel plaatsen heeft gekregen. Ook dat wijst op de waarheid van het christelijk geloof.

Verstand
Belangrijk in de confrontatie met niet-christenen is de redelijkheid van het christelijk geloof. Als je iets niet met het verstand kunt begrijpen, is het niet waar. Veel apologeten willen dan ook laten zien dat het christendom niet tegen het verstand ingaat. Apologeten wijzen erop dat het veel logischer is om in één God te geloven, dan in alle verschillende en met elkaar vechtende goden.
Veel heidenen nemen een aanstoot aan de menswording van Christus.
Het is voor hen onbestaanbaar dat een God mens wordt. De apologeten proberen ook hiervan de noodzaak te bewijzen.
Nauw hiermee samen hangt het feit dat de profetieën uit het Oude Testament vervuld zijn. Veel heidense voorzeggingen zijn daarentegen niet uitgekomen. De profeten zijn dus betrouwbaar en Christus, als de Vervuller van de profetie ook.

Waarheid
Het grootste probleem voor de christenen in de vroege kerk is dat ze geen andere godsdiensten naast zich dulden. Van de Romeinen mag je best je eigen goden hebben, als je ook maar respect hebt voor hun goden. Christenen kunnen dit niet. Christus is de Waarheid. Wanneer mensen in een tolerante wereld menen alleen de waarheid in pacht te hebben, zorgt dat voor weerstand. Dat hebben de christenen vaak aan den lijve ondervonden.
Het is opvallend dat juist Petrus de christenen oproept om verantwoording af te leggen van hun geloof. Hij was het immers die Jezus verloochend heeft. Dat laat zien dat apologetiek iets is voor iedere christen, op de plaats waar God hem of haar gesteld heeft. Het is niet de christen, maar de Heilige Geest Die woorden geeft om te spreken op elke tijd en elke plaats (Markus 13: 11).
Apologetiek is in de eerste plaats een levenshouding. Kunnen mensen aan jouw leven zien dat je een christen bent? Hoe ga je om met je collega’s en klasgenoten? Hoe ga je om met allochtonen en zwervers? Is je houding gestempeld door liefde?
Buiten Christus is het onmogelijk, maar in Hem is alles mogelijk. Dan mag je door genade Zijn beeld - in alle gebrek en tekort - weerspiegelen.

---
Vroege Kerk

De eerste eeuwen van het christendom, vanaf het Pinksterfeest (ongeveer 33 na Chr.) tot aan de bekering van keizer Constantijn tot het christendom (313 na Chr.) staan bekend onder de naam Vroege Kerk. In deze eeuwen wordt het Evangelie over de hele wereld verspreid en ontstaan er overal gemeentes. Deze tijd is heel belangrijk omdat toen een groot deel van de christelijke leer onder woorden is gebracht. Dit komt door de vele discussies over vragen over het God- en mens-zijn van de Heere Jezus en over de Drie-eenheid. De kerk moet helder onder woorden brengen wat ze gelooft op grond van de Bijbel, tegenover allerlei ketterse stromingen. Bekend is de discussie tussen Athanasius en Arius. De laatste stelt dat Jezus niet echt God is, maar (slechts) het allerbelangrijkste schepsel. Uit deze tijd komen ook de drie algemene belijdenisgeschriften: de Apostolische Geloofsbelijdenis, de Geloofsbelijdenis van Nicea en de Geloofsbelijdenis van Athanasius.
Nu het christendom in Europa weer een minderheid aan het worden is, staat deze periode weer veel in de belangstelling. Want ook in de eerste eeuwen na Christus is het christendom een minderheid in het grote Romeinse Rijk.

In aanloop naar de Winterconferenties besteedt Daniël in drie artikelen aandacht aan de Vroege Kerk.

---
Justinus Martyr (ca. 100-165 na Chr.)
Justinus Martyr (de martelaar) is één van de eerste apologeten. Hij heeft twee apologiën geschreven. Hij erkent de goede inzichten bij anderen en wijst erop dat deze inzichten van Christus komen. Wat waar is, komt van God. Tegelijk wijst hij erop dat de profeten ver boven de filosofen uitstijgen. Veel nadruk legt Justinus op het feit dat alle profetieën over Christus vervuld zijn.
Ook doet hij een beroep op de keizer om de christenen eerlijk te behandelen en ze niet vanwege de naam ‘christen’ te laten vervolgen.

Tertullianus (ca. 160-230 na Chr.)
Tertullianus weerlegt in zijn beroemde apologie (Apologeticum) allerlei beschuldigingen tegen christenen. Van alles wat gebeurt, krijgen de christenen de schuld.
Beroemd is zijn uitspraak: Als de Tiber (rivier in Rome) tegen de wallen oprijst, als de Nijl de velden niet onder water zet, als de hemel gesloten is, als de aarde beeft, als er hongersnood heerst, als er ziekte woedt, dadelijk hoort men schreeuwen: “De christenen voor de leeuw. Wat moet die ene leeuw met al die christenen?”
De levenspraktijk van de christenen laat zien dat hun godsdienst de ware is. Opvallend is dat zijn boek voldoet aan de literaire maatstaven van zijn tijd. Op deze manier probeert hij dicht bij zijn tijdgenoten te staan en te laten zien dat het Christendom niet alleen voor gewone mensen is, maar ook voor geleerden.

Origenes (ca. 185-254 na Chr.)
Origenes is één van de belangrijkste theologen uit de Vroege Kerk. Eén van zijn bekendste werken is het boek Tegen Celsus (Contra Celsum). Celsus is een heiden, die in een boek het christendom weerlegt. Origenes bespreekt het boek van Celsus (die dan al overleden is, maar nog steeds veel invloed heeft) en stuk voor stuk weerlegt hij de kritiek van Celsus.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2012

Daniel | 36 Pagina's

Altijd bereid tot verantwoording

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2012

Daniel | 36 Pagina's